Gerard Walschap
Londerzeel, 9 juli 1898 – Antwerpen, 25 oktober 1989
Schrijver van toneelstukken, essays, kinderverhalen.
Had een levendige belangstelling voor het poppenspel
Na zijn Congoreis in 1951 schreef hij een niet onbelangrijke roman ’Oproer in Kongo’ die onderdeel uitmaakt van corpus van de Vlaamse koloniale literatuur
Historisch bekeken ligt de betekenis van Walschaps oeuvre vooral in zijn vooroorlogse productie: kenmerkend zijn het vitalisme dat zijn romans doordrenkt, de zoektocht naar ‘natuurlijke waarden’ die genezing geluk moeten mogelijk maken, ‘natuurlijke waarden’ die hij aanvankelijk zoekt in het christendom, maar dan een christendom dat van de ballast van cultuur en klerikalisme vrij zou zijn. Het bracht hem al snel in conflict met het katholieke Vlaanderen.
BIOGRAFIE
9 juli 1898: Geboren te Londerzeel, St.-Jozefstraat 1 (= Temse Steenweg 35) als tweede kind van de herbergier Florent Jozef Walschap, veertig jaar oud, en diens vrouw, de winkelierster Anna Maria Peeters, vijfentwintig jaar oud. Er volgen nog zeven kinderen. In het register van de burgerlijke stand ingeschreven als Jacob Lodewijk Gerard Walschap.
1904-1909: Volgt het lager onderwijs in de gemeenteschool te Londerzeel.
April 1909: Gaat naar het Klein Seminarie te Hoogstraten, waar hij tot het einde van het schooljaar het voorbereidend jaar volgt, en daarna het zesde.
September 1910: Gaat naar het Onze-Lieve-Vrouwcollege van Boom.
September 1911: Wordt leerling aan het college van de Missionarissen van het Heilig Hart te Asse, waar hij in 1917 de Grieks-Latijnse humaniora beëindigt.
20 Augustus 1917: Naar het Scholasticaat van de Missionarissen van het Heilig Hart te Heverlee-Leuven, waar hij, na een jaar noviciaat, twee jaar filosofie en een jaar theologie studeert. Hij heeft de bedoeling om priester te worden.
1918: Legt de tijdelijke geloften van armoede, kuisheid en gehoorzaamheid af.
Begin 1921: Doet een aanvraag voor zijn eeuwige geloften. Wijdingen en kruinschering zijn gepland voor 18 december 1921.
“Op 21 november 1921 schrijft pater Antoon Schellinckx, superior te Heverlee, naar pater Hendrik Van de Lemmer, provinciaal overste, dat hij hem moet inlichten over “treurige feiten” die zich hebben voorgedaan. Op 19 november heeft een Spaanse frater (zijn naam wordt niet vernoemd) bij hem zijn beklag gedaan over frater Gerard. Die zou met hem “(tot 0 maal toe) grote daden van onzedelijkheid” hebben gesteld, waarbij frater Gerard actief zou zijn opgetreden en de Spaanse frater passief zou zijn gebleven. Frater Gerard zou de Spaanse frater hierover gerustgesteld hebben door te zeggen dat zulks in vriendschap geoorloofd was. Vandaar de aarzeling van de Spaanse frater om de superior in te lichten. Nu, in vriendschap is alles geoorloofd , schrijft de superior , behalve “aanraking van één deel des lichaams”. De Spaanse frater zou na enige tijd enige verwijdering hebben nagestreefd hebben, maar toch zouden zich daarna nog “feiten van lichteren aard, zoals elkander kussen, omarmen” voorgedaan hebben, en “aanrakingen boven de kleren”. (Jos Borré, Gerard Walschap,. Een biografie, De Bezige Bij.)
1921: Vlak voor zijn eerste priesterwijding bij de Missionarissen van het H. Hart te Leuven, stopt hij op eigen initiatief met deze opleiding omdat hij zich niet met het celibaat kon verzoenen. Tevens had men hem duidelijk gemaakt dat hij hoogstens tot een lagere orde kon gewijd worden en dus nooit priester kon worden.
12 december 1921: Komt terug naar Londerzeel.
1922: Vervult enkele interim leeropdrachten aan privé-instellingen, o a te Buggenhout en te Sint-Niklaas.
WALSCHAP’S LITERAIRE CARRIERE NEEMT EEN AANVANG
1923 – 1925: Door tussenkomst van E.H. Jan Hammenecker krijgt hij een baan bij de bestelboekhandel en uitgeverij ‘Het Vlaamsche Land’.
- In ‘Het Boek in Vlaanderen’ van 1965 geeft hij zijn herinneringen weer aan deze periode. (‘Overwegingen van een bestelboekhandelaar’ pp 13-17)
1923-1928: Werd redactiesecretaris van het weekblad Het Vlaamsche Land hem het wekelijks hoofdartikel werd toevertrouwd onder de titel Op de uitkijk
- Het Vlaamsche land (uitgeverij, boekhandel en weekblad) was in 1919 opgericht door o m August van Cauwelaert. In 1922 trok van Cauwelaert zich terug en werd Frans Delbeke hoofdredacteur en in 1923 Gerard Walschap redactiesecretaris. Samen bepaalde zij de koers van het blad. Het weekblad was een fervente aanhanger was van het minimumprogramma van Van Cauwelaert en gericht op een verzoenende Vlaamse politiek met België. Toen Delbeke in 1926 de rubriek Vrije Tribuun openstelde aan Lodewijk Dosfel – onder pseudoniem Thomas van der Schelden – werd het blad Vlaams-nationalistisch.
1923 is tevens het begin van zijn literaire carrière met de uitgave van een bundel poëzie Liederen van leed (1923), maar haast tegelijkertijd toont hij zijn interesse voor toneel – samen met Frans Delbeke, een aantal toneelstukken: Flirt (1924), Dies Irae (1924), Lente (1924) en De vuurproef (1925) en kinderverhalen, twee genre’s waar hij later nog zal naar teruggrijpen, zij het wat toneel betreft tevens in de vorm van het poppenspel.
1923-1939: Neemt samen met August van Cauwelaert de redactie waar van “Dietsche Warande en Belfort” .
10 maart 1924: Zijn medewerking aan dit blad en aan Het Vlaamsche land deed hem naar Antwerpen verhuizen, waar hij zich vestigt aan de Lijnwaadmarkt nr 7. Hij zal in Antwerpen tot aan zijn dood blijven wonen.
Juni 1924: Medestichter, als een van de 12 kernpelgrims, van de katholieke kunstenaarsvereniging De Pelgrim.
