Maakt deel uit van: De romantische school
HENDRIK CONSCIENCE
Antwerpen, 3 december 1812 – Elsene, 10 september 1883
Eig. Henri Conscience , (Pseudoniem H. Geweeten).
Prozaschrijver, “die zijn volk leerde lezen”
BIOGRAFIE
3 december 1812: Hendrik Conscience wordt geboren te Antwerpen in de Pompstraat [gedenkplaat] als derde van 8 kinderen [waarvan er 6 jong overleden] uit een Franse vader Pierre Conscience, timmerman bij de Franse marine, later winkelier, en van Cornelie Balieu, weversdochter uit Brecht. Reeds van bij zijn geboorte heeft hij een zwakke gezondheid. Door zelfstudie werkt hij zich op en wordt hulponderwijzer.
1812: Het Keizerrijk loopt ten einde.
- Op 26 juni 1814 wordt het Koninkrijk der Nederlanden opgericht.
- Als de Belgische Omwenteling uitbreekt is hij precies 18 jaar.
1820: Loopt school met zijn broer Jan Balthasar. Bezoekt de vertoningen van de poesjenellenkelder en leest volksboeken. Op 14 december overlijdt zijn moeder.
1822: Het gezin verhuist naar een zelfgemaakt houten huis aan de Groenen Hoek [thans Ploegstraat], buiten de vroegere Spaanse vestingen. Kennismaking met Jan Alfried De Laet; zij worden in natuur-, dier- en plantenleven ingewijd door een tot nu toe onbekend gebleven geëmigreerde Jacobijn.
- De herinnering aan deze periode is fijnzinnig beschreven in ‘Eenige bladzyden uit het boek der natuer’ (1846)
- Zoals vele romantici ervaart Conscience de natuur als een heilzame kracht en is hij van oordeel dat de mens slechts zichzelf kan doorgronden wanneer hij in harmonie leeft met de natuur en haar eerbiedigt. Vandaar de vele natuurevocaties die op talrijke plaatsen in zijn werk, vooral in de idyllische bladzijden van zijn landelijke verhalen voorkomen
1828 – 1830: Hulponderwijzer in de scholen van meester Vercammen, meester Shaw en bij Jacques Joseph Delin op de Meir te Antwerpen.
1830: Neemt dienst in het Belgisch leger, strijdt aan Belgische zijde tegen de Nederlanders.
- September: meldt zich als vrijwilliger in het leger der Omwenteling [Légion parisienne Niellon], zwerft als foerier met de troepen om in de Kempen, beleeft een idylle en komt in de ban van het landschap. Maakt de slag bij Leuven mee, waar hij gewond raakt. Blijft vijf jaar in het leger: harde leerschool, legt zijn schuchterheid af.
- Hij maakt kennis met de hardheid van het legerleven, maar kan in de vrije tijd zijn talenkennis en algemene intellectuele vorming aanscherpen. Hij brengt het tot sergeant majoor, maar wordt in 1835 gedegradeerd toen hij uit onachtzaamheid, maar tegen de bevelen in, zijn Jeune France baardje (een symbool van republicanisme ) niet had afgeschoren.
- Wordt op het einde van zijn diensttijd aangesteld als lesgever bij de regimentsschool voor onderofficieren en korporaals te Dendermonde.
- Op Vastenavond 1936 schrijft hij een tekst voor zangspel ‘Satan Converti’, dat door de soldaten van de Leesmaatschappij van Dendermonde wordt opgevoerd. Met luid protest komt de advocaat en dichter Prudens Van Duysse de voorstelling onderbreken omdat hij vindt dat de advocatenstand in de tekst oneerbiedig wordt behandeld.
21 mei 1836: Na zijn demobilisatie begint hij te schrijven, eerst in het Frans, daarna in het Nederlands.
- Hij leert schrijvers en schilders zoals G. Wappers kennen en wordt opgenomen in ‘De Faem’ en de rederijkerskamer ‘De Olijftak’.
