home | Inloggen
Aantal schrijvers: 594 | Aantal boeken:

19.538

 

 

Coole, Marcel

Maakt deel uit van:

Marcel COOLE

Kortrijk, 21 augustus 1913 – Koksijde, 11 februari 2000

Coole 0d

Auteur van 23 dichtbundels en vier toneelstukken.

Evolueerde van romantisch dichter naar een realistische objectieve lyriek.

Zijn bundel Kaluwa – de neerslag van een Kongoreis – leverde hem in 1957 de Driejaarlijkse prijs voor Koloniale Letterkunde op.

Betrokken bij verschillende literaire tijdschriften: medeoprichter van het poëzietijdschrift Klaver(en)drie (1937). Medewerker van De Spiegel (1945-1946) en van het Nieuw Vlaams Tijdschrift en Diogenes.

Levenslange carrière bij het N.I.R. (het vroegere VRT) waar hij het genre van het luisterspel op de kaart zette.

 

BIOGRAFIE

21 augustus 1913: Marcel Jozef Coole werd geboren te Kortrijk.

  • Studeert eerst aan de Rijksmiddelbare school te Kortrijk en daarna aan de Rijksmiddelbare Normaalschool te Gent, waar hij Achilles Mussche tot leraar had.
  • Zijn vader, Jozef Coole, was een lokaal bekende dichter van volkse strofen en politieke strijdliederen.

Zijn eerste verzen plaatst Coole in studententijdschriften en weekbladen.

1933: Debuteert op 20-jarige leeftijd samen met Abdon Desmedt met de bundel “Zoeklichten”. waarin hij zich toont als ware romanticus en ongeremd zijn gevoelens tot uiting brengt

1934: Studeert af als regent Germaanse Talen en wordt leraar te Brugge.

1934-1936: Vrij snel volgen daarop een aantal bundels, uitgegeven in de reeks ‘Cahier van de Waterkluis: Hartstocht (1934); De minnaar van het licht.  (1935) en een eerste verhalend gedicht Licht en schaduw. (1936)

1 februari 1937: Treedt in dienst bij als literair commentator voor de radio (N. I. R.). Zijn loopbaan wordt onderbroken door het uitbreken van Wereldoorlog II.

DICHTER IN TWEESPALT

1937: Richtte hij met Johan Daisne en Luc van Brabant het poëzietijdschrift Klaver(en)drie op.

  • Tweemaandelijks poëzietijdschrift dat verscheen van september 1937 tot en met januari 1948.

Later werkte hij mee aan De Spiegel (1945-1946) en was redacteur van het Nieuw Vlaams Tijdschrift en Diogenes.

Over zijn eerste bundels schrijft Willy Spillebeen in VWS-Cahier  : “Zijn evolutie als dichter verliep vrij langzaam: enerzijds was er zijn té romantische ingesteldheid, anderzijds zijn enigszins epische verhaalstof”.

  • Inderdaad, van eind jaren dertig stammen lange epische gedichten waaronder De zonneblinde ruiters (1937) en De minnaars van Teruel (1938), later gevolgd door Ballade van den eeuwigen vrede (1943) en Eurudike (1945).
  • Maar in andere bundels zoals Moederschap (1939), Vaarwel… (1941) en Loutering (1941) blijft hij  meer intieme, gevoelsgeladen gedichten schrijven.

Januari 1938: Gemobiliseerd in het Belgische leger. Vervolgens opnieuw van 1 september 1939 tot eind augustus 1940. Wereldoorlog II is uitgebroken.

Tijdens de oorlog werkte hij voor ‘Winterhulp’.

1941: De bundel ‘Loutering’.

De bundel Loutering is eigenlijk een autobiografie 1939-1940 met twee onderwerpen: de mobilisatie – als periode van onveiligheid en vrees ‘Soldatenlied’ –  en de dood van zijn vader.