5 juli 1925: Trouwde te Maaseik, na een briefwisseling van twee jaar, die ruim 450 brieven omvat, met de dichteres ‘Ninette’ (Marie-Antoinette) Theunissen (1901-1979). Samen kregen ze vier zonen en een dochter (Carla Walschap) kreeg.
26 april 1926: Bij de geboorte van zijn eerste zoon Hugo was de dichteres Alice Nahon kraamverzorgster. Zij schreef het gedicht ‘Aan Hugo’s fijne stemmeke’.
1926: Lange bijdragen van Lodewijk Dosfel in Het Vlaamsche Land geven aan het weekblad een groeiende Vlaams-nationalistische tendens. Ook anoniem gepubliceerde bijdragen van vooraanstaande Vlaamsgezinde priesters-theologen die de argumenten van de kerkelijke autoriteiten onderuit haalden, brachten het bisdom Mechelen ertoe om in 1926 alle priesters te verplichten om hun abonnement op te zeggen. Het betekent de doodsteek voor het blad.
1927 – 1939: Stichter (samen met pater Emiel Valvekens) en redacteur van het weekblad Hooger Leven dat door de Norbertijnen in Averbode werd uitgegeven.
- Hierin reageerde hij heftig tegen ‘het Vlaams folklorisme, het regionalisme en het literatureluren. [Hij] spaarde daarbij niemand […]’. (eigen woorden, geciteerd uit Bernard-Frans van Vlierden, 1963, Gerard Walschap, p. 6)
1927: Deelname Pelgrimtentoonstelling; Opvoering van zijn toneelspel ‘Maskaroen’
21 september 1927: Geboorte van een zoon, Guido.
1928: Debuteert als romanschrijver met Waldo, nog eerder expressionistisch van stijl, lyrisch en bij wijlen wat breedsprakig.
- Waldo is op zoek naar het ‘waarachtige Leven’, dat hij ontbeert in de wetenschap of in het op materialisme gebaseerde leven, maar dat hij vindt in de ootmoed en de erkenning van zijn eigen beperktheid.
Met Adelaïde (1929) – en verder met de verhalenbundels Volk (1930) en De dood in het dorp (1930) wordt een reeks ingezet die een opmerkelijke eenheid vormen. Zij zijn de kern van Walschaps oeuvre.: Adelaïde (1929), Eric (1931) en Carla (1933) – ze zullen als trilogie De familie Roothooft (1939) gebundeld worden; voorts Trouwen (1933), Celibaat (1934), Een Mensch van goeden Wil (1936), Het Kind (1939) en Houtekiet (1939).
Deze romans zijn doordrenkt van een vitalisme, van een zoektocht naar ‘natuurlijke waarden’ die genezing geluk moeten mogelijk maken, ‘natuurlijke waarden’ die door Walschap aanvankelijk gezocht werden in het christendom, maar dan een christendom dat van de ballast van cultuur en klerikalisme vrij zou zijn. Het zou hem al snel in conflict brengen met het katholieke Vlaanderen.
1 maart 1929: Het gezin verhuist naar de Lemméstraat 12, Antwerpen, waar het redactiesecretariaat van Hooger Leven gevestigd wordt.
BREUK MET DE KATHOLIEKE ZIJDE 1929-1940
1929: Wanneer Adelaïde in 1929 verschijnt, verwacht Walschap alle lof van de — hoofdzakelijk katholieke — Vlaamse pers. Veiligheidshalve had hij het manuscript vooraf aan een bevriend priester (‘Pelgrim’ Jan Hallez, priester en letterkundige) te lezen gegeven, die hem had gerustgesteld. Tot zijn grote verbazing kreeg hij het gehele katholieke Vlaanderen over zich heen, hij werd gebrandmerkt als afvallige, uitgescholden voor pornograaf, gechanteerd met censuur — het Algemeen Secretariaat van de Katholieke Boekhandel (ASKB) controleerde meer dan 80% der bibliotheken — en meedogenloos gebroodroofd. Zijn boeken kwamen op de beruchte index librorum prohibitorum.
Zijn jeugdvriend en pastoor Jan Hammenecker stelt het in een brief als volgt: “Beste Gerard, hebt Gij dit geschreven? Gij? Zoon van Uw Vader en Moeder? En uw kinderen, als ze dat later lezen: Vader was nondedju ‘ne smeerlap, of hoe zullen ze vloeken?”
Collectie Erfgoedbibliotheek (klik op foto voor vergroting)
1 mei 1930: Geboorte van een zoon, Lieven.
1930: De roman Adelaïde wordt, ondanks alle protest, bekroond met de August Beernaertprijs van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde én de Prijs voor Letterkunde van de Provincie Antwerpen.
1931: Vanuit de Pelgrimbeweging komt kritiek op haar lid G. Walschap omwille van diens uitspraken m.b.t. de katholieke Kerk; De kritiek wordt gekanaliseerd via rubriek in tijdschrift “De Pelgrim”, nr. 3;
Het speciale nr. van “De Pelgrim”, gewijd aan Gerard Walschap, dat reeds in het vooruitzicht was gesteld, kwam er nooit.
1931: Ontvangt de Eeuwfeestprijs krijgt voor de roman Eric
December 1931: Verkozen tot bestuurslid van de Vlaamsche Vereeniging van Letterkundigen, en blijft dit tot het einde van de oorlog.
1932 – 1935: Vormt met Maurice Roelants, Marnix Gijsen en Reimond Herreman de Vlaamse redactie van het tijdschrift Forum tot aan de opheffing ervan in 1935.
7 maart 1932: Overlijden van vader Walschap.
10 september 1932: Het gezin verhuist naar de Nerviërsstraat 31, Antwerpen.
20 december 1932: Geboorte van een dochter, Caroline (= Carla).
1933: Krijgt voor Trouwen de Prijs van de Provincie Brabant.
1935: Redactie van het Nederlandse tijdschrift De Vrije Bladen.
1936: Krijgt de Driejaarlijkse Prijs voor de Nederlandse Letterkunde (periode 1933-1935) voor zijn roman “Trouwen”;
15 juni 1936: Verkozen tot briefwisselend lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal en Letterkunde.
17 september 1938: Geboorte van een zoon, Bruno.
8 oktober 1938: Overlijden van moeder Walschap.
1938: Prijs voor Letterkunde van de provincie Antwerpen, beste kinderboek voor De vierde koning.
31 mei 1939: Verkozen tot werkend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde (erelid vanaf 1970).
1939: Einde van zowel zijn medewerking aan Dietsche Warande en Belfort als aan Hooger Leven.