- Onder impuls van De Laet gaat hij lezen: Scott, Byron, Ossian en de eigentijdse romantici. Het wonderjaer ontstaat; voorlezing o.a. ten huize van Gustaaf Wappers en de musicus Max Suremont.
- Komt onder de indruk van het monumentale schilderij ‘De slag der gulden sporen’ (5 meter hoog en 6.20 meter breed) dat de toen 23-jarige Nicaise De Keyser op het Brusselse Salon van 1836 tentoonstelt. (Nota: het schilderij werd jammer genoeg verwoest bij een bombardement op 21 juli 1944)
9 februari 1837: Verlaat het ouderlijk huis.
De uitgave van ‘Het wonderjaer’ bij inschrijving bezorgt hem een tekort van 500 fr.
- Het wonderjaer is een historische roman waarin de Beeldenstorm centraal staat.
- Als literaire prestatie ondermaats: zwakke structuur, lachwekkende intrige, stuntelig taalgebruik.
- Aaneenschakeling van kleurige emotionele, soms griezelige en gruwelijke taferelen, rijkelijk geïllustreerd door bevriende schilders.
- Goed beeld van de jonge Conscience als romantische gevoelsmens. Vooral zijn liberaal vrijheidsbesef springt in het oog: de opstand der geuzen wordt verheerlijkt, de Spaanse tirannie verafschuwd.
Neemt zijn intrek in de herberg ‘De Koning van Spanje’ [thans Carnotstraat: gedenkplaat]. Audiëntie bij Koning Leopold I, die hem een subsidie verleent.
De uitgave van ‘Phantasy’ – zijn tweede boek – is evenmin een succes: ontmoediging.
Conscience vat het plan op een grote historische roman ‘De Leeuw van Vlaenderen’ te schrijven, die tot nationale wedergeboorte oproept.
1 April 1837 – oktober 1838: Gustaaf Wappers bezorgt Conscience de betrekking van “traducteur” bij het Provinciebestuur van Antwerpen.
- Op 21 november wil Conscience zijn ontslag aanbieden om tijd te krijgen voor de documentatie van zijn project. Gouverneur Ch. Rogiers komt met een beter voorstel: ’s morgens bureauwerk verrichten en in de namiddag tijd voor opzoekwerk in de Stadsbibliotheek.
- Op 8 juli ontvangt hij zelfs een toelage van 500 fr. van koning Leopold I.
- Ook verkreeg hij verlof om samen met De Laet een uitgebreide studiereis te maken doorheen West Vlaanderen. Hij bezoekt er de ruïnes van kastelen, het Groeningerveld. Praat met kenners van de slag en middeleeuwse kledij en gebruiken.
- Op 19 februari 1838 zitten De Laet en Conscience aan het jaarlijks banket van ‘De Tael is gansch het Volk’. Er worden fragmenten voorgelezen.
- Op 31 december is het dan zover: de drie delen verschijnen, elk met de beroemd geworden afbeelding van Wappers: de springensgerede leeuw die zijn ketens verbroken heeft.
- Ondanks het succes kon de auteur de schulden slechts delgen dank zij hulpgeld van de koning. Uiteindelijk zou hij er 10 frank winst aan overhouden.
Bron: Dr. Emiel Willekens. Profiel van Hendrik Conscience.
6 februari 1939: Heftige redevoering tegen het Verdrag der 24 Artikelen. Relletjes als gevolg. Psychische instorting. Onzeker bestaan, geen vooruitzichten. Opgenomen in het huis van hovenier Van Geert. Kort verblijf te Dendermonde bij de familie De Cock-De Pauw. Breuk met De Laet. Redacteur van De noordstar.
18 december 1939: Terugkeer in het openbare leven met een indrukwekkende grafrede op de historieschilder Matthijs Van Bree.
1840: Krijgt van regeringswege de opdracht tot het schrijven van een geschiedenis van België. Zetelt in de commissie der Rubensherdenking te Antwerpen. Redevoeringen.
