Maakt deel uit van:Labris (1962-1973)Lierse schrijversPoëzie in Vlaanderen 1955-1965 Experimentelen
NEEFS HUGO
Berlaar, 25 maart 1937 – Edegem, 1 december 2014
Dichter uit de Labris kring
Medestichter en redacteur van plastisch-literair tijdschrift Kontrast (1960-1961)
En literair avant-garde tijdschrift Labris, literaris tijdschrift der 60-ers. (1962-1972)
Later medewerking aan de tijdschriften KoKo, Tempus Fugit en Sjeppelroot (Uitgaven Jef Bierkens)
Publicaties in binnen- en buitenlandse tijdschriften alsook deelnemer aan een drietal tentoonstellingen met grafisch werk.
Verwierf in de jaren 1960-1970 een grote bekendheid als woordvoerder van die neo-avantgardistische tendensen en was, naast bijvoorbeeld Paul de Vree, een van de meest uitgesproken voorstanders van een poëzie die taalexperiment met een eigen visie op de werkelijkheid zou combineren
BIOGRAFIE
25 maart 1937: Geboortejaar van Hugo Jozef Maria Neefs te Berlaar. Zoon van Neefs Jozef en Duys Maria Mathilda Antonia.
1960: Medestichter en redacteur van plastisch-literair tijdschrift Kontrast (1960-1961)
1962: Oprichting van het driemaandelijks tijdschrift LABRIS met als stichtende redactieleden: Jef Bierkens (pseudoniem: Max Kazan), Hugo Neefs, Ivo Vroom en Wilfried Wynants.
Ook Marcel Van Maele, Lucienne Stassaert en later ook jazzkenner Edmond Devoghelaere sloten zich bij de groep aan. Ook Frans Denissen en Leonard Nolens waren als jonge aankomende literatuurleeuwen bij de groep betrokken (Zie: neerslag van het gesprek tussen Frans Denissen en Leonard Nolens in Opener dan dicht toe is, Poëzie in Vlaanderen 1965-1990, sam. Hugo Brems en Dirk De Geest pp 251-254).
- Met dit blad wilden deze zestigers zich afzetten tegen de toenmalige vigerende mainstreamcultuur van de ‘Vijftigers’ en de ‘Vijfenvijftigers’. Het doel van de redactie was zich te richten op de autonomie van het gedicht.
- LABRIS noemde zichzelf hermetisch en wilde niet opstappen met de geëngageerde literatuur die toen aan de orde was.
- De benaming Labris verwijst naar de tweezijdige bijl uit de Griekse mythologie, symbool voor het samenbrengen van uitersten. (De labris werd op Kreta als heilig object vereerd en de doolhof van het paleis van Knossos – labyrint- zou daar etymologisch verwant aan zijn. ‘De wereld als labyrint’ was dan ook het credo van het tijdschrift.
- Na enkele jaren werden de contacten verder uitgebreid, ook internationaal (b.v. met Jack Kerouac), wat resulteerde in medewerking van kunstenaars als Jan Dries, Marcel Broothaers, Walter Goossens en Bruno Dijckmans, over wie Hugo Neefs in 1984 een monografie zal schrijven.
- Zij hadden veel aandacht voor de Belgische jazzscene. Hun jazz-poëzie is wellicht één van de interessantste verwezenlijkingen (Max Kazan, Hugo Neefs en Ivo Vroom). Ze waren de eersten (zie Max Kazan) die de Amerikaanse beat-generation in Vlaanderen wilden introduceren.
- Het uitgebreide archief van de Stichting Labris werd verworven door het Letterenhuis.
- Meer over de geschiedenis van het tijdschrift: Dirk De Geest, Labris. Sant in buitenland, in: Zuurvrij, Berichten uit het Letterenhuis, nr 35, december 2018 pp 85-91. En ook in ‘Vaarwel, wat lelijk is’, bijzondere stukken uit de collectie van het Poëziecentrum door Stefaan Goossens 2005 pp 84-85.
Hij zal tot aan de opheffing van het tijdschrift in 1973 aan Labris verbonden blijven.
1962: In 1962 brengt hij de dichtbundel Korus voor de goden uit. Hierin schrijft hij jazzpoëzie met als thema’s trompettist Dizzy Gillespie, saxofonist Jackie McLean en het Modern Jazz Quartet (Labris oktober 1962: 45).
- Max Kazan bespreekt deze bundel, korus voor de goden – hugo neefs, in Labris, 1ste jaargang, nr.1, blzn. 44-46
1963: De kulturellen, de labirintuitgave nr 6, is dan weer een poëtische prozatekst.