- M.E. Belpaire bedankt hem na publicatie van zijn roman Sibylle voor bewezen diensten aan DWB.
- Steeds groter wordende meningsverschillen met mede-oprichter pater Emiel Valvekens zorgden ervoor dat Hooger Leven in 1939 werd stopgezet.
1940: Publicatie van ‘Vaarwel dan’, een pamflet waarin hij op nogal luidruchtige wijze, breekt met het katholicisme.
Walschap heeft het moeilijk gehad om met het christendom af te rekenen. Immers, tegenover cultuur en in het bijzonder het geloof is zijn houding dubbelzinnig:
- Hij is een geboren vitalist: zijn vurig temperament en verteltechniek tonen dit aan.
- Daarom stelt hij een levensbeschouwing voorop waarbij culturele waarden – zoals bij Jean-Jacques Rousseau –uit den boze zijn indien zij niet rechtstreeks kunnen worden verbonden aan het elementaire nl. de natuur.
- Anderzijds laat Walschap het christendom tot zijn recht komen wanneer het erop aan komt de grondwaarden te bepalen die zelfs een natuurmens in acht moet nemen, wil hij een gezond en evenwichtig geluk bereiken.
- Het probleem van de geloofsverzaking vindt men – voorafgaand aan Vaarwel dan – bij Walschap terug in meerdere werken: Sybille (1938), Bejegening van Christus (1940)
- In het verlengde van deze romans, moeten we Zuster Virgilia (1951) citeren, de roman over broer en zus waarbij de een ongelovig is en de andere een begenadigde non. Ook Denise (1942) en later De Française (1957) zitten in diezelfde sfeer.
DE OORLOGSPERIKELEN
September 1940: Werd voorzitter (‘Leider’) van de onder druk van Duitsgezinden opgerichte Antwerpse kamer van Letterkundigen. Lode Baekelmans was erevoorzitter en Paul de Vree secretaris.
- De Antwerpse Kamer van Letterkundigen was een onderdeel van de ‘Federatie der Vlaamsche Kunstenaars’. Deze federatie was een corporatistisch vehikel, opgericht om het ‘kunstleven’ in Vlaanderen te ‘ordenen’. De Kamer vormde daarbinnen een soort belangenorganisatie, maar wel een die (via de statuten van de overkoepelde Antwerpse ‘Gilde van Vlaamsche Kunstenaars’) Joden en vrijmetselaars uitsloot. Haast iedereen die literair actief was, was – haast noodgedwongen – lid, van Marie Gevers tot Lode Zielens, van Emmanuel De Bom tot Leen Van Marcke , van Ger Schmook tot Maurice Gilliams. De Kamer met haar 56 leden kon echter moeilijk als collaboratievehikel worden aanzien
- In het jaarverslag van de overkoepelde Gilde voor 1942 werd trouwens letterlijk gesteld dat de Kamer van Letterkundigen in tegenstelling tot andere kamers “ondanks herhaald aandringen afzijdig bleef staan”.
- In Antwerpen waren er tot 1942 geregeld vergaderingen. Daarna vielen de werkzaamheden zo goed als stil. De VVL bleef ook losstaan van de Kamer voor Letterkundigen van het Kunstenaarsgilde
- Vanaf 1943 namen invloed en ledenaantal van het gilde trouwens sterk af.
Vanaf 1940 doen zich op literair gebied wijzigingen voor:
- Hij gaat meer belang hechten aan de actualiteit: Zwart en wit (1948) is aan de oorlog gewijd. Oproer in Congo (1953) beschrijft de situatie in de voormalige kolonie; Nieuw Deps –in zekere zin een vervolg op Houtekiet – behandelt de moderne geïndustrialiseerde maatschappij.
- Meer en meer schakelt Walschap over van een dieptepsychologie naar een bewustzijnspsychologie à la Roelants. Voorbeelden zijn Ons geluk (1946), De consul (1943)
- Hij waagt zich aan een licht modernistische benadering van de roman in Het gastmaal (1967) en Het avondmaal (1968). Toch blijft Walschap zweren bij ‘het verhaal’.
- Tegen de avant-garde gaat hij nogal fel tekeer in De culturele repressie (1969) en ‘De ontoereikendheid van het verhaal’ (1971)
24 oktober 1940- 1963: Aangesteld tot inspecteur Openbare Bibliotheken van de provincie Oost-Vlaanderen..
1944: Na de bevrijding volgt de automatische schorsing zonder wedde als inspecteur van Openbare Bibliotheken omdat de aanstelling tijdens de bezetting gebeurde.
1945: Wordt door de onderzoekscommissie van het ministerie van Openbaar Onderwijs, door de Ereraad van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde en door de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen van elke blaam gezuiverd.
- Wordt opnieuw benoemd als inspecteur van Openbare Bibliotheken.
DE NA-OORLOGSE CARRIÈRE
1946: Redactielid van het Nieuw Vlaams Tijdschrift met Herman Teirlinck als hoofdredacteur en Hubert Lampo als redactiesecretaris.
1947: Lid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden.
Van maart tot juli 1951: Reist met een reisbeurs van het Ministerie van Koloniën door Congo waar hij ook een aantal lezingen houdt.
- Naar eigen zeggen was het voor hem de mooiste reis van zijn leven die bovendien voor een vernieuwing in zijn schrijverschap zorgde.
- Zijn rondreis door de voormalige Belgische kolonie vormt de aanleiding voor zijn roman Oproer in Congo die als een hoogtepunt binnen de Vlaamse koloniale literatuur wordt gezien.
1951-1970: Voorzitter van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde. Biedt in 1970 zijn ontslag aan als werkend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde om de noodzakelijke verjonging van het corps in de hand te werken en wordt tot erelid benoemd.
1954: Ontvangt de Driejaarlijkse Staatsprijs voor koloniale letterkunde en de prijs van het Koninklijk Belgisch Instituut voor zijn roman Oproer in Congo. Ontvangt de Driejaarlijkse Staatsprijs voor de roman voor Zuster Virgilia. Wordt benoemd tot Commandeur in de Kroonorde. Reis naar Peru.
1955: Publiceert het geruchtmakend essay Salut en merci, een pleidooi voor welbegrepen humanisme. Het jeugdverhaal Janneke en Mieke in de oorlog verschijnt. Publiceert de roman De Française. Zijn poppenspel Faust wordt opgevoerd in Antwerpen.
1 maart 1957: Het gezin verhuist naar de Mechelse Steenweg 243, Antwerpen.
