home | Inloggen
Aantal schrijvers: 594 | Aantal boeken:

19.538

 

 

Roelants, Maurice

Maakt deel uit van:

MAURICE ROELANTS

Gent, 19 december 1895 – Sint-Martens-Lennik,  25  april 1966

Eig. Mauritius Adolphus RoelantsRomanschrijver, dichter en criticus.

Was achtereenvolgens onderwijzer, ambtenaar, journalist en conservator van het staatsdomein te Gaasbeek.

Medeoprichter van het tijdschrift ’t Fonteintje.

Roelants blijft vooral bekend als romanvernieuwer. Met zijn roman “Komen en gaan” (1927) en de novelle “De jazzspeler” (1928) lag hij aan de basis van de psychologische roman in Vlaanderen. Ook als cultuuranimator avant-la-lettre, als tijdschriftredacteur en als promotor van het boekwezen en het Nederlandstalige culturele leven in Brussel heeft hij een invloedrijke rol gespeeld.

 

BIOGRAFIE

19 december 1895: Geboorte van Maurice Roelants te Gent, als zoon van Alfons Roelants, werkman, afkomstig uit Sleidinge, en van Leonie Vermast, geboren te Boekhoute in 1866.

  • Als vierjarige knaap verliest hij zijn moeder Leonie Vermast, waarna hij een nieuw onderkomen vindt bij zijn tante en oom in Gent.
  • Een belangrijke gebeurtenis in het leven van de twaalfjarige knaap was ongetwijfeld zijn toetreden tot een jeugdtoneelgroep die door de dichter Richard de Cneudt werd geleid: een goede leerschool voor iemand die zich later op het podium nooit onwennig heeft gevoeld. Het zal hem bovendien in contact brengen met een leraar die er zijn pleegouders weet van te overtuigen de inmiddels als bediende in een meubelzaak tewerkgestelde vijftienjarige naar de Gentse normaalschool te sturen. Dat gebeurde in 1911.

1911: Student aan de normaalschool te Gent – waar hij in dezelfde klas terecht komt als de latere schrijvers Raymond Herreman en Achilles Mussche  Er ontstaat een duurzame vriendschap, waarin later ook  Karel Leroux en Richard Minne zullen worden opgenomen, die de basis levert van het miniatuurtijdschrift Het Fonteintje, onder welke vlag de vier vrienden de geschiedenis zijn ingegaan.

1914: Behaalt het onderwijzersdiploma.

ONDERWIJZER EN DICHTER…

1914:  De eerste stappen in het literaire veld worden gezet wanneer Roelants en Herreman, als 19-jarigen een bundel jeugdverzen laten verschijnen met de ‘gewaagde’ titel Eros .

  • Roelants gebruikt hiervoor de pseudoniem Maurice Minne en Herremans de pseudoniem Raymond Vere
  • Van Maurice Minne kunnen we lezen: Kwade droomen. Mijn lijden, de zonde die zoet was. Mijn hopen, dat zoeter is dan de zonde. Van Raymond Vere: Van liefde die heenging… Het onvoldane verlangen. Troost

1915: Ze herhalen hun exploot onder dezelfde pseudoniemen met een bundel teksten onder de titel Verwachtingen, waarin proza van Roelants en drie toneelstukjes van Herreman.

1915: Roelants verlaat Gent om te Brussel zijn geluk te beproeven. Hij wordt onderwijzer in Sint-Jans-Molenbeek, hierin weldra gevolgd door Herreman en Leroux.

  • Zowel Roelants als Herreman waren op 4 oktober 1915 door het Gentse stadsbestuur aangesteld als onderwijzers in de stedelijke lagere school aan de Van Monckhovenstraat, maar al na enkele weken kiest Roelants voor Brussel. De redenen daartoe zijn onduidelijke.

…BRUSSELSE BOEKHANDELAAR ANNEX UITGEVER…

1917: Roelants richt in Brussel De Nieuwe Boekhandel op en nadien, ermee verbonden, een uitgeverij. Hij vond een mansardekamer in de Ribaucourtstraat in Molenbeek waar hij zijn zaak vestigde.

  • Uit Roelants’ boekhandel groeit een uitgeverij. Zijn eigen De driedubbele verrassing was de eerste uitgave van De Nieuwe Boekhandel. Het boekje bevat drie korte verhalen ‘De late missie’, ‘De lach’ en ‘De stille verbranding’. Roelants bedient eigenhandig de drukpers. Het colofon meldt: ‘Albert Daenens sneed de platen en de bandversiering in perelaarhout terwijl de schrijver leerde om dit te zetten de edele drukkunst’. Het werkje verschijnt medio december 1917. Er worden vijftig luxe-exemplaren van gedrukt.
  • In het fonds vinden we ook een verzenbundel van Karel Leroux terug (Van het beginsel des levens, 1917), een essay van Isidoor van Beugem (ps van Isidoor Verdoodt 1889-1943) over Richard de Cneudt (1917) en een in samenwerking met C.A.J. van Dishoeck te Bussum opgezette Beiaardserie, waarin o m Petrusken’s einde (1917, 1918²) van F V Toussaint van Boelaere en De zeer schoone uren van Juffrouw Symforosa, begijntje (1918) van Felix Timmermans verschijnen.
  • Het uitgeversvignet voor De Nieuwe Boekhandel is een ontwerp van Herman Teirlinck.

Augustus 1918 : Een andere, afzonderlijke uitgave, wellicht de laatste van De Nieuwe Boekhandel, is Roelants’ literaire debuut, de dichtbundel De kom der loutering, gedrukt bij Plantijn in Gent, ontworpen door en met houtsneden van Jozef Cantré.

  • Roelants brengt in die bundel het verdichte verhaal van zijn ziekte en genezing. De tekst achterin liegt er niet om: ‘De kom der loutering, ofschoon kleine fontein waarrond de magere minnaars dwaalde [sic] en ondiepe bekken waarin de ebbe-en-vloed van de koorts bewoog, draag ik, genezen, in groote vereering op aan Karel van de Woestijne en Herman Teirlinck, mijn geliefde meesters’.

1918 : In het eerste en enige nummer van het tijdschrift Regenboog duikt werk op van  M. Roelants, R. Minne, R. Herreman, A. Mussche  (en anderen) – grosso mode de latere redacteuren van ’t Fonteintje (1921-1924) Het ‘siersel’ – één grote en vier kleine houtsneden en negentien initialen – wordt geleverd door de jonge Jozef Cantré, toen nog student aan de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte aan de Gentse universiteit.

…AMBTENAAR, MEDE-OPRICHTER VAN ‘T  FONTEINTJE…

30 januari 1919 – 1923: Verlaat het onderwijs wegens een zwakke gezondheid. De oorlogsomstandigheden hadden hun tol geëist en  Roelants kreeg te kampen met bloedspuwing (haemaptoë), wat op tuberculose kon wijzen. Hij wordt ambtenaar op de vertaaldienst van het Ministerie van Justitie. Officieel blijft hij er tot 3 maart 1923 in dienst.

1921: Samen met Karel Leroux , Raymond Herreman, en Richard Minne richtte hij het tijdschrift “’t Fonteintje” (1921-1924) op als reactie op de modernistische dichtkunst in Vlaanderen, zoals die onder andere werd bedreven in een tijdschrift als Ruimte.

