-
Blog & Nieuws
- Andreas Van Rompaey: “De literaire roeping” Een inkijk in het werk en leven van enkele belangrijke Nederlandse en Vlaamse schrijvers”.
- NIEUW IN SCHRIJVERSGEWIJS : LITERAIRE REEKSEN
- SPAGAAT: EEN NIEUW JUWEELTJE VAN SCHRIJVER MARC ANDRIES EN GRAFICUS EDDY AUSLOOS
- GUY VAN HOOF: Tifosi – een nieuwe dichtbundel
- Marti i Pol: Brief aan de drie wijzen uit het Oosten. (vert. Theo Hoefmans)
-
Links
Lierse schrijvers
Lier, een stad een literair verleden? Er valt wat voor te zeggen.
Laten we beginnen met de oprichting van de Normaalschool en de rol die zij speelde in de Vlaamse letterkunde
De Lierse Normaalschool (Berlaarsestraat nr 29-33) is oudste ‘kweekschool’ voor onderwijzers in België, ten tijde van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden opgericht door Willem I, die het volksonderwijs wenste te verbeteren en daartoe twee rijkskweekscholen stichtte: één in de Noordelijke en één in de Zuidelijke Provincies. De eerste kwam in 1816 tot stand in Haarlem, de tweede (bij Koninklijk Besluit van 29 juli 1817) in Lier.
De eerste directeur in Lier was de Noord-Nederlander Bernard Schreuder.
Via zijn huwelijk met de zus van Georg Bergmann kwam Schreuder in contact met Jan Frans Willems op wie hij invloed uitoefende, zoals hij door zijn pedagogisch werk ook een hele generatie in de Vlaamse ‘taalbeweging’ beïnvloedde.
Jan Frans Willems was kind aan huis bij de Bergmanns. J..F. Willems kreeg samen met George van vader Bergmann huisonderwijs in de oude talen, Nederlands, Frans, Duits en literatuur.
Vader Georg Bergmann oefende een aanzienlijke invloed uit op Willems’ latere idealen van verlichting, volksverheffing, eerbied voor de moedertaal en verdraagzaamheid op religieus gebied.
Zijn liberale denken én het Orangistische standpunt vinden hier hun oorsprong.
Bij de Belgische Revolutie van 1830 werd de school in Lier gesloten. Pas in 1844 kon zij opnieuw aan het werk. Vooral in de loop van de 19de eeuw was de school belangrijk voor de Vlaamse Beweging, met onder meer bekend geworden Vlaamsgezinde liberale letterkundigen als leraars: Jan van Beers (1849 tot 1860), Domien Sleeckx (1861 tot 1879) en Gustaaf Segers (1879 tot 1903).
Misschien kunnen we ook wijzen op een andere neveneffect: in 1944 verhuisde het gezin –Courtmans-Berchmans (1811-1890) naar Lier, waar haar man tot aan zijn dood in 1856 leraar ‘Vlaamsche Letterkunde’ werd aan de Rijksnormaalschool voor jongens in Lier. Het is in Lier, onder impuls van haar man, dat het verteltalent van ‘Vrouwe Courtmans’ haar aanvang kent.
Al vlug blijkt trouwens dat vele onderwijzers uit deze school (vooral de Kempische vertellers) er tevens een letterkundige carrière op nahielden (…)
Natuurlijk mogen we in deze periode Anton Bergmann, niet vergeten. Hij is wellicht de beste Vlaamse schrijver van zijn generatie. ‘Twee Rijnlandsche vertellingen’ en ‘Ernest Staas’ zijn nog steeds best aangename lectuur.
Begin 20ste eeuw kwam een nieuwe generatie opzetten. Jozef Arras (1890-1919), te vroeg geveld door het oorlogsgeweld, de éclatante woordkunstenaar Felix Timmermans (1886-1947). Ernest Van der Hallen, tevens bezieler van het A.V.K.S. (Algemeen Katholiek Vlaams Studentenverbond).
Frans Verschoren (1874 -1951), lange tijd leraar te Lier en de Leuvenaar Antoon Thiry (1888-1954), getrouwd met een Lierse, hebben het stadje literair diep in hun hart gesloten.
Nadien viel het wat stil, hoewel we ons sinds 2003 mogen verheugen op Stefan Brijs (1960) als inwoner in de deelgemeente Koningshooikt.