1957: Schreef een scenario voor de toen razend populaire TV-serie Schipper naast Mathilde (Schipper naast Mathilde – Wikipedia) met als titel De koloniale loterij. Twee jaar later (1959) zou het verhaal opgenomen worden in een bundeling van uitgeschreven scenario’s onder de titel Schipper naast Mathilde.
1958: In dezelfde periode schreef Walschap met Om Godelieve een origineel televisiespel dat samen met zijn 2 andere televisiespelen De kermis van Potosi en De Van Gogh wordt uitgezonden.
1959: Reis naar de Chinese Volksrepubliek.
1960: Maakt deel uit van het leescomité voor televisiespelen van de omroep
1963: Pensionering als inspecteur Openbare Bibliotheken van de provincie Oost-Vlaanderen.
1963: Ontvangt de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies voor zijn gezamenlijk oeuvre.
1965: Vijfjaarlijkse staatsprijs ter bekroning van zijn schrijversloopbaan;
Tussen 1967 en 1976 wordt hij meermaals voorgedragen als kandidaat voor de Nobelprijs voor literatuur.
9 juli 1968: Gehuldigd in het Huis Osterrieth n.a.v. zijn 70ste verjaardag.
September 1968: Toekenning van de Prijs der Nederlandse Letteren.
4 oktober 1968: Uitreiking van de Prijs der Nederlandse Letteren door H.M. Koningin Juliana in de ridderzaal te Amsterdam door H.M. Koningin Juliana in de ridderzaal te Amsterdam.
1974: Televisieverfilming van Een mens van goede wil. De serie wordt ook in Engeland uitgezonden.
1978: Zijn 80ste verjaardag wordt officieel gevierd op het kasteel van Ham, waar hij het Grootkruis in de Orde van Leopold II krijgt opgespeld door de minister van Cultuur. Hij krijgt tevens de erepenning van de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap.
1979: Op 25 april overlijdt zijn vrouw Ninette Walschap-Theunissen ingevolge een hartstilstand in hun appartement aan de Mechelsesteenweg nr. 243 te Antwerpen.
1980: Het Mechels Miniatuurtheater brengt een bewerking van de roman Zwart en wit.
1981: Wordt lid van de Académie Européenne des Sciences, des Arts et des Lettres. De BRT zendt de novelle De consul uit, in een televisiebewerking van Libera Carlier.
1982: Wordt ereburger van zijn geboortedorp Londerzeel.
1986: De NOS laat een televisieportret maken van hem door Jef Rademakers, in de reeks Markant. Het Album Gerard Walschap wordt uitgegeven door Manteau. Wordt op de Boekenbeurs verkozen tot ‘schoonste auteur boven de 70‘. (Johan Anthierens laureaat ‘boven de 40′ en Tom Lanoye jonger dan 30‘)
1987: De Vrije Universiteit Brussel kent hem een eredoctoraat toe ‘voor zijn letterkundig oeuvre en voor zijn beginselvaste vrijzinnige levenshouding’. Dezelfde dag publiceert zijn biograaf Jos Borré zijn kleine monografie Gerard Walschap.
1988: Hij reist naar Stockholm waar zijn zoon Hugo ambassadeur is. Het eerste deel van zijn Verzameld Werk verschijnt bij Manteau, ingeleid door Jos Borré.
1989: Publiceert zijn laatste roman Autobiografie van mijn vader. In oktober verschijnt het tweede deel van zijn Verzameld werk, ingeleid door Anne Marie Musschoot. Walschap krijgt het niet meer in handen.
25 oktober 1989: Gerard Walschap overlijdt rond 1 uur ’s nachts in zijn appartement te Antwerpen in het bijzijn van zijn zoon en arts Guido Walschap.
EPILOOG
Kort voor zijn dood zei hij:
(..) Ik leef nu in de zoete overtuiging dat ik mijn van jongsaf aangebonden strijd over geheel de lijn gewonnen heb. De vuile hetze die tegen mij eerst werd gevoerd, zwijgt beschaamd; de morele vrijheid die ik voor de Vlaamse schrijvers heb opgeëist, wordt zelfs door katholieke schrijvers als vanzelfsprekend gebruikt, de grapjasserij en de literatureluurderij zijn verzwonden, onze letterkunde bloeit tot in de jongste generatie. Het is schoon daartoe te hebben bijgedragen. Ik ben trots op mijn werk, want ik heb mijn ambitie verwezenlijkt. Ik heb grootse dingen gedaan en volkeren bekeerd, zij het niet diegene, die ik als kind voor ogen had, maar ik heb mijn voorgenomen martelaarschap en heldhaftigheid waargemaakt: ik heb alles gezegd wat ik te zeggen had, op een mooie manier, en daarvoor op mijn kop gekregen, vijftig jaar lang (..).
1989: Na de dood van de schrijver, stelde Hendrik Seghers – die ook te Londerzeel woonde en die eerder voor de rehabilitatie van de schrijver had geijverd – samen met de gemeente Londerzeel de Seghers-Literatuurprijs Gerard Walschap-Londerzeel in te zijner nagedachtenis.
1998: Honderd jaar na de geboorte van Gerard Walschap werd het Gerard Walschap genootschap v.z.w. opgericht onder de auspiciën van de – Universiteit Universiteit Antwerpen, Prinsstraat 13, 2000 Antwerpen. Het genootschap stelt zich tot doel Walschaps oeuvre levendig te houden door wetenschappelijk onderzoek te stimuleren en evenementen te organiseren.
Zijn graf bevindt zich op het erepark van de begraafplaats Schoonselhof (klik voor foto).
MEER OVER GERARD WALSCHAP
- Bernard-Frans van Vlierden, Gerard Walschap. Grote ontmoetingen: Desclee de Brouwer, 1963.
- Het Gerard Walschap Genootschap.
BEKRONINGEN
- 1930: Krijgt voor Adelaïde, ondanks alle protest, de August Beernaertprijs van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde en de Prijs voor Letterkunde van de Provincie Antwerpen.
- 1931: Ontvangt de Eeuwfeestprijs krijgt voor de roman Eric
- 1933: Krijgt voor Trouwen de Prijs van de Provincie Brabant.
- 1936: Krijgt de Driejaarlijkse Staatsprijs voor de roman voor Trouwen.
- 1938: Prijs voor Letterkunde van de provincie Antwerpen voor De vierde koning.
- 1939: Wordt Ridder in de Leopoldsorde.
- 1954: Ontvangt de Driejaarlijkse Staatsprijs voor koloniale letterkunde en de prijs van het Koninklijk Belgisch Instituut voor zijn roman Oproer in Congo. Ontvangt de Driejaarlijkse Staatsprijs voor de roman voor Zuster Virgilia. Wordt benoemd tot Commandeur in de Kroonorde.