(Meer over het tijdschrift ? Zie: schrijversgewijs – contextueel; ook tijdschrift] Fonteintje, ’t · dbnl

  • Opvallend is dat in het eerste nummer geen enkele beginselverklaring staat; alleen in een bijvoegsel, op een los blaadje, preciseert de redactie: “Wij onthouden ons van alle lyrische proclamatie’s en beloften”. Tegenover het pathos, het kosmische ideaal en de ‘hogeborstzetterij’ van het humanitair expressionisme stelt ’t Fonteintje zijn zin voor het betrekkelijke, zijn ironie, zijn aardse begrensdheid en zijn bescheidenheid. Dat zijn dan stuk voor stuk wezenstrekken die de vier redacteuren eigen zijn, doch de dosering van die ingrediënten verschilt vanzelfsprekend van individu tot individu.
  • Die van ‘t Fonteintje waren van mening dat ‘litteraire schoonheid op zich zelf verdienste heeft’ en dat ‘litteraire schoonheid te geven (…) de eerste en zelfs eenige vereischte (is), die aan de literatuur kan gesteld worden’ (Herreman, Officieele en private Vlaamsche Critiek, in ’t Fonteintje, 3de jg. Nr.1, p.39 en 41).
  • Erg polemisch is het tijdschrift niet geweest. Het bevatte hoofdzakelijk poëzie, een beetje proza, een vleugje toneel en, welgeteld, zeven kritische bijdragen over de drie jaargangen verspreid.
  • August Vermeylen zegt over de Fonteniers: ‘Ze hebben alle soort van pathos afgewezen, nemen geen houdingen aan, doen niet gewichtig. Soms neuriën ze zo maar wat, uit vrees het gevoel te onderstrepen.’ (Brouwers, Vlaamse Leeuwen p.233)

1921: Treedt in het huwelijk met Madeleine van Hende, een jongere zus van de vrouw van Karel van de Woestijne, met wie hij vier kinderen zal hebben. Roelants zal zich vanaf omstreeks die tijd tot zijn dood ook intens met de journalistiek inlaten.

  • Maurice Roelants had Madeleine van Hende leren kennen in Karel van de Woestijnes toenmalige verblijfplaats Pamel, in het Pajottenland, Roelants had daar herhaaldelijk zijn literaire pennenvruchten aan zijn latere zwager laten lezen en beoordelen.

JOURNALIST EN  VERNIEUWEND ROMANSCHRIJVER…

1922 tot 1942: Gedurende ongeveer 20 jaar wordt hij de Belgische correspondent voor de Amsterdamse krant De Telegraaf. 

  • In die functie woont hij het Luikse proces van de weduwe Beckers beschuldigd van meervoudige moordroof door vergiftiging. De reportageverslagen voor de krant worden in 1943 in boekvorm uitgegeven, onder de titel De weduwe Becker.

1927: Debuut als romanschrijver met Komen en gaan, gevolgd in 1928 door de novelle De jazzspeler.

  • Roelants sluit zich hier aan – samen met Gerard Walschap overigens – bij de nieuwe generatie die een poging doet om tegen de traditionele streekroman (à la Ernest Claes, Felix Timmermans enz.) af te zetten door psychologische, morele en sociale problemen op de voorgrond te zetten.
  • De ‘nieuwe roman’ doet innerlijk sterk levende individuen optreden, van wie de situatie midden in een netwerk van betrekkingen onder de loep wordt genomen.
  • Roelants neemt niet de daden maar de beweegredenen tot richtsnoer. In de roman Komen en gaan worden de voorvallen, het decor en de beschrijvingen van fysieke eigenschappen tot een minimum beperkt en doen de uiterlijke gebeurtenissen nauwelijks ter zake. Deze roman maakte dan ook de baan vrij voor de verdere evolutie van de psychologische roman in Vlaanderen.

…PROMOTOR VAN HET BOEKWEZEN…

1929: Vanuit de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen (waarvan hij in 1939 voorzitter zou worden) is hij betrokken bij de oprichting van de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen en van de jaarlijkse boekenbeurzen (vanaf 1932).

1930: Stelt het eerste Het boek in Vlaanderen samen.

1930: E. du Perron stelt een keuze uit het dichtwerk van Roelants samen onder de titel ‘Het verzaken’

  • De titel heeft een dubbele bodem: men heeft al snel de neiging om Roelants’ dichtkunst te ‘vergetelen’. Inderdaad, Eros ‘verzen van een 16-jarige’ en ‘De kom der loutering ‘verzen van een twintigjarige, en enkele latere gedichten vormen de inhoud van ‘Het verzaken’. In de inleiding tot de bloemlezing zegt Roelants ‘Ik was tevreden en gerust in de vergetelheid. Was ik een dichter ?’

1931: Richt het Karel van de Woestijne-genootschap op.

…REDACTEUR VAN TIJDSCHRIFTEN…

1931:  Redacteur vanhet tijdschrift  Forum (1931-1935), dat hij samen met E. du Perron en Menno ter Braak had opgericht.

1931: Publicatie van de roman Het leven dat wij droomden.  (In 1959 heruitgebracht als: Maria Danneels of Het leven dat wij droomden (Brussel: Manteau)). De roman wordt in 1982 door Robbe de Hert verfilmd.

1933: Op aandringen van de kunstenaar Edgar Tytgat vertaalt Roelants de novelle van de Franse dichter Supervielle De os en de ezel van den Heiligen Stal.

  • “Het waren twee kunstenaars die wonder bij mekaar pasten: Supervielle schrijft zoals Tijtgat tekende. Toen wij die uitgave – kijk hier is ze – aan Supervielle aanboden, was hij in de zevende hemel.” (Roelants in Joos Florquin, ‘Ten huize van … 2, (1964))

1937: Organiseert met groot succes de Hoogdagen van de Vlaamse Letteren, een soort boekenbeurs avant la lettre.

…CULTUURANIMATOR …

Van 1942 tot zijn dood was Roelants ook lid van de raad van beheer van het – toen nog totaal verfranste – Paleis voor Schone Kunsten, waar hij in 1948 het Kunst- en Cultuurverbond oprichtte.

Na W.O. II wordt hij redacteur van Elseviers Weekblad, terwijl hij ook een tijdlang hoofdredacteur van De Nieuwe Standaard en van De Spectator is. Verder was hij ook redacteur van de zesde uitgave van de Winkler Prins Encyclopedie (1947-1954).

1946: Medeoprichter van het Nieuw Vlaams Tijdschrift (1946-1983).

1949: In de trilogie “De Lof der Liefde” bood Roelants een zwierige, barokke transformatie van de liefde tussen man en vrouw.

ik kan aan uwe heup, uw oksels en uw borsten
de smaak van alle vruchten uit het paradijs

1950: Onderscheiden met de Staatsprijs voor Vlaamse poëzie voor de dichtbundel “Lof der liefde“.

1951: Organiseerde, in de context van het Nederlands-Belgisch Cultureel Accoord, de eerste Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren.

1953: Aanstelling tot literair adviseur bij het ministerie van Openbaar Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen.

…CONSERVATOR EN OPNIEUW DICHTER…

1954 tot 1963: Conservator van het Kasteel van Gaasbeek.

  • Roelants zal negen jaar de functie van conservator-kasteelheer van Gaasbeek bekleden. Na zijn pensionering woont hij tot zijn dood in het naburige en al even landelijke Sint-Martens-Lennik.
  • Roelants’ voornaamste verdienste is wellicht dat hij het kasteel uitbouwde tot een intellectuele en mondaine ontmoetingsplek. Eén van de hoogtepunten onder zijn beleid was het bezoek van koningin Juliana en kroonprinses Beatrix op 1 juni 1960. Ze werden vergezeld door koning Boudewijn, eerste minister Gaston Eyskens en een indrukwekkende stoet andere ministers en notabelen.