Uit het gedeelte 20 februari volgend stukje “de hangende tuinen van babylon”:
1964: Een bijzonder boeiende audio-concrete compositie is Tondel vrouw van Hugo Neefs (Labris jg.2, nr. 3, april 1964). Dit fragment uit een session voor 3 stemmen kan op meerdere manieren gelezen en ten gehore gebracht worden. Ook a capella. De tekst/partituur telt 107 strofen van telkens 3 regels van uiteenlopende lengte – enkele tellen slechts één woord – en bestaat uit een doorlopende reeks binnen het geheel zinvolle klank- en betekenis associaties. Daarmee wordt – tondel (o.m.) een licht ontvlambare stof zijnde – meteen een vurig verhaal verteld. De typografie die overigens ook hier in functie van de klankbeweging staat (o.m. de afwisseling van onder- en bovenkast, de variërende afstand tussen woorden) is ook geraffineerd. (Een mythe in de marge van het maniërisme / Labris … – Gierik & NVT
Een aantal bladzijden uit Tondelvrouw . Klik om te vergroten.
1966: In zijn dichtbundel Biome, die als Labirint uitgave nr 9 onder de supervizie van Labris verschijnt, valt meteen de terugkeer naar de strofenindeling op, iets wat helemaal niet gewoonlijk was binnen Labris (Labris juli 1967: 38)
11 oktober 1969: Een legendarische avond in de geschiedenis van Labris, en dan vooral op het gebied van de poëzieperformance. Die avond traden enkele Labris-‐dichters op met het freejazz-‐combo onder leiding van Fred van Hove. Pianist Van Hove was een pionier binnen de freejazz in Europa. Neefs, die het artikel over deze avond in de wintereditie 1969 van Labris schreef, benadrukt het uitzonderlijke karakter ervan. Tot dan toe had men slechts gedichten geschreven die over jazz gingen, maar nooit werd er echt aan jazzpoëzie gedaan.
- De avond zelf bleek minder een succes. De band overspeelde heel vaak de dichters, hoewel deze schreeuwden en brulden. Het publiek was erg geschrokken van de agressiviteit en de chaos van de performance; een deel verliet al snel de zaal. Volgens Neefs waren vooral Devoghelaere, LeonVan Essche en Frans Denissen overtuigend, ze bezaten aldus Neefs die avond “het monopolie van de powezie” (Labris winter 1969: 77).
1973: Nadat Labris werd opgeheven, lijkt Hugo Neefs zijn publicatiepodium kwijt te zijn geraakt. Nochtans blijft hij verder poëzie schrijven, zoals blijkt uit zijn Nagelaten gedichten, die in 2004 in eigen beheer in zeer beperkte oplage (20 exemplaren) werden uitgegeven.
Hij woonde van 1981 tot 2014 in Lier.
1980-2008: Er verschijnen van zijn hand een aantal gelegenheidswerken:
- Lier 1830.Gelegenheidsuitgave Lier Kermis van het gelijknamige boek van Julius Van In uit 1936, herwerkt door Hugo Neefs.(1980);
- Lier 1496: een huwelijk in Europees perspectief.(1981);
- Bruno Dyckmans. (kunstpocket) (1984);
- Geschiedenis van het Vrij Technisch Instituut Lier. Jubileumuitgave van het 75-jarig bestaan van V.T.I. (1985)
- Het leven van de heilige Gummarus; (2008) hertaling door Hugo Neefs van Antoon Paaps’ boek uit 1940 Het leven van den heiligen Gummarus, uitgegeven door De Nederlandsche Boekhandel te Antwerpen, 40 p., ill.
2004: In een privé-uitgave komt een bundel Nagelaten gedichten beschikbaar in een oplage van 30 exemplaren.
- Maar er is meer. Veel meer.
- Tot aan zijn dood is hij onverdroten creatief blijven schrijven, zowel gedichten als kortverhalen, als kritieken. Deze teksten heeft hij echter nooit uitgegeven. Het grootste deel heeft hijzelf nog – op A4 formaat -gebundeld. Van deze bundels doet Schrijversgewijs verslag in de bibliografie na het chronologische overzicht.
- Daarnaast bevindt heel wat materiaal zich nog elektronisch op harde schijf, dat de heer Wilfried Wynants geleidelijk aan sorteert en in bundels op papier overzet.
1 december 2014: Overlijden van Hugo Neefs te Edegem
EPILOOG
2015: Wilfried Wynants, die na de dood van Hugo Neefs in het bezit is gekomen van al de gebundelde teksten maakt in de inleiding van zijn tweedelige uitgave van het Verzameld Werk melding van 26 gebundelde teksten waarvan er slechts twee zijn uitgegeven.