- 1961: Benoemd tot Grootofficier in de Kroonorde.
- 1963: Ontvangt de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies voor zijn gezamenlijk oeuvre.
- 1965: vijfjaarlijkse staatsprijs ter bekroning van zijn schrijversloopbaan;
- 1966: Wordt Grootofficier in de Leopoldsorde. Wordt erelid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden.
- 1968: Ontvangt uit de handen van de Nederlandse koningin de Prijs der Nederlandse Letteren;
- 1972: Huldiging in zijn geboortedorp Londerzeel met onthulling van een borstbeeld door Leopold Van Esbroeck.
- 1975: Wordt door koning Boudewijn in de erfelijke adelstand verheven met de persoonlijke titel van baron.
GERAADPLEEGDE BRONNEN
Websites
- Gerard Walschap – Wikipedia
- NEDWEB/Literatuur in context – Walschap, Gerard
- DBNL auteur – Gerard Walschap
- Het Genootschap – Gerard Walschap Genootschap).
- Gerard Walschap – Uitgebreide biografie door Jos Borré
Referenties
- Prof. Dr. M. Rutten; Prof. Dr. J. Weisgerber (red.): Van “Arm Vlaanderen” tot “De voorstad groeit” 1888-1946. Standaard Uitgeverij 1988.
- Jos Borré, Gerard Walschap. Een biografie. De Bezige Bij, Antwerpen. 751p.
- Drs. Hilda van Assche, Bibliografie van Gerard Walschap. Hasselt, Uitgeverij Heideland-Orbis N.V.,1974. 315pp.
BIBLIOGRAFIE
Woordje vooraf
- Dit overzicht bevat enkel werken uitgegeven in boekvorm. Walschap’s oeuvre werd opgedeeld volgens volgende genre’s: Poëzie – Proza – Toneel –Essays – Vertalingen.
- Een proeve van filmografie over Walschap’s oeuvre sluit ons bibliografisch overzicht af.
- Tot slot voegen we een rubriek “Walschap in vertaling” toe.
- Wie geïnteresseerd is in Walschap’s medewerking aan verzamelwerken, opname in bloemlezingen, bijdragen aan periodieken of een bibliografie over Walschap, verwijzen wij naar: Hilda van Assche en Rob. Roemans, met de medewerking van Richard Baeyens, Bibliografie van en over Gerard Walschap, Hasselt, Uitgeverij Heideland-Orbis 1974. 315p.
Schuilnamen
In de collectie van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience vonden we 3 publicaties onder schuilnaam
- Adams C.J.M., De pacificatiepartij (1946) Antwerpen: ’t Lantaarntje.
- Ickx, zero, Gesprekken met Jeremias (1939-1940) knipsel
- Jan De Caluwé, Herkend. Radioschetsje naar een novelle van O’Henry, door Jan De Caluwe (typoscript).
Voor deze bibliografie werden de gegevens onder meer nagekeken bij
- Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience –Antwerpen.
- Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel / Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles
- Piet Devos: Van reuzen tot dwergen. Bibliografie – Vlaamse schrijvers in de 20ste eeuw – Eerste drukken. Kortrijk, eigen beheer 2007
- Van Assche Hilda drs., Bibliografie van Gerard Walschap. Hasselt, Heideland-Orbis, 1974. -315 pp.
Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klik op de foto
Chronologisch overzicht
I. POËZIE
Jaar | Titel | Fotogalerij | Uitgeverij 1ste druk |
1923 | Liederen van leed. (poëzie) Met een inleiding van Jan Hammenecker | Kortrijk: Uitgever Jos. Vermaut. -86+[II]p. Afmetingen: 21.40 x 15.90 | |
1925 | De loutering. (poëzie) Deeltitels: Introductio; Herinnering; De bewogen uren; Kreten in den nacht; Nocturnen; Inkeer; De uiterste dagreis; De verklaarde tocht. | Leuven: S.V. De Vlaamsche Boekenhalle. 80p. Afmetingen: 21.40 x 15.90 |
II. PROZA
POSTUME UITGAVEN
III. TONEEL
IV. ESSAYS
V. VERTALINGEN
FILMOGRAFIE
1973 Een mens van goede wil. (TV Serie)
Regie: John van de Rest. Cast: Ann Petersen; Johan Bral; Jo De Meyere; Hugo Metsers (Thys Glorieus);1981 De Konsul (TV Film)
Regie: Paul Cammermans. Scenario: Libera Carlier. Cast: Steph Baeyens; Lieve Berens; Camilia Blereau; Guido De Belder; Harry De Peuter; Luc Philips en Cecile Rigolle.1995 Ons Geluk.
Regie: Frank van Mechelen; Serge Leurs. door Paul Koeck als feuilleton bewerkt voor de Vlaamse commerciële zender VTM. Cast: Nand Buyl, Tom Van Bauwel, Mathias Sercu, Koen de Bouw en Axel Daeseleire. De serie werd samengesteld naar diverse romans van de bekende Vlaamse auteur Gerald Walschap.GERARD WALSCHAP IN VERTALING
Kort chronologisch overzicht per titel
- 1925: De vuurproef : Frans (1926)
- 1929: Adelaïde : Duits (1933), Tsjechisch (1947); Italiaans (1950)
- 1930: De dood in het dorp : Duits (1933)
- 1930: Houtekiet : Duits (1941, 1943, 1951); Frans (1941, 1942², 1966 ³); Servo-kroatisch (1956); Pools (1964)
- 1930: Volk : Frans (1931); Duits (1939, 1941²)
- 1933: Trouwen : Duits (1934, 1943², 1956³) ; Frans (1944); Engels (1963): Pools (1971);
- 1934: Celibaat: Frans (1968); Pools (1971); Engels (1978) ;
- 1935: De vierde koning : Frans (1944)
- 1936: Mens van goede : Deens (1941); Duits (1938, 1939²); Zweeds (1939); Tsjechisch : Frans 1944); Engels (1975);
- 1939: Het Kind : Duits (1939): Tsjechisch (1947)
- 1940: Bejegening van Christus : Duits (1935 vanaf het manuscript)
- 1941: Zotje Petotje : Frans (1944)
- 1942: Denise : Frans (1944); Duits (1949)
- 1942: Gansje Kwak: Frans (1942)
- 1943: Genezing door aspirine : Engels (1943); Frans (1953)
- 1945: Wing en Wong : Frans (1946)
- 1950: Moeder : Duits (1950); Italiaans (1955)
- 1951: Zuster Virgilia : Duits (1951); Frans (1953)
- 1953: Oproer in Kongo: Duits (1956); Frans (1956)
Uitgebreid beschrijvend overzicht per taal
DEENS
- 1941: Et menneske der vil det gode. Deens / vert. uit het Nederlands door Clara Hammerich. Uitgever: Forlaget Fremad, København. Fictie, met een omslagtekening van Marle Brande. Vert. van Een mensch van goeden wil. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1936.