1962: Op 67-jarige leeftijd nam hij het initiatief om een eigen woning in modernistische stijl te laten bouwen door architect Willy Van Der Meeren die eerder reeds in de streek een woning ontwierp voor schrijver en publicist Julien Weverbergh (1958). Op 28 maart 2009 meldt het Nieuwsblad dat deze woning beschermd erfgoed is geworden.

Voor meer informatie: Woning van Maurice Roelants – Inventaris Bouwkundig Erfgoed

1966: Enkele maanden voor zijn dood verrast Roelants met de bundel “Vuur en dauw“, waarin hij naast recentere gedichten er enkele afdrukt die hij eerder anoniem in Forum had laten afdrukken. Heviger dan vroeger, beslister en in een poëzie van zuiver gehalte, bezint hij het laaien van de hartstocht. Oog in oog met de dood, vindt hij tegen beter weten in – een ‘smaak van hoop’:

maar altijd rust een melkweg boven dood en lijden.

25 april 1966: Maurice Roelants overlijdt te Sint-Martens-Lennik.

 

BEKRONINGEN

  • 1931: bekroond met de driejaarlijkse staatsprijs voor verhalend proza voor Komen en gaan
  • 1937: bekroond met de Provinciale romanprijs van Brabant voor Maria Danneels of het leven dat wij droomden
  • 1950: de driejaarlijkse Staatsprijs voor poëzie voor zijn dichtbundel Lof der Liefde.

 

MEER OVER MAURICE ROELANTS

  • Melle, Liesbeth van. 2006. Die onvindbare heb ik bij u gezocht, Maurice. (Editie van de briefwisseling tussen Maurice Gilliams en Maurice Roelants.) Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde.
  • Schoolmeesters, Jan. ´Maurice Roelants.´ In: Hugo Brems, Tom van Deel, Ad Zuiderent (red.). Kritisch lexicon van de Moderne Nederlandstalige Literatuur. Groningen, Martinus Nijhoff uitgevers.

 GERAADPLEEGDE BRONNEN

Websites

Referenties

SMAAKMAKER

Eros (I)

Uit: Eros (1914)

Uw bleek gelaat is in den Lente-avond
gelijk een witte, vleugelmatte vlinder;
uw blikken vloeien in mijn oogen, lavend,
maar ’t laven maakt den dorst naar u niet minder.
 
Uw toeë mond verroert niet in den avond,
ofschoon mijn blikken u tot fluistren dringen.
In beide handen ’t aangezicht begravend,
kan ik de macht van snikken niet bedwingen.
 
Gij windt me om ’t gloeiend hoofd uw kille handen,
uw zakdoek bet de tranen van mijn oogen,
maar ‘k voel uw koude vingers pijnend branden:
ik mag uw medelijden niet gedoogen.
 
Want uw gelaat is vlinderbleek van zorgen
om mij, die enkel maar uw vriend kan wezen …
Neen, dan! Ik zal niet wederkeeren morgen
om uit uw oogen weer die vrees te lezen.
 
 
Pygmalion V

Uit: De lof der liefde (1949)

‘k Schep u altijd opnieuw in mijn verrukte zinnen,
of neen, vrouw van mijn droom, wij scheppen steeds elkaar.
Eén angst: werd ooit geduld zulk mateloos beminnen,
zulk aldoor stijgen naar een sterfelijk mensenpaar ?
 
Te midden van die vlucht voel ik mijn pennen breken,
verstorven aan uw mond beklemt me een vreemde druk:
de droppels die u traag langsheen de lippen leken
zijn tranen van iets raadloos in het rijkst geluk.
 
Van waar, ontbindend zuur, zijt gij in die zoen gedropen ?
Dit uur is veel te rijk, de tijd is veel te kort,
en van vertwijfling slaan mijn slapen toe en open:
Ikaros ben ik, die uit liefdes hemel stort.

 

IN DE HERBERG

“’t is geus dat we drinken !” zei Jaak krachtig, trots het eerste lallen van een verlammende lip. Kamiel zabberde kinderlijk aan het overschuimend glas. Zijn maat lei zijn arm in een plas bier, die daardoor over de boord van de herbergtafel openbrak en rap begon te druppelen in de ingevallen stilte. Er werd inderdaad geen woord meer gewisseld, noch tussen de twee sukkels, noch tussen mij en de waard, die op een gelegenheid wachtte om zich in zijn vetlach te verkneukelen. Op het kort gebod van Jaak ‘Hetzelfde’ werden de glazen vier maal opnieuw gevuld in het zwaar hangende zwijgen. Reeds begon mijn moedwillige opwinding te vermilderen tot droefnis en beschamende walg. Ik stond op en was op het punt alles te betalen. “Laat het maar zo” zei ik tot Jaak op een toon, die ik nog vertrouwelijk en vrolijk poogde te houden.

”Ha neen” riep Jaak verontwaardigd.

Hij rees recht, schoof zijn stoel achteruit, zodat deze omver viel, boog zich onzeker naar het oor van Kamiel en halfluide fluisterde hij met flodderlippen iets dat door het knarsen van het zand op de plankenvloer voor mij verloren ging.

Uit: Komen en gaan z.j. [1927]

BIBLIOGRAFIE  &  FILMOGRAFIE

Woordje vooraf

  • Na het chronologisch overzicht volgt een overzicht van het oeuvre per genre alfabetisch op titel.
  • De filmografie sluit het overzicht af.

De bibliografische gegevens werden onder meer nagekeken bij

  • Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience  – Antwerpen.
  • Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel – Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles.
  • Piet Devos: Van reuzen tot dwergen. Bibliografie – Vlaamse schrijvers in de 20ste eeuw – Eerste drukken. Kortrijk, eigen beheer 2007
  • POËZIECENTRUM vzw – Gent

Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klikt u op de foto.

A.  Chronologisch overzicht

Jaar Titel Fotogalerij Uitgeverij 1ste druk
1914 Eros. (poëzie)

Onder de pseudoniemen Maurice Minne (= M. Roelants) en Raymond Vere (= M. Herreman)
Van Maurice Minne: Kwade droomen. Mijn lijden, de zonde die zoet was. Mijn hopen, dat zoeter is dan de zonde
Van Raymond Vere: Van liefde die heenging… Het onvoldane verlangen. Troost
Gent: Drukkerij Plantyn.-110p.

Afmetingen: 17 x 13.80 (ingenaaid)
1916 Verwachtingen.

Onder pseudoniem Maurice Minne.
Te samen met Vere, Ray (pseudoniem van Raymond Herreman).
Bevat proza van Roelants en drie toneelstukjes van Herreman
Koekelberg: Drukkerij P. De Troyer. -132p.

Afmetingen: 17 x 13

1917 De driedubbele verrassing. (verhalen)

Bevat: De late missie, De lach, De stille verbranding
Albert Daenens sneed de platen en de bandversiering uit perelaarhout, terwijl de schrijver leerde om dit te zetten de edele drukkunst. Van keizerlijk Japansch papier werden 24 exemplaren, van “papier à chandelle” 23 ex. opgelegd.
Brussel: De Nieuwe Boekhandel. –ongepagineerd.

Afmetingen: 22.50 x 14.50 (ingenaaid met koord los of in kaft of in foedraal)
Colofon: Deze drie zomernachtsingevingen wezen aan de nagedachtenis van mijn Vader en aan U, Annie, gewijd. Gij beiden hebt mij vervuld toen ik ze schreef, Hij door zijn dood terwijl ‘k hem niet bereiken kon, Gij doordat Gij van mij ver waart.
(ook verschenen in “De jazzspeler en andere verhalen”, 1972)
1918 De kom der loutering. (dichtbundel)

Met 7 grote houtsneden en 2 vignetten van Jozef Cantré.
Oorspronkelijke omslag met titel in rood en houtsnede in watergroen; onderaan staat ‘Ciering Jozef Cantré’
Brussel: De Nieuwe Boekhandel / Gent: drukkerij Plantijn. -98 + [IV[p.