Het gedicht Soldatenlied

We schuiven aan voor soep en een stuk brood
En schimpen koppig op de beste vrinden
We slaan de laatste blaren van de linden
En drinken onze rauwe droefheid dood.

We liggen zwijgend naar de lucht te staren,
En dromen naast verlaten ploeg en eg;
En slikken moeilijk onze tranen weg.
Wanneer de hand zich strekt naar kinderharen.

En ’s nachts zijn onze lippen dubbel stom,
Maar plots kan soms het stro naar bloemen geuren.
Tot de trompet de dag komt openscheuren

En in de harte ploft gelijk een bom.

De dood van zijn vader zal Coole verder van zich afschrijven in de bundel kwatrijnen ‘Vaarwel’ (1941)

1943: LITERAIR EEN KANTELJAAR : HET GEVECHT TUSSEN GEVOEL EN REDE

Coole publiceert in dat jaar 3 bundels. In de twee eerste Het gevecht met het hart (1943) en De ballade van den eeuwige vrede (1943) in het nog duidelijk merkbaar hoe hij voortdurend vecht om zijn gevoel te laten beheersen door zijn rede.

Met zijn bloemlezing “Het hart op de hand” sluit hij deze periode af. Hijzelf noemt het een periode waarin hij “Het hart teveel recht had laten wedervaren en minder aandacht had geschonken aan de geest”.

1945: Een bundel die getuigt van bezinning over zijn functie als dichter: “Dichterschap

1945: Direct na de bevrijding treedt hij weer in dienst van de  N.I.R.. Achtereenvolgens was hij op de radio Eerste Commentator, Hoofd van de Literair en Dramatische Uitzendingen, Directeur van de Gewestelijke Omroepen. Tenslotte zal hij in 1962 directeur worden van de Gesproken Radio-uitzendingen.

  • Men heeft hem wel eens de “Vader van het Vlaamse Luisterspel” genoemd, want onder zijn impuls groeide het luisterspel in Vlaanderen uit tot een volwaardig literair genre. Naast zijn eigen luisterspel ‘Achnaton’ heeft hij vele buitenlandse stukken uit het Frans, Engels en Duits vertaald.

1946: Verschijnt “Eurydice” een lang liefdesgedicht waarin de Orpheus en Eurydice mythe in een modern kleedje (de zoektocht naar de onbereikbare vrouw in de stad Brussel, een wel zeer romantisch thema) worden gestoken.

1950-1955:  HET TONEEL D’ABORD

Gedurende een vijftal jaar houdt Coole zich intensief met het toneel bezig.

In zijn toneel verwoordt Coole zijn humanistische zienswijze. Hij komt op voor waarden als waarheid, schoonheid, liefde, vrede. De stukken zijn geschreven in de na-oorlogse periode waarin de wereld verdeeld wordt in een Westers kapitalistisch blok en een Oostelijk communistische blok, met atoomdreiging enz., en dragen daar ook de sporen van. Zijn boodschap is dan ook vrij somber.

Op zijn actief staan: “Achnaton”, gecreëerd in de K.N.S. “Dit moeilijke leven” (1955), première door het Van Crombrugghe Genootschap te Gent, “Kid Cycloon” (1955) eveneens gecreëerd in de K.N.S. en “Laat de doden slapen” uitgegeven in het Nieuw Vlaams Tijdschrift jg 10 (1956) nr 10 & 11

1957-1967: LITERAIRE PAUZE

Halfweg de jaren vijftig onderneemt Marcel Coole een reis naar Congo, toen nog onder Belgisch koloniaal bewind. In 1957 legt hij zijn indrukken in een vrij realistische trant neer in de dichtbundel Kaluwa.

  • Coole lijkt hier te bereiken wat hij al de hele tijd heeft nagestreefd: een koel-realistische objectieve lyriek met epische inslag, zonder afbreuk te doen aan de sociaal-menselijke bewogenheid.
  • De bundel werd bekroond met de Driejaarlijkse prijs voor Koloniale Letterkunde voor de periode 1954-1956.