1841: Wordt door bemiddeling van G. Wappers griffier bij de Antwerpse Koninklijke Academie voor Schone Kunsten.
4 augustus 1842: Huwt met Maria Peinen, dochter van een diamantslijper van Engelse afkomst.
1843: Oprichting van het geheim genootschap ‘De Hermans’ (strijders), een romantisch broederschap waar Conscience een belangrijke rol in speelt.
- Met zes medestanders stichten ‘De Hermans’ op 1 januari 1944 het eerste Nederlandstalig dagblad ‘Vlaams België’ te Brussel. Wegens te weinig abonnees houdt het blad het maar één jaar uit. Bovendien blijft het blad neutraal in een politiek verzuild land .
- Hetzelfde jaar verschijnt ‘Het Handelsblad’ (gematigd katholiek) dat met August Snieders als eerste hoofdredacteur een langdurig bestaan zal kennen.
- Hij evolueert naar een minder radicaal katholiek realisme alhoewel hij flamingant blijft.
- Hij schrijft nu maatschappelijke zedenromans zoals “Siska van Roosemael“.
1845: De in officiële opdracht geschreven Geschiedenis van België die hij aan Leopold I opdraagt, rolt van de persen. In juni wordt hij benoemd tot Ridder in de Leopoldsorde.
In datzelfde jaar ontstaat uit ‘De Hermans’ “Het Heilig Verbond” als geheime kern van het geheime liberale genootschap ‘De Toekomst’.
Conscience wordt lid van het geheime liberale genootschap ‘De Toekomst’, tracht een politieke rol te spelen en wordt een omstreden persoonlijkheid. Vriendschap met Mgr. Melchior van Diepenbrock, zijn Duitse vertaler. Er volgt een woelige periode: uitgesloten uit ‘De Olijftak’, conflict met P.F. Van Kerckhoven.
Juli 1846: Woont in Keulen het feest van het ‘Vlaemsch-Duitsch Zangverbond’ bij. Medestichter van het genootschap ‘Voor Tael en Kunst’, de tegenhanger van ‘De Olijftak’. Talloze redevoeringen.
- Hij probeert voortdurend de Vlaamse Beweging op het terrein van de politiek te brengen. Zijn pogingen om de Vlaamse ideologie tot een politieke eenheidspartij te verheffen mislukken. Conscience wordt het slachtoffer van de katholiek-liberale tegenstellingen die boven zijn hoofd worden uitgevochten. Zijn streven naar een soort Belgische centrumpartij met een uitgesproken Vlaams programma dat een neutrale positie zou kunnen innemen tussen katholieken en liberalen, wordt te Antwerpen bitter gedwarsboomd.
- In 1847 wordt ‘het verraad’ van Conscience breed uitgesmeerd in het liberale weekblad ‘De Schrobber’ onder redactie van P.F. van Kerckhoven. Hij betoogt dat de Vlaamse beweging niet alleen voor taalrecht moet opkomen maar tevens voor de vrije gedachte, iets wat een man als Conscience bereid zou zijn op te geven.
- De hele hetze draait uit op een beschamende moddercampagne, waar geen enkel laag bij de gronds argument aan ontbrak.
Vanaf 1850 begint hij dorps- of landelijke romans te schrijven zoals “De Loteling” en “De arme edelman”. Eerste contact met uitgever J.P. Van Dieren.
1851: Mislukt in de politiek bij een poging om de Vlaamse ideologie tot een politieke eenheidspartij te verheffen. Na een smadelijke kiescampagne raakt hij niet verkozen in de 5e wijk.
1853: Na zijn ontslag bij de Academie leeft hij tot 1856 uitsluitend van zijn literaire werk. Maar het gezin heeft meer behoeften dan de schrijver met zijn pen kan bestrijden.
