home | Inloggen
Aantal schrijvers: 594 | Aantal boeken:

19.538

 

 

Erotische literatuur in Vlaanderen

Erotiek in de Vlaamse letteren: wat notities in de marge
Hoe het begon…

1882: Er is al heel wat gebeurd sinds de liberaal Jan Frans van Cuyck (Antwerpen 1857 – Antwerpen 1898) – schrijver van realistische romans over het stedelijk milieu in de novelle ‘Carolina Brondeels’ (1882)- als eerste in Vlaanderen twee partners elkaar op de mond heeft laten zoenen !
Het was stoutmoedig en bleef in het katholieke Vlaanderen ‘niet onopgemerkt’

Interbellum

Paul Kenis (Bocholt 1885 – Brussel 1934) was een van de eersten die in Zuid-Nederland een open oog hadden voor erotiek (De kleine Mademoiselle Cérisette, 1921)

In de jaren 1930 zal Pijnenburg (alias Geert Grub) vooral naam maken als fervent voorvechter van seksuele ontvoogding.

• Reeds in 1919 had Pynenburg onder het pseudoniem Hopst in het tweede nummer van ‘Roeland’ een pleidooi gehouden voor vrije liefde en ‘vrij-huwelik’ en hij zou zijn hele leven lang een voorvechter blijven van een vrijere seksuele moraal.
• 1923: publiceert bij uitgeverij De korenaar te Aalst ‘Voor geboorteregeling. Het vraagstuk der vruchtafdrijving en wat er onder Sociologies, Zedelik, Hygiënies en wetenschappelik opzicht bij kijken komst’.
• Jaren 1930: richtte de Vlaamse Stichting voor Sexuele Wetenschappen, Onderzoek en Voorlichting (S.W.O.V.) op en publiceerde onder zijn pseudoniem Geert Grub diverse brochures:
 Voor geboorteregeling. Het vraagstuk der vruchtafdrijving en wat er onder Sociologies, Zedelik, Hygiënies en wetenschappelik opzicht bij kijken komst. (1923)
 Physiologie der geslachtsorganen. (1936)
 Beïnvloeding der bevruchting. Middelen en methodes. (1936)
 De twee bovengenoemde titels werden in 1937 met tien andere gebundeld in ‘Sexuele Voorlichting en Levensleer’.

1936: Tulkens met de bundel “Ontvangenis”

De dichtbundel veroorzaakte in het toen nog preutse Vlaanderen wat opschudding door zijn sensueel en zinnelijk karakter. Willem Elsschot schrijft haar een brief: ‘Ik kan U niet genoeg bedanken voor ‘Ontvangenis’. Dat zijn tenminste verzen. Dat is geen gelul.’

Mijn jonge lijf plooit als een wisse,
Onder de macht van uw begeert,
Terwijl ge mij de heimenisse
Van nemen en van geven leert.

Ge hebt in mij de laatste schaamte
Der vrouwe voor de man versmacht.
Nu is het lichaam ene weelde,
Die blij op uw bezitting wacht.

Na WO II

Tussen 1955 en 1965 wijzigt zich de samenleving in niet geringe mate:

• De wederopbouw en zuinigheidsethiek waren definitief passé
• De materiële welvaart groeit in hoog tempo
• De Brusselse wereldtentoonstelling celebreert de “Vooruitgang der Wetenschap in dienst van de Mens”
• Televisie en auto worden gemeengoed
• Doorbraak in anti-conceptiva
• Internationalisering van de pop-cultuur (jazz, chanson, ‘kleinkust’, Elvis Presley, Bill Haley enz.)

Oprichting (1954) van Gard Sivik een Vlaams, experimentele tijdschrift vernoemd naar het gelijknamige jazz-café in Antwerpen. Hoewel het tijdschrift uiteraard niet expliciet de erotische toer opgaat, was de inhoud vaak wild en taboedoorbrekend. Het stond immers voor een directe weergave van snijdende zaken uit de werkelijkheid. Misschien liggen de wortels veelal in de toen populaire popart cultuur, maar toch.

Opvallend is wel dat de Nederlander Jan Cremer – ja, ‘HIJ’ die in 1964 het ophefmakende ‘Ik Jan Cremer’ op de markt kon gooien, in dit tijdschrift debuteerde.

De zestiger jaren

In deze jaren van ‘blijheid, vrijheid’ barst de seksualiteit uit zijn literaire voegen. We beogen geen volledigheid ook geen academische coherentie. We geven enkel wat “opvalligheden”
Neem nu René Gysen (1927-1969). Zijn werk is weinig omvangrijk, experimenteel van aard, met een authentieke interesse voor taboedoorbrekende thema’s.