Na de dichtbundel Kaluwa verschenen er tot  1967 geen nieuwe werk van hem.

1967: RENTRÉE

1967: Een rentrée die een geheel nieuwe periode inluidt. Met Escalade zet hij een geheel nieuwe periode in: verrassende eigentijdse beelden in een volkomen vrije vorm.

De bundel Centrifugaal (1969), bekroond met de poëzieprijs Heideland voor Zuid en Noord, zet deze trend door.

1974: Wordt waarnemend bestuursdirecteur TV en van 1 januari 1975 af bestuursdirecteur van de Instructieve Programma’s van radio en tv.

1980:  In de reeks ‘Gulden Veder’ (Brugge, Orion / Colibrant ) verschijnt Verzamelde gedichten met een inleiding van Jan Vercammen. Volgens de verantwoording op pagina 307 maakt de bundel absoluut geen aanspraak op compleetheid:

  • “Deze verzamelbundel bevat een keus uit de in de loop der jaren verschenen bundels van Marcel Coole, en een keus uit de nog niet gebundelde verzen van latere jaren. Er werden geen fragmenten opgenomen uit zijn grote epische gedichten […]. Er komen ook geen verzen in voor uit zijn eerste twee bundels […] en uit de kwatrijnencyclus Vaarwel (1941)”.

1981-1984: Nog volgen er een paar bundels gedichten: Broeder woord. (1981) en Wuivende (1984)

1985: De Leuvense Schrijversactie publiceert een essaybundel Klaverendrie : een terugblik : essays van Marcel Coole, Pierre H. Dubois en Eugène Van Itterbeek. (Compilatie: Jos Stroobants.) dat een historische schets biedt van het Vlaamse literaire tijdschrift en bloemlezing uit de erin verschenen poëzie.

En vanaf dan blijft het stil.

11 februari 2000: Marcel Coole overlijdt te Brussel.

Marcel Coole was tijdens zijn leven lid van talrijke verenigingen en instellingen

  • Erevoorzitter van de Vereniging van Vlaamse letterkundigen.
  • Lid van de Maatschappij  voor Nederlandse letterkunde te Leiden
  • Ondervoorzitter van het Hendrik Consciencehuis te Brussel.
  • Lid van de Raad van Beheer van het Kunst en Cultuurverbond te Brussel
  • Lid van de Commissie van Toezicht van het Koninklijk Landjuweel
  • Lid van de Commissie van Toezicht van het Koninklijk Muziekconservatorium te Brussel
  • Lid van de Commissie van Toezicht van het Archief en Museum van het Vlaams Cultuurleven te Antwerpen.
  • Meer dan 25 jaar lid van de Conferentie van de Nederlandse Letteren
  • Adviserend lid van de Hoge Raad voor Volksopleiding.

MEER OVER MARCEL COOLE

  • Kritisch lexicon; Oosthoek; WP-lexicon;
  • J. Schepens. Marcel Coole, een studie (1942);
  • J. Dillen, ‘Een interview met Marcel Coole, het zingende hart’ in: Arsenaal 1 (1945) 7, p. 280-284;
  • J. Tulkens, ‘Afscheid van Marcel Coole’, in: Meded. Ver. Vlaamse Letterkundigen (1971) 67, p. 18-21;
  • W. Spillebeen, ‘[Over de Verzamelde gedichten (1980)]’ in: Ons Erfdeel 24 (1981) 5, p. 748-750.

BEKRONINGEN.