1856: Wordt benoemd tot arrondissementscommissaris te Kortrijk. Neemt te Kortrijk zijn intrek bij bouwmeester P.N. Croquison in de Jan Palfijnstraat [thans nummer 16]. Zijn ambtenaarsjaren vormen een scheppingsarme periode. Vriendschap met minister Vandenpeereboom en diens broer.
- De jaarwedde verbonden aan deze functie was eigenlijk onvoldoende om de zware kosten te dekken die de status van het gezin Conscience vergde: het ambt liet hem te weinig tijd om zijn inkomsten door letterkundig werk op peil te brengen. In zijn Kortrijkse periode (1857-1868) heeft Conscience het gevaar gevoeld een “broodschrijver “ te worden.
1858: Wordt voorzitter van de Kortrijkse ‘Maetschappij ter Aenmoediging der Schoone Kunsten en der Letterkunde’.
1866: Maakt samen met Karel Versnaeyen, – de eerste Belgische kennis van Multatuli – , een reis naar Zwitserland. Zijn zoon Hildevert, een zorgenkind, emigreert naar Amerika.
10 september 1868: Wordt conservator van het Wiertzmuseum te Elsene. sinecure. Tuinaanleg en knutselwerk.
- Alhoewel het in zijn privé-leven minder goed gaat – zijn twee zonen, de 25-jarige Hildevert en de 12-jarige Hendrik sterven kort na elkaar aan typhus- betekent dit op letterkundig vlak een herleving met o.a. “De kerels van Vlaanderen“
Mei 1870: Verwerft de vijfjaarlijkse staatsprijs voor literatuur.
12 augustus 1870: Maria Conscience huwt de dichter Gentil Antheunis.
- Gentil Antheunis was vrederechter te Torhout, maar tevens dichter, componist, vertaler van gedichten en libretti. Van hem zijn gekend: Ik ken een lied op muziek van Willem De Mol en Mijn Vlaanderen heb ik hartlijk lief op tekst van Theofiel Coopman.
- Wanneer Antheunis in 1877 bevorderd wordt tot vrederechter te Halle, komt Conscience vaak voor langere tijd op bezoek in deze stad.
- Reeds in 1872 moet hij uitgebreide wandelingen in de Zennevallei hebben gemaakt. Sporen daarvan vinden we terug in Eene verwarde zaak uit 1874.
1872: Neemt deel aan het Taal- en Letterkundig Congres te Middelburg. Lid van de Académie Royale de Belgique. Vriendschap met de componist Willem De Mol.
1874: Verblijft twee maanden te Blankenberge wegens een oogziekte.
1875: Maakt verschillende voettochten in Wallonië en aan de kust. Hij verblijft in die tijd heel vaak in Halle (Gasthof Lamme Gisj ‘Geerts’). Later dat jaar onderneemt hij weer een reis: langs de Rijn dit keer.
25 september 1881: Naar aanleiding van het verschijnen van zijn honderdste titel ‘Geld en adel’, valt hem te Brussel een volkshulde te beurt.
- De feestviering ging gepaard met een optocht, muziekuitvoeringen en de toekenning van het erelidmaatschap van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden.
23 juli 1881: Doctor honoris causa van de universiteit Leuven.
Augustus 1883: Nog tijdens zijn leven wordt te Antwerpen een standbeeld te zijnen ere onthuld.
10 september 1883: Overlijden van “de man die zijn volk leerde lezen” te Elsene aan een maagkwaal die hem reeds lang hinderde.
Epiloog 1
Hij werd begraven te Antwerpen op het Kielkerkhof als gold het een vorst. Toen het grafmonument – een obelisk met treurende leeuw en met de zinsspreuk “Gij zult uw vaderland beminnen en zijne taal en zijnen roem” – een werk van Frans Joris, onthuld werd, weerklonk de enig mooie Conscience cantate van Peter Benoit (op tekst van V.A. dela Montagne).
In 1936 werd zijn stoffelijk overschot overgebracht naar het Schoonselhof.