Afmetingen: 20.10 x 16.70 (gebrocheerd)
Colofon: “Plantijn van Gent drukte dit boek naar ontwerp van Jozef Cantré die tevens de platen gesneden heeft hem door de verzen ingegeven en er ook het omslag als een ver-beelding aan toegevoegd. Er bestaan vijftien genummerde exemplaren op Chineesch papier”.
1924 De dichters van ´t Fonteintje. Een keur uit hun gedichten. (poëzie) Maastricht: Boosten & Stols.
1927 Komen en gaan. (roman)

Voorgepubliceerd van augustus tot oktober 1926 in het Nederlandse tijdschrift De Gids.
Herdrukken
1942: 3de druk Uitgeversmij A. Manteau N.V., Brussel/Nijgh & Van Ditmar N.V., Rotterdam, z.j., 149 p. Druk: J. Van Mierlo-Proost, Turnhout.
1943: 4de druk U.M. A. Manteau N.V., Brussel/Nijgh & Van Ditmar N.V., Rotterdam, z.j., 191 p. Druk: Erasmus, Ledeberg/Gent. Toelatingsnummer: 1480.
1957: 6de herziene druk 168p. Druk: Boek- en Kunstdrukkerij v.h. Mouton & Co., Den Haag. Omslagontwerp: Jeannette Kossmann. Bandontwerp: Paul Roelants.
1964: 7de herziene druk, Manteau, Brussel – Den Haag, z.j., 176 p. [Marnixpocket 16] Omslagtekening: Stefan Mesker.
1965: 8ste druk, Manteau, Brussel-Den Haag, z.j., 160 p. [Marnixpocket 22]
1968: 9de druk, Manteau, z.pl., 160 p. [Marnixpocket 22] Druk: Geuze Dordt. Omslagontwerp: Stefan Mesker.
1999:
heruitgave van de tekst van de 8ste druk in de reeks Vlaamse bibliotheek nr 1,  door Houtekiet, Antwerpen en De Prom te Baarn.
Rotterdam: Nijgh &Van Ditmar Uitgevers Mij -132p.

Reeks: Nimmer dralende Reeks.
Afmetingen: 20.25 x 14.50 (gebonden – linnen kaft)
Roelants 17 6de herziene druk (1957)
 
heruitgave 1999
 
Vertalingen
1935: Vertaald in het Frans door José Gers als La visiteuse. Uitgever: Labor, Bruxelles. (Les heures claires; 5).
1940: Vertaald in het Tsjechisch door V. Schwarz als [Komen en gaan,] Uitgever: O.V., Praha.
1955: Vertaald in het Duits als Kommen und gehen door Georg Hermanowski bij Verlag Bonner Buchgemeinde, Bonn 140p.Harde kaft gebonden.
1928 De jazzspeler. Kleine roman met één personnage en zeven instrumenten zijnde een volledige slagwerk-batterij. (novelle)

Met zes lithographieën van Ramah.
1935: Tweede druk: Maastricht & Brussel, A.A.M. Stols (De Blauwe Distel).. 51 pp. Serie “Kaleidoscoop” no 10, ingenaaid.(op het titelblad staat ‘derde druk vermeld)
Roelants 5a derde druk    Roelants 5aa
1958: 3de druk in: De jazzspeler en andere verhalen. Brussel: Uitgeversmaatschappij A. Manteau N .V. -216p.
Roelants 5
1967: 4de druk, Manteau, Brussel/ Den haag, Marnixpocket MP42, 130 pp., Druk: Geuze Dordt, Nederland. Omslagontwerp: Stefan Mesker.
Roelants 5b vierde druk
1977: opgenomen in Omnibus Vlaamse Parels 3 – Romanvernieuwing rond 1930 – Uitgegeven bij DAP Reinaert Uitgaven  te Zele. pp 9-40.
1978: 5de druk bij Brussel / Amsterdam, Manteau, Paperback, uitgeversomslag: Robert Nix/Alje Olthof, 19.8×12.5 cm., 123 pp. + 3.
Brussel/Maastricht: A. A. M. Stols; -64p.

Afmetingen: 20.50 x 14.25 (ingenaaid)
Colofon: “DE JAZZ SPELER” van Maurice Roelants, versierd met zes lithografieën van Ramah, werd in october 1928 in opdracht van den uitgever gedrukt bij F. Van Buggenhoudt, nv, te Brussel, met de letters van Baskerville.
De oplage bedraagt 540 exemplaren:
6 op Hollandsch papier, geteekend door den schrijver en den illlustrator, waaraan toegevoegd een origineele teekening van Ramah en twee stel proeven der lithografieën (A-F)
35 op Hollandsch papier, geteekend door den schrijver, waaraan toegevoegd een stel proeven der lithografieën (I – XXXV)
500 op gewoon papier (1 – 500)1971: opgenomen in de bundel ’54 Vlaamse verhalen ‘, deel 3,  samengesteld door Karel Jonckheere en Marnix Gijsen, Uitgeverij Paris-Manteau, Antwerpen pp 15-24.

VERTALINGEN VAN De Jazzspeler

  • 1933: Vertaald in het Tsjechisch door M. Slíva als Hrac jazzu  Uitgever: Lis knihomiluv, Praha.
  • 1948: Vertaald in het Duits door Heinz Graef als Abschied von Ariel. Uitgever: Düsseldorf: Schwann.
  • 1959: Vertaald in het Duits door Georg Hermanowski als Der Jazzspieler und andere Erzählungen Uitgever: Bonner Buchgemeinde,. Bonn am Rhein.
  • 1962: Vertaald in het Frans door Fr. Closset als  Le joueur de jazz  Uitgever: Goemaere, Bruxelles.
1928 Twee helden. (verhaal)

Bandontwerp: Elza Van Hagedoren.
(ook in “Zesde omnibus van de gulle Vlaamse lach”, 1978)
Mechelen: Het Kompas / Amsterdam: De Spieghel;.

Reeks: Dit boek is het eerste uit de reeks “Het zilveren bronneken”.
Afmetingen: 22.50 x 14.50 (ingenaaid)
De oplage bedraagt 250 exemplaren, waarvan er 10 werden gedrukt op pracht Arches, genummerd van I tot X. Deze zijn door den schrijver geteekend. De oorspronkelijke editie, op Engelsch Allura, begint met het nummer 11 en 250 is het laatste.
Gent: N. V. Druk. Erasmus
1928 Karel van de Woestijne. (essay) Antwerpen: Standaard.
1928 Brieven aan Elisa. (vertaling)

Met een voorrede van oud-minister Camille Huysmans.
Oorspronkelijke auteur: CHARLES DE COSTER
Oorspronkelijke titel: Lettres à Elise (posthuum uitgegeven in 1894)
Vertaald door Maurice Roelants, met ‘Bericht van den vertaler’.
Roelants 18 Amsterdam : H. J. W. Becht. -215p.

Afmetingen: 17.70 x 14.50 (gebonden – in harde zwartlinnen kaft met goudopdruk)
1929 Van de vele mogelijkheden om gelukkig te zijn. (essay) ’s Gravenhage: N. V. H. P. Leopold’s U. M. -44p.