“Hugo Neefs was niet enkel een taalvirtuoos – een woordmuzikant, maar had ook de gaven om door het bos die enkele woorden of beelden van anderen te horen of te zien, zijn oordeel was steeds juist omdat hij in de openbare afzondering – de draagkracht aanvoelde – geen eksters geschreeuw kon hem doen vertwijfelen.” (W. Wynants)
GERAADPLEEGDE BRONNEN
Website
Ella Martens: Omdat wij met de beat geboren zijn: Download scriptie – Scriptiebank
Referentie
- Hugo Brems en Dirk de Geest, Barbaar in mijn mond. Poëzie in Vlaanderen 1955-1965, Leuven Acco pp 68-70.
SMAAKMAKER
Jong ja braakoerdraaft zwiepzweet
zweerwater pijnblaast long zeepzee
ziedt hoger bindt valblijft zoudbant
ja ijl is vliegverte tedervleugel
mogelijkmonnik aarsellende balkonbe-
huizing barst schouderfluistervel
rilriet is sart zij skeletschandaal
koebloedvoet plassend deveneteldraagt
jonkerdraaft jajongja isik stervraag
vandaaheilig drastis strijdt strovuur-
sabel gapt ozerwoudhoor donker slacht
meestermisselijk blankehandetover tast
uit: biome 1966
BIBLIOGRAFIE
Woordje vooraf
Na de chronologische bibliografie – die tevens de bijdragen aan gelegenheidspublicaties bevat – kunt u doorklikken naar enkele teksten die de auteur in het tijdschrift LABRIS heeft gepubliceerd.
De bibliografische gegevens werden onder meer nagekeken bij
- Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience –Antwerpen.
- Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel / Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles
- POËZIECENTRUM vzw – Gent
- Stadsarchief Lier
- Labrisstichting: Bibliografie van Hugo Neefs
Met dank aan de heer Wilfried Wynants – zelf beeldend kunstenaar en in de jaren ’60-’70 medewerker aan het experimenteel tijdschrift Labris en behoeder van de nagedachtenis van het tijdschrift en het werk van zijn collega-Labristen.
Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klik op de foto
Chronologisch overzicht
POSTUME UITGAVEN
ONGEPUBLICEERD WERK
Tijdens zijn leven heeft Hugo Neefs slechts een viertal publicaties op de markt gebracht. Toch bleef hij onverdroten tot aan zijn dood schrijven, zowel gedichten als kortverhalen, als kritieken.
Postuum heeft Wilfried Wynants via zijn uitgeverij Kadmos de door Hugo Neefs zelf klaargemaakte bundels in een oplage van 30 exemplaren uitgegeven.
Hieronder vindt u een overzicht van het overige niet gepubliceerde werk, dat door Hugo Neefs zelf in bundels – op A4 formaat werd gebundeld.
De oplage van deze boekjes is heel klein. Dikwijls 1 of 2 exemplaren enkel voor zichzelf of voor enkele intieme vrienden.
ARTIKELS IN HET TIJDSCHRIFT LABRIS
Tijdens onze opzoekingen op het web vonden we op de website van de Labrisstichting deze lijst van publicaties. We geven ze u graag mee. Bibliografie van Hugo Neefs
- akkomodatie als inleiding, Labris, 1ste jaargang, nr.1, blzn. 3-4
- ekagrata, Labris, 1ste jaargang, nr.2, blzn.25-31
- handwassing voor de konveksspiegel, Labris, 1ste jaargang, nr.3, blzn. 34-40
- het om evenleven, Labris, 2de jaargang, nr.1, blzn. 36-37
- horrible, ces horribles, Labris, 2de jaargang, nr.1, blz. 71
- leon van essche – XIII kankerremedies, Labris, 1ste jaargang, nr.1, blzn. 39-43
- leon van essche – magadejen, Labris, 1ste jaargang, nr.4, blzn. 7-19
- l’horrible simplificateur, Labris, 2de jaargang, nr.1, blzn. 64-66
- marcel van maele of het ritueel van de toverman, Labris, 1ste jaargang, nr.3, blzn. 53-56
- paul de vree : pl.acid.amore, Labris, 2de jaargang, nr.2, blzn. 84-86
- sintetis vizjoen, Labris, 1ste jaargang, nr.2, blzn.58
- (met Freddy de Vree) van esschiana I en II, Labris, 1ste jaargang, nr.2, blzn. 48-50