Epiloog 2
2002: Bij Lannoo te Tielt verschijnt een volledige en ongecensureerde versie van De Leeuw van Vlaenderen. Geen zoveelste hertaalde, hertoetste of voor de jeugd herwerkte versie, maar een uitgave van de originele eerste druk in de originele spelling, met de titelplaat van Gustav Wappers en het (taal)politieke voorwoord
GERAADPLEEGDE BRONNEN
Websites
- NEDWEB/Literatuur in context – Conscience, Hendrik
- DBNL auteur – Hendrik Conscience
- Anoniem Mededelingen van de Documentatiedienst, ‘Conscience 1812-1883’ In: Mededelingen van de Documentatiedienst (1954-1992).
- Hendrik Conscience – Wikipedia
Publicaties
- Dr. Emiel Willekens, Profiel van Hendrik Conscience 1812-1883, Stichting Hendrik Conscience. 1982.
SMAAKMAKER
DE BRIEF AAN DE SOLDAAT
Eindelijk stak Trien de pen in de inkt en boog zich alsof ze ging schrijven. Na een ogenblik hief ze het hoofd op en vroeg:
– Wel, zeg het maar: wat moet ik schrijven ?
Het was de moeder van Jan die antwoordde:
– Begin maar met te vragen, hoe het met zijn gezondheid gaat. En als dat er staat, zullen we er stilaan wel wat bijdoen.
– Neen, kind, zei hààr moeder, schrijf eerst dat gij de pen in de hand neemt om te vernemen naar de staat van zijn gezondheid. Zo begon de brief van Peer-Jans-Tist ook, die ik gisteren bij de meepeller heb horen lezen.
– Dat schrijf ik niet, want dat is veel te kinderachtig, zei Trien ongeduldig. Jan weet toch vanzelf wel, dat ik niet met mijn voeten schrijf.
– Zet eerst maar eens zijn naam boven op het papier, zei de grootvader in zijn alkoof.
– Welke naam ? Braems ?
– Bijlange niet. Jan !
– Ge hebt gelijk, grootvader, besliste Trien. Ze bracht de pen op het papier en terwijl ze zocht naar de plaats waar ze zou beginnen, spelde ze stil de naam van haar vriend.
Plots stond de moeder van Jan op en greep de hand van het meisje.
– Wacht eens wat, Trien. Vindt ge niet dat Jan alleen niet goed is ? zo kort afgebeten. Daar zou iets moeten bij zijn. Zoudt ge niet beter zetten: beminde zoon of kind lief ? dat is immers veel schoner.
– Neen, dat zet ik niet, morde Trien. Kan ik nu aan Jan schrijven alsof ik zijn moeder ben ?
– Maar wat zult ge dan schrijven ?
Een lichte blos kleurde Triens voorhoofd terwijl ze antwoordde:
– Als we eens schreven: lieve vriend ? Vindt ge dat niet het schoonste van al ?
– Neen, dat wil ik ook niet, zei Jans moeder, zet dan nog liever Jan kortaf.
– Beminde Jan ? vroeg het meisje.
– Ja, zo is het goed, antwoorden de anderen tegelijk, verblijd over de oplossing van de lastige kwestie.
– Wel, blijf dan allemaal van de tafel, zei Trien luid.
Ze begon aan het werk. Na een ogenblik stonden reeds de zilte zweetdruppels op haar voorhoofd te glinsteren. Ze hield haar adem in en haar aangezicht gloeide. Toen ontsnapte haar een lange zucht en, als van een zware last verlost, zei ze tevreden:
– Oef ! Die b is nog de moeilijkste letter van al. Maar ze staat er nu toch met haar lange kop.
De twee vrouwen stonden op en staarden verwonderd op die ene letter, ten minste zo groot als een vingerlid.
– Hee, riep de moeder van Jan uit, het is zoiets als een wesp. En dat wil zeggen: beminde Jan. Schrijven is toch schoon. Ge zoudt bijna zeggen dat er toverij onder steekt.
Uit: De Loteling.