Reeks: Geniet het leven: kleine wenken om gelukkig te zijn. – Den Haag, 1929 – 1930; vol. 1
Afmetingen: 19 x 11 (ingenaaid)
Colofon: Vijf en twintig exemplaren van Van de vele mogelijkheden om gelukkig te zijn door Maurice Roelants werden gedrukt op oud-Hollandsch papier van Van Gelder Zonen en genummerd van I tot XXV
1930 Het verzaken. Gedichten van Maurice Roelants. (dichtbundel)

Bevat: Brief aan E. Du perron; Eros; De kom der loutering; Hier en daar.
Roelants 14 Maastricht / Brussel: A. A. M. Stols. -29p.

Reeks: Luchtkasteelen, nr 8
Afmetingen: 21 x 13.50 (ingenaaid)
Colofon: Het verzaken van Maurice Roelants is het achtste deel van de serie “Luchtkasteelen” en werd in november van 1930 gedrukt onder leiding van A.A.M. Stols in de drukkerij Boosten & Stols te Maastricht in een oplage van 150 exemplaren (1-150). De nummers 126 tot 150 zijn gereserveerd voor den schrijver, den uitgever en de pers.
1931 Het leven dat wij droomden. (roman)

Bandontwerp: Agnes Canta.
1938: 2de druk bij Nijgh & Van Ditmar N.V., Rotterdam.
1942: heruitgebracht als: Maria Danneels of Het leven dat wij droomden. Brussel: Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V./ Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. -192p. Druk: Nic. de Jonge, Brussel. Afmetingen: 17.30 x 13 (ingenaaid)
1956: Uitgave door D.A.P. Reinaert uitgaven, Brussel  met als titel: ‘Het leven dat wij droomden, met drie novellen : Zusterliefde, De overweldiger, Uit het dagelijks leven naar de heilige Stal’ Reinaert romanreeks. – Brussel; vol. 61, 204p.
1958: 5de druk uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V., Brussel, (1959), 226 p. Druk: Boek- en Kunstdrukkerij v.h. Mouton & Co., Den Haag. Omslagontwerp: Jeannette Kossmann. Bandontwerp: Paul Roelants.
1965: 6de herziene druk, Manteau, Brussel – Den Haag, 160 p. [Marnixpocket 29] Omslagtekening: Stefan Mesker.
1967: 7de druk – Het leven dat wij droomden -Manteau, Brussel – Den Haag, 160 p. [Marnixpocket 29] Omslagtekening: Stefan Mesker.
1976: Elfde druk – Manteau, Brussel-DEn Haag, 160p. [Grote Marnixpockets nr 124]
Omslagontwerp: Robert Nix/ Alje Holthof.
Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. -213+3p.

Afmetingen: 20.50 x 15 (gebonden)
roelants-19 Reinaert uitgave 1956
Roelants 13a vijfde druk  5de druk (1958)
6de druk MP 29
  11de druk GMP 124
 
 

VERTALINGEN VAN Het leven dat wij droomden

  • 1932: Vertaald in het Duits door Elisabeth und Felix Augustin als Maria Danneels. Berechtigte Ubertragung des flämischen Buches Het leven dat wij droomden. Roman. Schutzumschlagentwurf von Rolf Roselieb. R. Voigtländers Verlag, Leipzig, [september 1932], 240 blz., 13 × 19.5 cm.
  • 1941: Vertaald in het Tsjechisch door R. Vorisek als Vysneny zivot. Uitgever: Vysehrad, Praha.
  • 1957: Vertaald in het Duits door Georg Hermanowski als Ein Leben das wir träumten : Roman Uitgave: Bonner Buchgemeinde, Bonn.
1933 De os en de ezel van den Heiligen Stal. (vertaling uit het Frans)

Oorspronkelijke auteur: JULES SUPERVIELLE
Oorspronkelijke titel: Le boeuf et l’âne de la crèche.
Kleurenillustraties door Edgard Tijtgat.
1932: Eerder gepubliceerd in Het Vlaamsche Kerstboek 1932 pp 43-50, het jaarlijks Kerstnummer van Ons Volk Ontwaakt, Brussel.
Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. -39p.

1932 - Het Vlaamsche Kerstboek      1932a - Het Vlaamsche Kerstboek
1933
&
1936
Karel van de Woestijne, Over schrijvers en boeken. (samengesteld door Roelants). Brussel: Karel van de Woestijne-Genootschap.
1937 Alles komt terecht. (roman)

Bevat: Voorwoord (pp. 5-7); Eerste boek: Gedenkschriften van Bert De Corte (pp; 9-126); Tweede boek: Gedenkschriften van Willem Ottevaere of een andere klok over hetzelfde drama van geaardheid. (pp.127-244).
Herdrukken:
1942: 2de druk Uitgeversmij A. Manteau N.V., Brussel/Nijgh & Van Ditmar N.V., Rotterdam, 239 p. Druk: Erasmus, Ledeberg/Gent.
1957: 3de druk, Uitgeversmaatschapij A. Manteau N.V., Brussel, – 259 p. Druk: Boek- en Kunstdrukkerij v.h. Mouton & Co., Den Haag. Omslagontwerp: Jeannette Kossmann. Bandontwerp: Paul Roelants
1974: 4de druk Manteau, Den Haag als nr 10 in de Marnixreeks. Omslagontwerp: Robert Nix / Gratama & De Vries.  -148p.
Roelants 15 Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. -244p.

Reeks: Nimmer dralende Reeks.
Afmetingen: 20.25 x 15 (ingenaaid & gebonden met stofomslag)

Verscheen in 1937 tevens in 5 afleveringen in het tijdschrift De Gids. Jaargang 101. P.N. van Kampen & zoon, Amsterdam 1937.

  Marnixreeks nr 10

VERTALINGEN VAN Alles komt terecht

  • 1941: Vertaald in het Frans door François Maret als Tout s’arrange Uitgever: Office de Publicité, Bruxelles: (Collection Traducta).
  • 1957: Vertaald in het Duits door Georg Hermanowski als Alles kommt zurecht Uitgever: Bonner Buchgemeinde, Bonn.
  • 1959: Vertaald in het Spaans door Joyce de Lecluyse als Plegaria para un buen fin Uitgever: Miguel Arimany S.A., Barcelona (Collection el Mástil; 2).
1937 Een episode. (novelle)

 
Brussel: S.V. Onze Tijd. -32p.

Reeks: Vlamingen vertellen.
Afmetingen: 20.25 x 14 (ingenaaid)
 
 
1937 Een episode. (novelle) & Het negerbeeld (verhaal)

Bevat: Een episode  (pp 193-208); Het negerbeeld (pp 209-220)
Nota: De bundel bevat voorts werk van Raymond Brulez (Een mei), Marcel Matthijs (Het Turksch kromzwaard en Mur Italien), Willem Putman (Mijn gevangene) en Lode Zielens (Polka voor piston).

1937 Vertellen In: Vlaamsche  schrijvers VERTELLEN. (anthologie)  Uitgave: S.V. Onze Tijd, Brussel. -252p.

Afmetingen: 19 x 13 (ingebonden – harde kaft)
Gedrukt op de persen van V. Van Dieren & Co, 27, Venusstraat, Antwerpen. MCMXXXVII

1938 Bakkeleien met Jan Greshoff. (essay) Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. -40p.

Afmetingen: 24.20 x 16 (ingenaaid – zachte kaft)

1941 Mijn vader de veldwachter. (verhaal uit: “Komen en gaan”, 1927 ) In de bundel: “Moderne Vlaamsche prozaschrijvers”
1941 Op strooptocht.( verhaal uit “Alles komt terecht”, 1937) In de bundel: “Moderne Vlaamsche prozaschrijvers”
1942 Maria Danneels of Het leven dat wij droomden. (roman)

Heruitgave van ‘Het leven dat wij droomden uit 1931
Roelants 13 Brussel: Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V./ Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. -192p.