  • 1954: De Nestor De Tière prijs voor Dit moeilijke leven (1953)
  • 1957: Driejaarlijkse prijs voor Koloniale Letterkunde voor de periode 1954-1956 voor  Kaluwa (1957), een bundel realistische Congopoëzie.
  • 1969:  Poëzieprijs Heideland voor Zuid en Noord voor Centrifugaal (1969)

GERAADPLEEGDE BRONNEN

Websites

Referenties

  • W. Spillebeen, ‘Inleiding’, in: M. Coole, ‘Romantisch en eigentijds tegelijk’, in: VWS-Cahier, 12 (1977), 1, met bibl., p. 1-4;

SMAAKMAKER

Op een terras in Kongo

Zij is zeer blank en blond, en loopt op hoge benen,
wiegt ritmisch met de heupen, drinkt haar whiskey sec.
Zij is Amerikaans van ’t hoofd tot aan de tenen,
en bergt achter haar glimlach een brutale bek.

Traag gelijk een filmdiva, daalt zij van de trappen,
Salomonschepterbloem die ademt en beweegt;
alles berekenend, haar woorden en haar stappen,
zichtbare droom die ogen vult en harten leêgt.

Want eensklaps voelen zich de mannen hol van binnen.
Hun eigen vrouwen welken in de tropenzon,
en zélf werden zij veel te moe om te beminnen,
en dronken hard, omdat het niet meer anders kon.

Er schiet een bliksemende huiver door hun vlees,
en hun zopas nog schelle stemmen klinken hees.

Marcel Coole (1913-2000)
uit: Kaluwa. Kongogedichten (1957)

Evolué
 
Mijn oom verborg een mensenschedel in een pot,
Mijn vader roemde nog de kracht van vele kruiden,
Mijn moeder hulde nog haar kroost in dierenhuiden,
Mijn oudste broer stierf in een hut van potopot.
 
En ik woon sedert jaren in een stenen huis,
Ik kan de dikke boeken van de blanken lezen,
Ik heb hun God aanvaard, ik ben sinds lang genezen
Van veel angsten, ik trek geen mes meer, ik ben kuis.
 
Ik werd zo braaf dat ik niet eens meer dansen ga,
Als ’t volle maan is en de nacht klaar als de dag,
En ’t bloed opschrikt bij ’t schallen van een vrouwenlach.
Maar niemand weet dat, als ik voor een dancing sta,
En mambo’s hoor, ik mij vaal schier tot moord bereid
Gevoel van schaamte om zoveel schijnheiligheid.
 
Marcel Coole (1913-2000)
uit: Kaluwa. Kongogedichten (1957)
 

 

BIBLIOGRAFIE

De gegevens van deze bibliografie werden onder meer nagekeken bij

  • Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience – Antwerpen.
  • Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel / Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles.
  • DBNL, anoniem Mededelingen van de Documentatiedienst, ‘Coole 1913-’ 1954-1992

Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klikt u op de foto.

Chronologisch overzicht

Jaar Titel Fotogalerij Uitgeverij 1ste druk
[1933] Zoeklichten. (gedichtenbundel)

Auteurs: Marcel Coole en Abdon Desmedt.
Met een Ter inleiding door Jozef De Coene
Kortrijk: Gedrukt op de pers van den Eikelaar der Gebroeders De Coene .  -72p.

Oplage: 200 ex
[1934] Hartstocht. (gedichtenbundel) Coole 9 Sint-Amandsberg: Uitgeverij “Varior”.  -48p.

Reeks: ‘Cahiers van de waterkluis’. Tweede schrift van de tweede reeks. (jg. 2 nr 2)
Afmetingen: 23.50 x 16 (ingenaaid – zachte kaft)
Colophon: “Hartstocht” door MARCEL COOLE, is het tweede schrift van de tweede reeks “Cahiers van de Waterkluis”. Het werd gedrukt op 250 exemplaren waarvan 10 genummerd van I t. / m. X. en door den dichter gehandteekend, de luxe uitgave vormen.
1935 De minnaar van het licht. (gedichtenbundel) Sint-Amandsberg: Uitgeverij “Varior”.   -88p.
1936 Licht en schaduw. Een gedicht van liefde en dood. (ballade) Coole 14 Sint-Amandsberg: Uitgeverij “Varior”.   -40p.