DUITS
- 1933: Die Sünde der Adelaide Berechtigte Uebertragung aus dem Flämischen von Elisabeth Augustin und Felix Augustin. Uitgever: Jakob Hegner, Leipzig. Fictie, gebonden. Vert. van Adelaïde. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1929. Bevat: Erstes Buch: Adelaïde, pp 9-13; Zweites Buch: Erich, pp 131-243; Drittes Buch: Karla pp 245-405.
- 1933: . Himmelfahrten Berechtigte Uebertragung aus dem Flämischen von Elisabeth Augustin und Felix Augustin. Uitgever: Jakob Hegner, Leipzig. Fictie, Vert. van De dood in het dorp. Antwerpen: Het Kompas, 1930. Tweede druk 1943.
- 1934: Heirat Aus dem Flämischen uebertragen von Elisabeth und Felix Augustin. Uitgever: Insel-Verlag, Leipzig. Fictie, gebonden. Vert. van Trouwen. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1933. Tweede uitgave in 1943. Derde uitgave 1956, Paul List Verlag, München.
- 1935: Begegnung mit Christus Duits / vert. uit het Nederlands door Martha Hechtle. Uitgever: Jakob Hegner, Leipzig. Fictie, Vert. van Bejegening van Christus. Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1940. Vertaling van het manuscript.
- 1938: Der Mann der das Gute wollte Duits / vert. uit het Nederlands door Bruno Loets. Uitgever: Insel-Verlag, Leipzig. Fictie, gebonden. Vert. van Een mensch van goeden wil. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1936. 1939² ibidem.
- 1939: Das Kind Duits / vert. uit het Nederlands door Martha Hechtle. Uitgever: Eugen Diederichs Verlag, Jena. Fictie, gebonden. Vert. van Het kind. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1939. (Vertaling naar het handschrift. De Nederlandse uitgave verscheen 4 maand na de Duitse.
- 1939: Flandrische Erde Duits / vert. uit het Nederlands door H. Boonkamp. Uitgever: Eugen Diederichs Verlag, Jena (Deutsche Reihe; 92). Fictie, gebonden. Vert. van Amsterdam De Spieghel, 1930. Vertaling bevat: Petrus pp 5-34; Sas Leben des Totengräbers, pp 35-53: Teugels Gust pp 54-84; Tweede druk 1941 (11. Bis 20. Tausend).
- 1941: Jan Houtekiet Duits / vert. uit het Nederlands door Martha Hechtle. Uitgever: Eugen Diederichs Verlag, Jena. (1943 2de druk). Fictie, gebonden. Vert. van Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1939.
- 1951: Jan Houtekiet Uebertragen von Dr. Mrtha Baerlecken [= Martha Hechtle] Uitgever: Eugen Diederichs Verlag, Düsseldorf-Köln in de reeks Bibliotheca Flandrica. Herausgegeben unter Förderung der Koninklijke Academie vor [sic] Taal- en Letterkunde in Brüssel.
- 1948: Flandrische Erde Duits / vert. uit het Nederlands. Uitgever: Pallas, Baden Baden. Fictie, gebonden. Vert. van Amsterdam De Spieghel, 1930.
- 1949: Denise. Vert. uit het Nederlands door Martha Hechtle. Uitgever: Eugen Diederichs Verlag, Düsseldorf. Roman, gebonden. Vert. van Antwerpen: Van Tilborg & Kenens-Uitgevers. 1942.
- 1950: Mutter. uit het Nederlands door Wolfgang Frieben. Tekeningen van Jozef. Geerts. Uitgever: Verlag P. Vink, Bonn. Roman. Vert. van Moeder. Antwerpen/Amsterdam: Uitgeverij P. Vink. 1950.
- 1951: Schwester Virgilia. V uit het Nederlands door Elisabeth Augustin. Uitgever: Verlag P. Vink, Antwerpen etc.. Roman, gebonden. Vert. van Zuster Virgilia. Antwerpen/Amsterdam: Uitgeverij P. Vink. 1951.
- 1956: Aufruhr im Kongo. Vert. uit het Nederlands door Elisabeth Augustin. Uitgever: Paul Neff Verlag, Wien; Berlin; Stuttgart. Omslagontwerp: Rudolf Korunka. Roman, gebonden. Vert. van Oproer in Congo. Amsterdam: Elsevier, 1953.
ENGELS
- 1943: Cure through aspirine. Vert. uit het Nederlands door Marnix Gijsen. In de anthologie Heart of Europe. An Anthology of Creative Writing in Europe 1920-1940. Edited by Klaus Mann and Hermann Kesten. With an introduction by Dorotyhy Canfield. Uitgever: L.B. Fischer, New York. Pp 787-799. Vert. van Genezing door aspirine. Gent: Snoeck, 1943.
- Herdrukt in 1945 onder de titel The Best of Modern European Literature (Heart of Europe) Philadelphia, The Blakeston Company.
- 1963: Marriage; Ordeal . Vert. uit het Nederlands door Alex Brotherton. Uitgever: Sijthoff, Leiden – Londion, Heinemann (Bibliotheca Neerlandica; 11). Illustratie op de omslag: De minnaars, Gust de Smet.; Fictie, gebonden. Vert. van Trouwen & Celibaat. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1934. Bevat Marriage pp 5-114; Ordeal pp 115-234.
- 1975: The man who meant well . Vert. uit het Nederlands door Adrienne Dixon. Uitgever; Granada Publishing, London (Panther Books). Fictie, paperback. Vert. van Een mensch van goeden wil. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1936.
- 1978: Ordeal uit het Nederlands door Alex Brotherton. Uitgever: Arnold Heinemann, New Delhi (The Literature of the Netherlands). Fictie, gebonden. Vert. van Celibaat. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1934.
FRANS
- 1926: L’épreuve du feu. Pièce en trois actes. Vertaling en voorwoord van L. van den Bossche. Uitgever: Librairie “Veritas”, Antwerpen. Theatertekst. Vert. van De vuurproef , Leuven: S.V. De Vlaamsche Boekenhalle. 1925.