Afmetingen: 17.30 x 13 (ingenaaid)
Drukkerij Nic. De Jonge, pvba Groendreef, 67, Brussel.
1943 Drie romanellipsen: bestaande uit Zusterliefde, Het negerinnebeeld, De jazzspeler. (verhalen)

Inhoud: Zusterliefde (pp 11-22); Het negerinnebeeld (pp 23-38); De jazzspeler (pp 39-78).
Geïllustreerd door Miet de Feyter.
Omslagteekening van Marcel Libbrecht.
1958: Het verhaal Het negerinnebeeld  werd geselecteerd in de bloemlezing Vlaamse Verhalen door André Demedts. (Uitgeverij Spectrum – Prismaboeken nr 335 pp 106-113)
Roelants 2 Brussel: Uitgeversmij Manteau N.V. -80p.

Reeks: De Brug nr. I.
Afmetingen: 21.50 x 14 (gebonden – stofomslag)
Colophon: Dit eerste nummer van de reeks De Brug werd in opdracht van de Uitgeversmij A. Manteau N.V. te Brussel gedrukt op de persen van de Drukkerij N. de Jonge, pvba., Brussel, in Februari van het jaar 1943.  T.Nr. 1458
In groen en zwart gedrukt.
1943 Altijd op nieuw. (roman)

Met tekeningen van Nelly Degouy.
1969: Heruitgave bij Manteau, (Brussel – Den Haag), z.j., 96 p. [Marnixpocket 61] Druk: Geuze Dordt. Typografie: Aldert Witte. Omslagontwerp: Stefan Mesker.
Roelants 16
Roelants 3 Gent: Snoeck-Ducaju en Zoon. -104p.

Reeks: Nummer 6 van de Kunstsnoeckjes – Reeks.
Afmetingen: 19 x 13 (gebonden – stofomslag)
Colophon: Dees Blauw Snoeckje nummer 6 van de reeks, werd naar een typografisch ontwerp van de Nationale Hoogere School voor Bouwkunst en Sierkunsten te Brussel door de firma van Melle te Gent gezet, op de persen van Snoeck-Ducaju en Zoon te Gent gedrukt, en met teekeningen opgeluisterd door Nelly Degouy
1943 Schrijvers, wat is er van den mensch ? (bundeling essays)

Ondertitel: Een verzameling schrifturen over critische normen, dansen, schermen en lezen, verder herinneringen aan schrijvers die duurzame pieteit verdienen, jubilea, gelegenheidscritiek en propoosten van bewondering voor wat juist en echt is in vers en proza, mitsgaders eenige afwijzingen.
1956 : Hernieuwde en vermeerderde druk. Schrijvers, wat is er van den mensch ? (gebonden met stofomslag) Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. te Brussel Deel I Keurreeks 254p. 29 mei 1955.
1957: Hernieuwde en vermeerderde druk. Schrijvers, wat is er van de mens ? (gebonden met stofomslag) Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. te Brussel Deel 2 Keurreeks 251p.
Roelants 1 Brussel: A. Manteau / Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. – 179p.

Reeks: Documenten ; 4
Afmetingen: 24.25 x 16 (gebonden – harde linnen kaft met stofomslag)
Colophon: Dit vierde nummer van de serie documenten werd in opdracht van de Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. te Brussel gedrukt op de persen van de firma Erasmus te Gent in de maand Januari 1943
z.j.
[1943]
De weduwe Becker, wat ik hoorde en zag op haar proces. Reportage over haar proces. (reportage)

Op de kaft luidt de ondertitel: Wat ik hoorde en zag op haar proces. Op het titelblad luidt de ondertitel: Reportage over haar proces.
Ook verschenen bij Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam, 1944.
Roelants 20 s a 01 Brussel: Uitgeversmij. A. Manteau N.V. -200p.

Afmetingen: 20 x 13.50 (gebonden – kartonnen kaft)
Dit werk werd gedrukt en gebonden in de werkhuizen der Firma Henri Proost & C° Turnhout. T.N. 3473.
1944 Gebed om een goed einde. (roman)

1956: 2de, herziene druk. Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V., Brussel, 206 pp Druk: Boek- en Kunstdrukkerij v.h. Mouton & Co., Den Haag. Omslagontwerp: Jeannette Kossmann. Bandontwerp: Paul Roelants. Hardcover, grijs linnen met goudindruk, stofomslag.
1967: 3de druk, Manteau, Brussel – Den Haag, 155 p. [Marnixpocket 48] Druk: Geuze Dordt. Omslagontwerp: Stefan Mesker.
Marnix pocket nr 48

Brussel: U.M. A. Manteau N.V. / Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar N.V. -230p.

Afmetingen: 19.5 x 13 (gebonden  – zachte kaft met flappen)
Colophon: Gebed om een goed einde, proloog van den in voorbereiding zijnden roman Oidipoes gaat ziende voorbij, werd in april 1944 gedrukt en gebonden in de werkhuizen van de firma Henri Proost & Cie Turnhout, in opdracht van de uitgeversmij A. Manteau N.V. te Brussel. Er werden 50 exemplaren. op houtvrij papier gedrukt. T.N. 9282.

VERTALINGEN VAN Gebed om een goed einde

  • 1955: Vertaald in het Duits door Georg Hermanowski als Gebet um ein gutes Ende. Uitgever:  Bonner Buchgemeinde te Bonn.
    • 1959: Heruitgave van deze vertaling bij Berlin: Union Verlag 1959, 132p., Lizenz des Verlages Bonner Buchgemeinde.
1944 Uit het dagelijks leven van den heiligen stal.

Met de hand gezet in de Nationale Hogere School voor Bouw-en Sierkunsten.
Typografische verzorging door Paul Roelants.
Brussel: Nationale Hoogere School voor Bouwkunst en Sierkunsten. -23p.

Oplage: 40 genummerde exemplaren
1945 Drie gedichten. Raymond Herreman, Maurice Roelants en Karel Leroux. (poëzie)

klik op foto voor vergroting

Brussel: Uitgeversmij A. Manteau N.V.. -4p.

Afmetingen:21.70 x 14 (losse bladen in mapje; tweekleuren druk: zwart-blauw)
Colofon : Deze gedichten werden in de Egmont 12 punt gezet en in twee kleuren gedrukt in December 1944 op de persen van A. Hellinckx te Brussel. Vijftig exemplaren werden op simili Japansch papier gedrukt en gemerkt van I tot L. Duizend exemplaren werden op houtvrij papier ge
drukt en genummerd van 1 tot 1000.
Dit is nummer …

1945 Montgomery rekent met Rommel af; de geschiedenis van het 8e leger. (vertaling)

Oorspronkelijke auteur: RICHARD MACMILLAN
Oorspronkelijke titel: Lessons in Leadership from the Soldier’s General (?)
Brussel: Uitgeversmij A. Manteau.
1947 Pygmalion. (poëzie)

Omslag: getekend door Paul Roelants.
Roelants 10 Amsterdam/Brussel: Elsevier. -17p.

Afmetingen: 25 x 18.50 (ingenaaid)
Colophon: Dit gedicht werd gezet uit de Granjonletter, naar een ontwerp van Paul Roelants, die ook het omslag teekende. Het werd in 1947 te Brussel, door J.E. Goossens, gedrukt in opdracht van Elsevier, in dezelfde stad. De oplage bedraagt 500 exemplaren, waarvan 425 voor den handel.  Alle exemplaren zijn door den schrijver gesigneerd.
1948 Edgard Tytgat. (monografie – essay) Antwerpen: De Sikkel.-15p.+24 ill.