Reeks: ‘Cahiers van de waterkluis’. Vijfde schrift van de derde reeks. (jg. 3 nr 5)
Afmetingen: 23.40 x 15.50 (ingenaaid – zachte kaft)
Colophon: : “LICHT EN SCHADUW” door Marcel Coole is het vijfde schrift van de derde reeks van “CAHIERS VAN DE WATERKLUIS”. Benevens de gewone uitgave werden tien preferente exemplaren gedrukt, genummerd van 1 t./m. 10 en door den dichter gehandteekend.  Augustus 1936.
1937 De zonneblinde ruiters. (ballade)

[Met een inleiding door Raymond Brulez].
Bevat de cycli: De blinde hoofdman; Het kamp; De stad; Buiten; Het bosch; De bergen; De zee
Coole 22 Kortrijk: Uitgeverij ‘Steenlandt’. -80p.

Afmetingen: 19.50 x 12.50 (ingenaaid – zachte kaft) 
Colophon: “De Zonneblinde ruiters” van Marcel Coole, kwam begin Juli 1937 van de persen der Drukkerij “Steenlandt” te Kortrijk, in een genummerde oplage van 200 exemplaren.
1938 De minnaars van Teruel. (ballade)

Met een bibliografische nota van de auteur voorin.
1942: 2de  druk. Omslagontwerp en illustraties door Irene Nagy. Moderne Uitgeverij, Hoogstraten

Elsene: Eigen Beheer. -44p.

Drukkerij E. Vercruysse-Vanhove, Sint Andries

1939 Moederschap. (gedichtenbundel)

[Met een biografische nota achterin].
1940: 2de druk ibidem.
1
942: 3de  druk. De Bladen voor de Poëzie. [René Verbeeck], Mechelen.
Mechelen: De Bladen voor de Poëzie.   -20p.

Afmetingen: 21.90 x 13.90 (geniet – zachte kaft)
Reeks: De Bladen voor de Poëzie, 3e jaargang nr. 6. [René Verbeeck]
Tweede druk 1940 ibidem.
1941 Loutering. (gedichtenbundel)

[Met een bibliografische nota van denzelfden schrijver voorin].
 Coole 12 Gent: Uitgave Klaverendrie, -40p.

Afmetingen: 22.80 x 15.50 (ingenaaid – zachte kaft)
Tweekleurendruk rood & zwart
Colofon: Bezorgd door “Klaverendrie” het tijdschrift voor poëzie van Marcel Coole, Johan Daisne en Luc van Brabant, werd Loutering gedrukt op de persen der drukkerij E. Vercruysse-Vanhove, te Sint-Andries-bij-Brugge, handelsregister nummer 497 in februari 1941.
1941 Vaarwel… Kwatrijnen. (gedichtenbundel) Mechelen: De Bladen voor de Poëzie.   -12p.

Afmetingen: 21.80 x 14.50 (geniet – zachte kaft)
Reeks: De Bladen voor de Poëzie, 5de jaargang nr. 10 (René Verbeeck)
1942 De minnaars van Teruel. (ballade)

Omslagontwerp en illustraties: Irène Nagy.
1938: 1ste uitgave in eigen beheer.
Coole 19 Hoogstraten: Moderne Uitgeverij, -48p. Ill.

Afmetingen: 24.50 x 16.30 (ingenaaid – zachte kaft)
Drukkerij Haseldonckx -Hoogstraten
1943 Ballade van den eeuwigen vrede. (gedichtenbundel)

Met platen van A. Boschmans.
Coole 17 Hoogstraten: Moderne Uitgeverij, -86p.

Afmetingen: 27 x 19 (ingenaaid – zachte kaft)
Drukkerij Haseldonckx – Hoogstraten
Toelating nr 5091 P.C.1592
1943 Het gevecht met het hart. (gedichtenbundel)

[Met een bibliografische nota van denzelfden dichter voorin].
Brussel: Meddens en Co. Uitgevers -60p.