- 1931: Un vaincu de la vie (Teugels Gust). Traduit du flamand par Roger Kervyn de Marcke ten Driessche. Uitgever: Rex, Leuven-Paris-Rome-Zug (Suisse) Série des chefs-d’oeuvre flamands illustrés par Felix Timmermans. Vert. van Volk Amsterdam De Spieghel, 1930.
- 1941: Traduction de Roger Verheyen. Introduction de Guido Eeckels Uitgever: Editions de la Toison d’Or. Lettrines de Godefroid et Deroeck. Vert. van Houtekiet Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1939.
- 1942: 2de uitgave ibidem met 12 originele houtsneden van A. Linglet in een genummerde oplage van 1000 exemplaren.
- 1966: 3de uitgave bij Editions Wellprint SPRL te Brussel in de reeks: Collection Zenith vol. 10.
- 1942: Jargonette oison. uit het Nederlands door André Dumont. Met tekeningen van BUS. Uitgever: Van Tilborg & Kenens, Antwerpen. Jeugdliteratuur, Vert. van Gansje Kwak Antwerpen Van Tilborg & Kenens, 1942.
- 1943: Cure d’aspirine. uit het Nederlands door Willem Elsschot. Typografie en illustraties door René de Pauw. Uitgever: Snoeck Ducaju en zn,, Gent. Vert. van Genezing door aspirine. Gent: Snoeck Ducaju et Fils, 1943.
- 1944: . Denise. Vert. uit het Nederlands door Robert de Vroylande. Uitgever: Éditions de la Toison d’Or, Bruxelles; Paris. Fictie, paperback. Vert. van Antwerpen: Van Tilborg & Kenens. 1942
- 1944: Folle Poucet. Conte pour Bruno et autres bambins. uit het Nederlands door André Dumont. Met tekeningen van BUS. Uitgever: Van Tilborg & Kenens, Antwerpen. Jeugdliteratuur, Vert. van Zotje Petotje. Antwerpen Van Tilborg & Kenens, 1941.
- 1944: Futée Gazelle. Histoire pour le petit monde, et en aventures,féconde. uit het Nederlands door André Dumont. Uitgever: Antwerpen, Van Tilburg & Kenens. Illustraties: BUS. Vert. van Slimke Gazelle naar de 2de herwerkte en vermeerderde versie 1942.
- 1944: Homme et Femme Traduit du flamand par Roger Verheyen. Uitgever: Editions des Ecrits, Bruxelles-Paris. Inleiding: Roger Verheyen. Vert. van Trouwen Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1933.
- 1944: Le quatrième roi. Une histoire pour mes enfants. Traduit du flamand par Jean Vossen. Uitgever: Van Tilborg & Kenens, Antwerpen . Avec dessins d’Edgard Tijtgat. Vert. van De vierde koning, Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. 1935
- 1944: L’Homme qui voulait le bien. Roman. Vertaler niet gekend. Uitgever: Espes, Bruxelles. Op slechts 10 exemplaren getrokken genummerd van I tot X.
- 1946: Wing et Wong. Vert. uit het Nederlands door André Dumont. Uitgever:Société Anonyme d’Edition De Pen, Antwerpen. Met 8 illustraties in kleur door A. van den Bussche. Vert. van Wing en Wong Antwerpen: De Pen N.V. 1945
- 1956: Soeur Virgilia. Vertaald door Pierre Chambard. Uitgever: La Colombe, [Paris]. Vert . van Zuster Virgilia Antwerpen/Amsterdam: Uitgeverij P. Vink. 1951
- 1956: Insurrection au Congo. Vertaald uit het Nederlands door Flora Popelier en François de Cacamp. Uitgever: Elsevier, Brussel. Collection Flandre. van Oproer in Congo. Amsterdam: Elsevier, 1953.
- 1968: Célibat Frans / vert. uit het Nederlands door Guido Eeckels. Uitgever: Éditions Universitaires, Paris (collection Pays-Bas/Flandre). Fictie, paperback. Vert. van Celibaat. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1934.
ITALIAANS
- 1950: Il peccato di Adelaide. Romanzo. Vertaald uit het Nederlands door O. Nenni & H. Furst, Uitgever: Longanesi & C., Milano Reeks La Gaja Scienza vol. 56. Vert. van Adelaïde. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1929.
- 1955: Il grande peccato. Vertaald uit het Frans door Henry Furst en Orsola Nenni. Uitgever: Longanesi & C., Milano Reeks La Gaja Scienza vol. 106. Vert. van Moeder Antwerpen/Amsterdam: Uitgeverij P. Vink.
POOLS
- 1964: Jan Houtekiet. Vertaald door Edyta Sicinska. Uitgeverij: Pánstwowy Instytut Wydawniczy, Warszawa. Met een nawoord van Lisetta Stembord. Omslagontwerp: EwA Frysztak-Witowska. van Houtekiet Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1939.
- 1971: Celibat Vertaald door Jadwiga Oledska. Uitgever: Pánstwowy Instytut Wydawniczy, Warszawa. (Wspólczesna Proza) Bevat: Malzenstwo pp 5-111; Celibat pp 113-227. Vert. van Trouwen & Celibaat. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1934.
SERVO-KROATISCH
- 1956: Hautekiet. Vertaald door Simonid Kocic & Alexandar Misic. Uitgever: Izdawatsjko Predoezjenje ‘Bratstvo Jedinstvo’, Novi Sad in de reeks Mali Romani 1. Met een voorwoord van Bert Decorte. Vert. van Houtekiet Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1939.
TSJECHISCH
- 1940: Človek dobré vůle. Roman. Vertaald door Lída Faltová . Uitgever: Evropsky Literární klub, [Praha]. Stofomslag ontworpen door Karel Svolinsky – Nawoord ‘De auteur van het milieu’ door M.D. Vert. van Een mensch van goeden wil. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1936.
- 1941: Díte. Román. uit het Nederlands door Václav Renč. Uitgever: Literární a umelecky klub, [Praha]. Stofomslag en band van Vlastimil Rada. Vert. van Het Kind Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1939.
- 1947: Adelaidin Hrích. Vertaald door Arno Kraus. Uitgever: Nakladatelství A. Varhaníková. Stofomslag ontworpen door Václav Bedrich. Vert. van Vert. van Adelaïde. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1929.
ZWEEDS
- 1939: Mannen som ville det goda. uit het Nederlands door Ingrid Rääf. Uitgever: Nordisk Rotogravyr, Stockholm. Vert. van Een mensch van goeden wil. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1936.