Reeks: Monografieën over Belgische kunst.
Franstalige versie bij Les Editions du Cercle d’art,  Bruxelles. Reeks: Monographies de l’art belge . 2e sér, 2
1949 De lof der liefde (poëzie)

Bekroond met de Staatsprijs voor Vlaamse poëzie (1950)
Bevat de cycli: Pygmalion; Aphrodite op aarde; Wat het orakel weet.
Typografische verzorging van A.A.M. Stols.
1951: Tweede druk, gezet uit de letter ‘Perpetua’ van Eric Gill en gedrukt op de persen van Meijer’s Boek- en Handelsdrukkerij te Wormerveer. Typografische verzorging A.A.M. Stols
Roelants 9
Roelants 8 Amsterdam/Brussel/´s-Gravenhage: Elsevier/Stols. -65p.

Afmetingen: 21.50 x 17 (ingenaaid)
Colophon: De lof der liefde van Maurice Roelants werd gezet uit de letter Lutetia van J. van Krimpen en gedrukt bij de firma Boosten & Stols te Maastricht in september 1949. De oplaag bedraagt 450 exemplaren genummerd van 1 tot en met 450, benevens 50 exemplaren genummerd van I tot en met L. Deze laatsten zijn niet in den handel.
Titelpagina in tweekleurendruk: zwart-rood.
1953 De laatste op het schavot. (theatertekst – vertaling uit het Frans)

Oorspronkelijke auteur: GEORGES BERNANOS
Oorspronkelijke titel: Dialogues des Carmélites.
1959: 2de druk bij Meddens, Brussel
Brussel/Amsterdam: Elsevier. -138p.

Afmetingen: 20.70 x 13.30 (ingenaaid – zachte kaft met stofomslag)
Colofon: Dit boek werd gezet uit de Romulus en in opdracht van de N.V. Elsevier te Brussel gedrukt op de persen van de drukkerij Boosten & Stols  te Maastricht, in het voorjaar 1953

1956 Het leven dat wij droomden. Met drie novellen : Zusterliefde, De overweldiger, Uit het dagelijks leven naar de Heilige Stal. (omnibus) Brussel : D.A.P. Reinaert uitgaven -204p.

Reeks: Reinaert-romanreeks vol  61

1956 Schrijvers, wat is er van de mens? Deel I

Hernieuwde en vermeerderde druk van 1943
Brussel: Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. -254p.

Reeks: Keurreeks.
Gebonden met stofomslag
1957 Schrijvers, wat is er van de mens ? Deel II

Hernieuwde en vermeerderde druk van 1943.
Tweede deel van de verzameling schrifturen over kritische normen, dansen, schermen en lezen, verder herinneringen aan schrijvers die duurzame piëteit verdienen, jubilea, gelegenheidskritiek en propoosten van bewondering voor wat juist en echt is in vers en proza, mitsgaders enige afwijzingen.
Roelants 12 Brussel: Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. -251p.

Reeks: Keurreeks.
Afmetingen: 19.40 x 12.30 (gebonden – harde kartonnen kaft met stofomslag)
Colofon: Schrijvers, wat is er van de mens? Tweede deel werd in het najaar van 1957 gedrukt als KEURBOEK uit het werk van Maurice Roelants op de persen van Boek- en Kunstdrukkerij v.h. Mouton & Co te Den Haag in opdracht van A. Manteau N.V. te Brussel.
1957 Gun goede wijn zijn krans. (essay)

Omslagontwerp: Jeannette Kosmann.
Bandontwerp: Paul Roelants.
Roelants 4 Brussel: Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. -142p.

Reeks: Keurreeks.
Afmetingen: 19.25 x 12.50 (gebonden – stofomslag)

Colofon: GUN GOEDE WIJN ZIJN KRANS werd in het voorjaar van 1957 gedrukt als KEURBOEK uit het werk van Maurice Roelants op de persen van Boek- en kunstdrukkerij v/h Mouton & Co te Den Haag in opdracht van A.. Manteau N.V. te Brussel.
1958 Marnix Gijsen. (monografie- essay)

Met bloemlezing

Brussel: A. Manteau N.V. voor het Ministerie van Openbaar Onderwijs, Brussel, -40p.

Reeks: Monografieën over Vlaamse letterkunde. – Brussel; vol. 7
1958 De jazzspeler en andere verhalen.

Omslagontwerp: Jeannette Kosmann.
Bandontwerp: Paul Roelants.
Bevat: De driedubbele verrassing (pp 7-18); De jazzspeler (pp 19-57); Een episode (pp 58-74); Uit het dagelijks leven naar de Heilige Stal (pp 75-98); Het negerinnebeeld (pp 99-111); Altijd opnieuw (pp 112-191); Vriendschap, zoete vriendschap (pp 192-215)
Roelants 5 Brussel: Uitgeversmaatschappij A. Manteau N .V. -216p.

Afmetingen: 19.25 x 12.50 (gebonden – harde grijze linnen kaft met stofomslag)
Colofon: DE JAZZSPELER EN ANDERE VERHALEN werd in het najaar van 1958 gedrukt als KEURBOEK uit het werk van Maurice Roelants op de persen van Boek- en kunstdrukkerij v/h Mouton & Co te Den Haag in opdracht van A.. Manteau N.V. te Brussel.
1959 Het kasteel van Gaasbeek. (brochure)

De historische betekenis. Het slot en de bijgebouwen. De heren en de slotvoogden. De kunstschatten
Brussel: Commissariaat Generaal van het Toerisme. -32p.
1965 Vuur en dauw. (dichtbundel)

Verzen van Maurice Roelants. Tekeningen van Eppo Doeve.
1967: Vertaald in het Duits door Heinz Graef als ‘Glut und Tau’. Uitgever: Bibliotheca Christiana, Bonn Ill. Eppo Doeve.
Brugge/Utrecht: Desclée De Brouwer. -65p.

Afmetingen:30 x 19.80 (ingenaaid)
Colophon: VUUR EN DAUW werd gezet uit de  Lutetialetter van Jan van Krimpen en op houtvrij Bodonipapier gedrukt op de persen van Swart te Haarlem in opdracht van uitgeverij Desclée De Brouwer uit Brugge en Utrecht in de nazomer van 1965.
Van de princepsuitgave, zoals zij thans voorligt, wordt geen herdruk meer gebracht. Maurice Roelants en Eppo Doeve kregen de vrije beschikking over dertig exemplaren op geschept oud-Hollands papier. Ze hebben ze genummerd, gesigneerd en aan elk exemplaar een tekening en een manuscript toegevoegd
1965 De roman van het tijdschrift Forum of Les liaisons dangereuses. (essay)

Documenten bijeengebracht en van wat commentaar voorzien door Maurice Roelants.
Met een verzameling brieven van Menno Ter Braak en Maurice Roelants alsmede enkele epistels van Marnix Gijsen, Raymond Herreman, Gerard Walschap en Doeke Zijlstra.
Enkele wederzijdse rechtzettingen van  Victor E. van Vriesland en Maurice Roelants en de twistappel van Victor Varangot: Virginia.
 Roelants 16 ´s-Gravenhage/Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar. -235p.

Afmetingen:
Reeks: Nieuwe Nijgh Boeken nr 21
Inhoud: I. Verantwoording van de uitgave (pp 7-14);  II. Van bewolkt tot storm (pp 15-54);  III. Honig en peper in brieven (pp 55-174);  Bijlagen, citaten en al eens een wederwoord (pp 175-206); V. Les liaisons dangereuses (pp 207-212);  VI.  ‘Virginia’ door Victor Varangot (pp 213-235).
1966 “Kruisweg ” van Tijtgat. (brochure – essay)

Franstalige versie: Le “Chemin de croix ” d’Edgard Tytgat bij Gaasbeek : Douzaine de l’Etat de Gaasbeek , 1966

Gaasbeek : Staatsdomein van Gaasbeek.