Afmetingen: 21 x 16.50 (ingenaaid – harde kaft)
Colophon: Deze gedichten, verschenen in de hooimaand 1943, werden gezet in de Egmont letter en gedrukt bij H. Wellens & W. Godenne te Brussel. De oplage bedroeg 500 exemplaren, genummerd van 1 tot 500.
Dit is nummer…
1943 Het hart op de hand. (poëzie – bloemlezing)

Met een in hout gesneden portret van de schrijver door Irene Nagy en een bibliografische nota van denzelfden dichter.
Bevat de cycli: Impressies; Maar sterven doet gij niet; Wolken; Duivel en god

Hoogstraten: Moderne Uitgeverij, -64p.

Afmetingen: 19.20 x 14 (ingenaaid – zachte kaft)
Drukkerij Haseldonckx – Hoogstraten
Toelating nr 1115
Nota van de auteur: “Het hart op de Hand” is een kleine bloemlezing uit de gedichten die in mijn bundels en in tijdschriften verspreid liggen, aangevuld met enkele nieuwe verzen.
Er werden geen fragmenten opgenomen uit mijn groote balladen “Licht en Schaduw”, “De Zonneblinde Ruiters” en “De Minnaars van Teruel”, daar deze een geheel vormen en als zodanig moeten worden beschouwd en gelezen worden.”
1945 Dichterschap. (gedichtenbundel)

Met een Ten geleide door Paul de Ryck.
Met een portret met de pen getekend door Marc Neels voorin.
Coole 11a
Coole 11 Hoogstraten: Moderne uitgeverij. -20p.

Reeks: De Spiegel, Maandschrift voor poëzie, eerste jaargang, nr. 6, october 1945.
Afmetingen: 21 x 13.50 (geniet – zachte kaft)
1945 Eurudike. Romantisch gedicht.

Met een bibliografische nota van denzelfden dichter achterin.
Illustraties van Jean Marlier.
 Coole 21 Brussel / Amsterdam: Elsevier nv. -56p.

Afmetingen: 18.75 x 11.70 (ingenaaid)
Colofon: Dit gedicht, verschenen in december 1945, werd gezet in de Excelsior-letter en gedrukt bij drukkerij N. De Jonge N.V. te Brussel. Deze oplage bedroeg 350 exemplaren genummerd van 1 tot 350.
1950  Achnaton. Het licht in de duisternis. (luisterspel) Brussel: Nationale Radio-omroep.  -63 bladen,

V.G.U. Vlaamse Gesproken Uitzendingen gecyclostyleerd.
1951 In de klem der tederheid. (gedichtenbundel)

Bevat de cycli: Het was vandaag als gisteren; Zo zijt gij vervloekt boven al het vee; In den beginne was het Woord; Zet mij als een zegel op Uw hart; Als een tuin die geen water heeft; Doch al die dingen zijn mar een begin der smarten.

Brussel / Amsterdam: Elsevier nv. -84p.

Afmetingen: 20 x 13 (gebonden – harde kaft)
Colofon: Deze dichtbundel werd in opdracht van Uitgeverij Elsevier te Brussel gedrukt op de persen van drukkerij Mercurius te Antwerpen, en gezet uit de Garamond letter, in de herfst 1951.
1953 Dit moeilijk leven. Toneelstuk in drie bedrijven. (theatertekst)

In 1954 bekroond met de Nestor de Tièreprijs van de Koninklijke Vlaamse academie voor Taal- en Letterkunde.
Coole 24 Etterbeek- Brussel: eigen beheer (Keltenlaan 14). – 112 p.