1951 |
Zuster Virgilia. (roman) Bekroond met de driejaarlijkse staatsprijs voor de roman 1951: 3de (=2de) uitgave. Antwerpen-Amsterdam, P. Vink 1958: 2de (=3de) druk. Antwerpen, Ontwikkeling (Stofwikkel: E. Vuylsteke) 1964: 3de (=4de) druk. Antwerpen, Ontwikkeling. (Band & Omslag: J. Trouillard. 1969, 1971: In ‘Omnibus’ 1972: 6de (-=7de) druk. Antwerpen, Ontwikkeling ((Band en Omslag: Ary Langbroek. |
Antwerpen/Amsterdam: Uitgeverij P. Vink. -308 + [IV] p. Afmetingen: 21 x 15 (gebonden met stofomslag) Colofon: Gerard Walschap “ZUSTER VIRGINIA” werd in opdracht van de Uitgeverij P. Vink, Antwerpen-Amsterdam gedrukt in het voorjaar 1951 op de persen van Drukkerij FAUT te Aalter. Buiten de gewone oplage werden een voorafdruk van 100 recensie-exemplaren, genummerd van 1 tot 100 en een luxe-uitgave van 100 exemplaren, genummerd van A tot E en van 6 tot 100 afzonderlijk gebonden en door de auteur gesigneerd. |
|
1953 |
Oproer in Kongo. (koloniale roman) Geïnspireerd was op diverse gesprekken die Walschap voerde met paters-missionarissen tijdens zijn reis naar Congo in 1951. Bekroond met de driejaarlijkse prijs voor de koloniale roman. 1953: 2de druk. Amsterdam-Brussel: Elsevier. (Colofon uit de eerste druk werd behouden) 1969: 3de druk. Hasselt, Heideland-Orbis NV Omslagontwerp: Kothuis- Art-team. |
F 1ste druk |
Amsterdam-Brussel: Elsevier. -253 + [III] p.
Colofon: Gezet uit de Baskerville en gedrukt door Joh. Enschedé en Zonen te Haarlem op “Potgieter” papier. Gedrukt in Nederland door Joh. Enschdé en Zonen, Haarlem. De stofomslag werd ontworpen door Frans Lammers, de band door S.L. Harz. |
1953 |
De graaf. (verhaal) |
F 1ste druk |
Leuven : Boekengilde De Clauwaert V.Z.W. -55 + [III] p. Reeks: De Clauwaert-Vereniging ; nr 4 Afmetingen: 20.50 x 13 Colofon: Uitgegeven voor de leden van De Clauwaert-Vereniging December 1953 nr 4 DE GRAAF van Gerard Walschap werd gedrukt op de persen van Scheerders-van Kerckhove N.V. Sint Niklaas. |
1953 |
Het kleine meisje en ik. (verhalen) Frontispice van Erica Moesman-Visser Omslag van Gerard Douwe Bevat: Moord op het konijntje – Corruptie bij een schildpad – De twee katjes – De rashond – Speelgoed van Sint-Niklaas – Het vosken – De boodschappen voor het consulaat. |
Utrecht : A.W. Bruna & Zoon. -163 + [I] p. Heruitgegeven door Desclée De Brouwer te Brugge in 1958 (2de uitgave), 1966 (3de druk) en 1970 (4de druk) in de reeks Korenaren-romanreeks. |
|
1953 |
Gansje Kwak dat thuis opstak. (kinderverhaal) Met tekeningen van Bus. (Frédéric du Bus de Warnaffe ) Heruitgave van 1942 |
Lier : J. Van In & Co. -108p. |
|
1954 |
Manneke Maan: een verhaal voor jong en oud. (kinderverhaal) Illustraties: Willem Dolphijn. – Omslag; G. Douwe 1966: 2de druk Hasselt, Heideland pvba. Omslagontwzerp: Boudewijn Delaere. |
Hasselt: Heideland P.V.B.A. -160p. Ook exemplaren met dubbel uitgeversadres: Hasselt: Heideland P.V.B.A. / Utrecht: Bruna. |
|
1955 |
Janneke en Mieke in de oorlog. (kinderverhaal) Binnenillustraties: Willem Dolphijn. Kaft: J. van den Bergh. |
Lier: Uitgave N.V. Jozef van In en C° . -67 + [I] p. Afmetingen: 22.50 x 17.60 |
|
1956 |
Zotje Petotje huis weg. (kinderverhaal) |
Lier : J. van In & Co. -51p. Afmetingen: 26.50 x 19.50 |
|
1957 |
De Française. (roman) Ontwerp stofomslag en band : P. Serneels. 1964: 2de druk. Hasselt, Heideland.Omslagontwerp: Boudewijn Delaere. 1965: 3de druk . Hasselt, Heideland.Omslagontwerp: Boudewijn Delaere 1967: 4de druk. Hasselt, Heideland. Voor Nederland ex. met uitgeversadres: Amsterdam, Meulenhoff 1968: 5de druk. Hasselt, Heideland.Omslagontwerp: studio H.B.M. 1969: 6de druk. Hasselt, Heideland.Omslagontwerp: studio H.B.M. |
Amsterdam/Brussel: Elsevier. -154 + [II] p. Afmetingen: 21 x 14 (gebonden met stofomslag) Colofon: Dit boek gedrukt op haar eigen persen voor de N.V. Uitgeverij en Grafische Kunstinrichting Elsevier, te Brussel, werd gezet uit de Baskervilleletter Corps 12 en gedrukt op houtvrijpapier. Het stofomslag en de band werden ontworpen door P. Serneels. Het boek werd gebonden door Proost en Brandt te Amsterdam. |
|
1958 |
De verloren zoon. (roman) |
F 1ste druk |
Antwerpen: S.M. Uitgeverij De Ontwikkeling / Rotttedam: Ad. Donker. -165 + [III] p.
Afmetingen: 21.50 x 13.25 (gebonden met stofomslag) Copyright 1958 bij de Uitgeverij S.M. Ontwikkeling Antwerpen Gedrukt op de persen van de Moderne Boek- en Handelsdrukkerij Excelsior Antwerpen |
1960 |
De ongelooflijke avonturen van Tilman Armenaas. (roman) Met pentekeningen van Jacques de Walloncapelle (= Gerard Walschap). Omslag- en bandtekening: Friso Henstra Lay-out: Johan H. van Eikeren 1962: 2de druk. Amsterdam/Antwerpen: De Wereld-Bibliotheek |
Amsterdam/Antwerpen: De Wereld-Bibliotheek. -260 + [IV] p. Afmetingen: 24.50 x 17 (gebonden met stofomslag) |