• 1961: vertaalt met Gust Gils en Freddy de Vree de roman ‘Juliëtte’ van Markies de Sade over wie hij eerder al een belangrijk essay had geschreven: De slecht befaamde Markies de Sade. Walter Soethoudt geeft het uit.

• 1966: In ‘Grillige Kathleen’ een roman die opgebouwd uit verschillende teksttypen (dagboek, autobiografie, essay, mythe en dergelijke), gaat het om de fascinatie van een oudere man voor een ongrijpbaar zestienjarig meisje. Grillige Kathleen werd weleens de Vlaamse variant van Nabokovs Lolita genoemd.
1967: Hugo Claus laat in zijn toneelstuk Masscheroen (Opgevoerd in het Casino te Oostende op 30 december 1967) op het einde de Heilige Drievuldigheid op het podium verschijnen als drie naakte mannen die Marieken oproepen boete te doen. Het meisje grijpt echter naar de olifantenzweep om de drie blote mannen van het toneel af te ranselen. (Hugues C. Pernath was de H. Geest; Freddy de Vree was Jezus Christus en de Britse klankdichter Bob Conning speelde God de Vader).
1967: Herman J. Claeys publiceerde in het tijdschrift ‘Daele’zijn beruchte “penisgroet” Even later opende hij zijn Free Press Bookshop” (1969) aan de Spoormakersstraat omgevormd tot het roemruchte anarchistische café “De Dolle Mol” (1972)

Volgt een reactie van overheidswege…

1968: De socialist Alfons Vranckx wordt minister van justitie. Vranckx zag, naast drugsgebruik en criminaliteit, de verspreiding van pornografie als een van de grootste maatschappelijke kwalen, een kwaad waartegen hij streng wilde optreden.
Zijn optreden o m met de inbeslagname van Jef Geeraerts ‘Gangreen I’ werkte eerder als een rode lap op een stier: Jef zelf schreef in 1972 onder het pseudoniem ‘Claus Trum’ De fotograaf, een pornografische roman die ‘Black Venus’ doet verbleken en die door Soethoudt werd uitgegeven met de aanprijzing op de kaft: ‘dit boek is het einde; hierna zal nooit meer een boek geschreven worden’.

Maar de geest is uit de fles …

1971: In datzelfde jaar kwam Louis Paul Boon met ‘Mieke Maaike obscene jeugd’. Boon zei zelf dat hij dit verhaal geschreven had om de katholieken van zich af te houden na het eclatante succes van ‘Daens’ (1971).
Minder gekend is de parallelle carrière van Claude Krijgelmans met zijn erotisch werk geschreven onder de pseudoniemen ‘Jug me Bash’ en ‘Karel Elleveest’.

Wat er zoal volgde…

Na 1975 is het uitbarsting voorbij. De vrijheid van meningsuiting was bevochten. Exemplarisch is misschien de allerlaatste porno-uitgave van Soethoudt: een ‘volledig woordenboek van de Nederlandse taal’. Krijgelmans verzamelde in dit Joeplala alfabet – Deel 1 van Aaaa tot en met Dom – onder het pseudoniem ‘Karel Elleveest’ schunnige termen en obscene uitdrukkingen die hij zelf verzonnen had, of die hij vond in pornografische werken. De lijst van bronnen die hij gebruikte laat zien dat er ondertussen aardig wat mensen op de pornomarkt gedoken waren.
Het woordenboek van Krijgelmans zal nooit verder komen dan het eerste deel. Pornografisch Vlaanderen is tot en met de ‘D’ verrijkt. (Het archief van deze publicatie incl. niet gepubliceerde lemmata handschriften, typoscripten en documentatie – diverse losbladige mappen, cahiers, losse papieren, enz.) werd bij De Slegte in 2009 te koop aangeboden.)

The beat goes on…

Sporadisch kunnen we nog opstootjes lezen. Van Herman Brusselmans viel af en toe een aangebrand verhaal te lezen in één of ander tijdschrift. In 2009 stunt Goedele Liekens in een bijlage bij haar tijdschrift Goedele met de publicatie van ‘Alles kan heter’: 10 pornoverhalen uit de felgesmaakte gelijknamige maandelijkse rubriek in Goedele én 5 gloednieuwe verhalen, gebundeld in een luxe-uitgave met prachtige kleurenillustraties van Jan De Maesschalk.
Lustverhalen van de hand van gevestigde namen uit Vlaanderen als Herman Brusselmans, Kristien Hemmerechts, Luc De Vos, Saskia De Coster, Bernard Dewulf, Annelies Verbeke, Thomas Blondeau, Nadia Dala, Christophe Vekeman – en van onbetwiste toppers uit Nederland als Ilja Leonard Pfeijffer, Oscar van den Boogaard, Hafid Bouazza, Leon Verdonschot en good old Xaviera Hollander.

Schrijvers