Afmetingen: 20.20 x 14 (gebrocheerd)
Druk: S.V. Groeninghe Drukkerij Kortrijk.
Dit stuk werd op 25 April 1953 door het Van Crombrugghe Genootschap te Gent gecreëerd, in de regie van Frans Roggen.
1955 Achnaton. Drama in drie bedrijven. (theatertekst)

Met een bio bibliografische nota voorin. Met 8 foto’s.
Met aantekeningen door Paul van Keymeulen.
1961: 2de druk
Antwerpen: Uitgeverij Ontwikkeling. -88p. + 4 bladen met foto’s.

Reeks: Bibliotheek van Vlaamse letteren I.
1955 Kid Cycloon. (theatertekst – komedie) Onuitgegeven.

Gecreëerd door de KNS te Antwerpen.

1956 Laat de doden slapen. (theatertekst – magisch-realistisch spel)

 

Nieuw Vlaams Tijdschrift jg 10 (1956) nr 10 & 11

Opgevoerd door de Multatulikring te Gent.

1957 Kaluwa. Kongogedichten. (gedichtenbundel)

Bevat de cycli: Land; Mensen; Dieren ; Elk speelt zijn rol; Kisenga; Afrika
Coole 2 Antwerpen: Ontwikkeling. -84p

Uitgavenummer 91
Afmetingen: 21.50 x 14.80 (ingenaaid – met zachte blauwlinnen kaft)
Gedrukt op de persen van de Moderne Boek- en Handelsdrukkerij “Excelsior” , Antwerpen
1961 Achnaton. Drama in drie bedrijven. (theatertekst)

Met aantekeningen door Paul van Keymeulen
Tweede herziene druk. (Zie 1ste druk 1950/55)
 Coole 1 Antwerpen:Uitgeverij S.M. Ontwikkeling. -78p.

Publicatienummer: 175
Reeks: Bibliotheek van Vlaamse Letteren
Afmetingen: 21.20 x 15.80 (gebrocheerd)
Gedrukt op de persen van de Moderne Boek- en Handelsdrukkerij “Excelsior” , Antwerpen
 1962  Het ander uur. (poëzie – bloemlezing) Coole 6 Hasselt: Uitgeverij Heideland. -77p.

Reeks : Poëtisch erfdeel der Nederlanden” nr.9
Afmetingen: 18 x 10.80 (pocket)
1967 Escalade. (gedichtenbundel)

Bevat de cycli: Eerste ladder; Tweede ladder.
1969: Vertaald naar het Frans door Henry Fagne als  Poèmes . Uitgever: Henry Fagne, Bruxelles paperback.
Coole 5 Hasselt: Uitgeverij Heideland. -73p.

Afmetingen: 21.90 x 14 (gebrocheerd)
Colofon: De eerste druk van ‘Escalade’ gezet uit de ‘Monotype’ Garamond, werd in het najaar van 1967 voor rekening van Uitgeverij Heideland P.V.B.A. – Hasselt, gedrukt op de persen van de Kempische Boekhandel te Retie.
1969 Centrifugaal. (gedichtenbundel)

Bevat de cycli: Dagschaar; Mystificatie; Getij; Croisière
Coole 20 Hasselt: Uitgeverij Heideland. -45p.

Afmetingen: 22 x 14 (gebrocheerd)
Colofon: De eerste druk van “Centrifugaal” gezet uit de Garamond corps 11, werd in de winter 1968-1969 voor rekening van Uitgeverij Heideland-Orbis N.V. Hasselt, gedrukt op de persen van Kempische Boekhandel, Retie.
1973 Schuilen onder de regenboom. (gedichtenbundel) Coole 15 Hasselt: Uitgeverij Heideland/Orbis nv. – 59p.