 POSTUME UITGAVEN

1972 De jazzspeler en andere verhalen. (omnibus)

Bevat : De jazzspeler, Een episode, De driedubbele verrassing (De late missie, De lach, De stille verbranding), Uit het dagelijks leven naar de heilige stal, Het negerinnenbeeld, Vriendschap zoete vriendschap. 
Omslagontwerp: Robert Nix/Alje Olthof
Brussel/Amsterdam: A. Manteau. -123 +[III]p.

Afmetingen: 19.80 x 12.50 (paperback)
2006 Die onvindbare heb ik bij u gezocht, Maurice…: de briefwisseling tussen Maurice Gilliams en Maurice Roelants. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. -287p.

Reeks: Literaire tekstedities en bibliografieën KANTL; vol. 13

B.  Overzicht per genre alfabetisch per titel

Poëzie

  • De kom der loutering.  1918
  • De dichters van ´t Fonteintje. Een keur uit hun gedichten. 1924
  • De lof der liefde. 1949
  • Eros.  1914
  • Het verzaken: verzamelde gedichten.  1930
  • Pygmalion. 1947
  • Verwachtingen.  1916
  • Vuur en dauw. Verzen. 1965

Romans, novellen, verhalen

  • Alles komt terecht. 1937
  • Altijd opnieuw. 1943
  • De driedubbele verrassing. (verhalen) 1917
  • De jazzspeler. Kleine roman met één personnage en zeven instrumenten zijnde een volledige slagwerk-batterij. (novelle) 1928
  • Drie romanellipsen. (verhalen) 1943
  • De weduwe Becker, wat ik hoorde en zag op haar proces.1943
  • Gebed om een goed einde. 1944
  • Het leven dat wij droomden. 1931
  • Komen en gaan. (roman) 1927
  • Twee helden (verhaal) 1928

Essays

  • Bakkeleien met Jan Greshoff. 1938
  • De roman van het tijdschrift Forum of  Les liaisons dangereuses. 1965
  • Edgard Tytgat. 1948
  • Gun goede wijn zijn krans.1957
  • Het kasteel van Gaasbeek. 1959
  • Karel van de Woestijne, Over schrijvers en boeken. 1933
  • Marnix Gijsen. 1958
  • Schrijvers, wat is er van den mensch. 1943
  • Schrijvers, wat is er van de mens, Delen I en II. 1956-1957
  • ” Kruisweg ” van Tijtgat. 1966
  • Van de vele mogelijkheden om gelukkig te zijn. 1929

Vertalingen

  • Charles de Coster: Brieven aan Elisa. 1928
  • Georges Bernanos: De laatste op het schavot.1953
  • Jules Supervielle: De os en de ezel van den heiligen stal. 1933
  • Richard MacMillan: Montgomery rekent met Rommel af; de geschiedenis van het 8e leger. 1945

C.  VERTALINGEN VAN HET WERK VAN MAURICE ROELANTS

Overzicht per taal

DUITS

  • 1948 : Abschied von Ariel. Duits / vert. uit het Nederlands door Heinz Graef. Düsseldorf: Schwann. Fictie, gebonden. Vert. van De jazzspeler. Maastricht: Stols, 1928
  • 1955: Gebet um ein gutes Ende Duits / vert. uit het Nederlands door Georg Hermanowski. Bonn: Bonner Buchgemeinde. Fictie, gebonden. Vert. van Gebed om een goed einde. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1944.
  • 1955: Kommen und gehen Duits / vert. uit het Nederlands door Georg Hermanowski. Bonn: Bonner Buchgemeinde. Fictie, gebonden. Vert. van Komen en gaan. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1927.
  • 1957: Alles kommt zurecht Duits / vert. uit het Nederlands door Georg Hermanowski. Bonn: Bonner Buchgemeinde. Fictie, gebonden. Vert. van Alles komt terecht. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1937.
  • 1957: Ein Leben das wir träumten Duits / vert. uit het Nederlands door Georg Hermanowski. Bonn: Bonner Buchgemeinde. Fictie, gebonden. Vert. van Maria Danneels of het leven dat wij droomden. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1942.
  • 1959: Der Jazzspieler und andere Erzählungen Duits / vert. uit het Nederlands door Georg Hermanowski. Bonn: Bonner Buchgemeinde. Fictie, gebonden. Bevat een keuze uit zijn werk. Uitgeversnaam in werk: Verlag der Buchgemeinde.
  • 1967: Glut und Tau. Duits / vert. uit het Nederlands door Heinz Graef. Ill. Eppo Doeve. Bonn: Bibliotheca Christiana. Poëzie, paperback. Vert. van Vuur en dauw. Brugge: Desclée de Brouwer, 1965.

FRANS

  • 1935: La visiteuse Frans / vert. uit het Nederlands door José Gers. Bruxelles: Labor, (Les heures claires; 5). Fictie, Vert. van Komen en gaan. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1927.
  • 1941: Tout s’arrange Frans / vert. uit het Nederlands door François Maret. Bruxelles: Office de Publicité, (Collection Traducta). Fictie, paperback. Vert. van Alles komt terecht. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1937.
  • 1962: Le joueur de jazz Frans / vert. uit het Nederlands door Fr. Closset. Bruxelles: Goemaere. Fictie, paperback. Vert. van De jazzspeler. Maastricht: Stols, 1928. Overdruk. Uit: La revue générale Belge (jan. 1962).

SPAANS

  • 1959: Plegaria para un buen fin Spaans / vert. uit het Nederlands door Joyce de Lecluyse. Barcelona: Miguel Arimany S.A., (Collection el Mástil; 2). Fictie, gebonden. Vert. van Gebed om een goed einde. Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar, 1944.

TSJECHISCH

  • 1933: Hrac jazzu Tsjechisch / vert. uit het Nederlands door M. Slíva. Praha: Lis knihomiluv, . Fictie, Vert. van De jazzspeler. Maastricht: Stols, 1928.
  •  1940: (Komen en gaan) Tsjechisch / vert. uit het Nederlands door V. Schwarz. Praha O.V., . Fictie, Vert. van Komen en gaan. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1927.
  • 1941: Vysneny zivot Tsjechisch / vert. uit het Nederlands door R. Vorisek. Praha Vysehrad, . Fictie, Vert. van Maria Danneels of het leven dat wij droomden. Rotterdam Nijgh & Van Ditmar, 1942.

FILMOGRAFIE

1982 Maria Danneels of het bleven dat wij droomden. (naar het boek van Maurice Roelands)

  • Regie: Robbe De Hert
  • Scenario:  Fernand Auwera en Robbe De Hert.
  • Fotografie en camera: Ralf Boumans. Muziek: Peter Verlinden en de BRT Big Band onder leiding van Freddy Sunder.
  • Cast: Karen van Parijs (Maria Danneels), Arlette Weygers (Irène), Herman Gilis (Richard), Guido van Camp (Ferre, de scenarist), Jan Decleir (stem van de scenarist), Lut Tomsin (Moeder), Ward de Ravet (Vader), Charles Branckaert (Personeelschef), Patrick Conrad, Els Rastelli, Roger Broeckx, Herman de Prins, Bavo Claes, Tuur van Wallendael, Pol Muys, Frans Sands & The Peanuts, Wim Langeraert, Walter Ertveld, Rita Mosselmans, Pol Codde, Minouche.

Productie: BRT, 1981-1982