Afmetingen: 21.70 x 14 (garenloos gebrocheerd – zachte kaft)
Colofon: De eerste druk van “Schuilen onder de regenboom” gezet uit de Garamond, corps 11, werd in het najaar van 1973 voor rekening van Uitgeverij Heideland-Orbis N.V. Hasselt, gedrukt op de persen van Kempische Boekhandel, Retie.
1980 Verzamelde gedichten. (poëzie – verzamelbundel)

De omslag werd ontworpen door John Mahieu.
De foto is een reproductie van het portret van Marcel Coole door Victor Suy.
Deeltitels: De minnaar van het licht; Moederschap; loutering; Het hart op de hand; Het gevecht met het hart; Dichterschap; Ballade van de gebarsten trommel; In de klem der tederheid; Kaluwa; Het andere uur; Escalade; Centrifugaal; Schuilen onder de regenboom; Ongebundelde gedichten.
Coole 3

Brugge: Orion-Colibrant Uitgevers nv. – 318p.

Reeks: De gulden veder. 1980:1.
Afmetingen: 21 x 12.80 ((ingenaaid – zachte kaft met flappen & luxe versie: heringebonden in harde linnen kaft)
Colofon: De Verzamelde gedichten van Marcel Coole, gezet uit de Garamonds 10 pts, werden in het voorjaar 1980 gedrukt op 100 grs editie op de persen van Drukkerij Sanderus te Oudenaarde, in opdracht van Uitgeverij Orion te Brugge.
[Heringebonden met harde linnen kaft]; Naast de gewone uitgaven werden vijftig exemplaren gedrukt op Simili-Japon van Van Gelder 100 grs., genummerd van 1 tot 50 en door de auteur gesigneerd.
1981 Broeder woord. (gedichtenbundel) Coole 7 Beveren: Orion-Colibrant Uitgevers nv. – 93p.

Afmetingen: 21 x 13.50 (ingenaaid – zachte kaft)
1984 Wuivende. (gedichtenbundel)

Omslagontwerp: Studio Soethoudt
Bevat de cycli: Octopus; Wissel; Inzicht; De spiegel; Tout homme est couvert de taches de nuit.
Met een foto van de dichter op de achterzijde. Fotograaf niet  vermeld.
Coole 8 Antwerpen: Soethoudt en Co. N.V.  – 80p.

Afmetingen: 20 x 13 (garenloos gebrocheerd – zachte kaft)
1985 Klaverendrie : een terugblik : essays van Marcel Coole, Pierre H. Dubois en Eugène Van Itterbeek.

Compilatie: Jos Stroobants.
Historische schets van het Vlaamse literaire tijdschrift en bloemlezing uit de erin verschenen poëzie

Leuven: Leuvense schrijversactie. -109p.

Reeks: Leuvense cahiers / Leuvense Schrijversaktie. – Leuven; vol. 52

 

Overzicht alfabetisch op titel met vermelding van uitgavedatum

Gedichtenbundels

  1. Ballade van den eeuwigen vrede (1943)
  2. Broeder woord (1981)
  3. Centrifugaal (1969)
  4. De minnaars van het licht (1935)
  5. De minnaars van Teruel (1938 / 1942)
  6. De zonneblinde ruiters (1937)
  7. Dichterschap (1945)
  8. Escalade (1967)
  9. Eurudike (1945)
  10. Hartstocht (1934)
  11. Het gevecht met het hart (1943)
  12. Het hart op de hand. (1943)
  13. In de klem der tederheid (1951)
  14. Kaluwa (1957)
  15. Klaverendrie (1985)
  16. Licht en schaduw (1936)
  17. Loutering (1941)
  18. Moederschap (1939)
  19. Schuilen onder de regenboom (1974)
  20. Vaarwel… (1941)
  21. Verzamelde gedichten (1980)
  22. Wuivende (1984)
  23. Zoeklichten (met A. Desmedt, 1933)

Toneel

  1. Achnaton (1955)
  2. Dit moeilijk leven (1953)
  3. Kid Cycloon (1955)
  4. Laat de doden slapen (1956)

Verzamelbundels – bloemlezingen

  1. Het ander uur (1962)
  2. Verzamelde gedichten (1980)