BIBLIOGRAFIE, UITGAVEN & FILMOGRAFIE
De gegevens van deze bibliografie werden onder meer nagekeken bij
- Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience – Antwerpen.
- Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel / Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles.
- Anoniem Mededelingen van de Documentatiedienst, Mededelingen van de Documentatiedienst (1954-1992)
Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klikt u op de foto.
A. Chronologisch overzicht
Jaar | Titel | Fotogalerij | Uitgeverij 1ste druk |
1837 | In ’t wonderjaer (1566). Historische Tafereelen uit de XVIde eeuw. Historische roman waarin de Beeldenstorm centraal staat. | Antwerpen: Weduwe J.S. Schoesetters. – 191p. Elektronisch beschikbaar via Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren | |
1837 | Phantazy. (gedichten en verhalenbundel)
Bevat: I. Godswraeck,(pp 1-44); II. Satans wagen of het Stoomtuig. Phantastisch Dichtstuk (pp 45-58); III. Aen Vrouw Wappers (pp 59-61); IV Een meisje (pp 62-64); V. De Lange Nagel (pp 65-102); VI. Aen Gustaf Wappers (pp 103-105); VII. Aen mynen boezemvriend (pp 106-108); VIII. Aen Jozef Govaerts (pp 109-110); IX. Godsgenade (pp 111-177); X. Aen Nestor Pauwels (pp 178-180); XI. Aen een’ schilder (pp 181-184); XII. Aenteekeningen (pp 185-194). |
![]() |
Antwerpen: L.J. De Cort, Paddengracht. – 195p.
Afmetingen: 22.50 x 13.50 (ingenaaid) |
1838 | De Leeuw van Vlaenderen, of De Slag der Gulden Sporen door Hendrik Conscience, schryver van Het Wonderjaer en der Phantazy, lid der Antwerpsche Rederykkamer en der Koningiyke Maetschappy van Schoone Kunsten te Gent.
Drie delen. |
Antwerpen: L.J. De Cort, Paddengracht. -X, 206 + 194 + 190 pp.
Elk deel bevat een titelprent. Houtsnede van H(enry) Brown naar een ontwerp van (Gustaf) Wappers. In het eerste deel, gedrukte opdracht: “Aen den Heere Ridder Gustaf Wappers ’s Konings Schilder.” Het voorwoord werd eigenhandig gesigneerd door de schrijver. In het derde deel, tegenover p. 138, uitslaande kaart met Grondteekening van den Slag te Kortryk of der Gulden Sporen, 11 July 1302. Steendruk door J. Ratinckx, zoon, te Antwerpen. |
|
1839 | Aenspraek tot het Vlaemsche volk … op den Vlaemschen schouwburg te Antwerpen, 6 febr. 1839 | Antwerpen: L.J. De Cort, Paddengracht. -12p. | |
1839 | “Het oordeel Gods” (verhaal) | In: Nederduitsch Letterkundig Jaerboekje voor 1839, jg. 6, pp. 105-118. | |
1840 | Gedichten en redevoeringen | Antwerpen: L.J. De Cort, Paddengracht. | |
1840 | “De pelgrim in de woestyn” (verhaal)
Later verwerkt tot De dichter en zijn droombeeld, 1872. |
In: De Noordstar, 1840, jg 1, deel 1, pp. 5-25 en 49-66. | |
1843 | Hoe men schilder wordt. Eene ware geschiedenis van eenen schilder die nog leeft.
Eerste werk dat Buschmann liet illustreren. |
Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -[IV] + 71 + [I] pp.
Afmetingen: 32.2 x 15 |
|
1843 | Het wonderjaer 1566: Historische Tafereelen uit de XVIde eeuw. Gewijzigde herdruk van “In ’t wonderjaer” 1837 | Antwerpen: L.J. De Cort. -206p. | |
1844 | Siska van Roosemael. Ware geschiedenis van eene jufvrouw die nog leeft. Vyf-en-dertig teekeningen door E. Hamman, op hout gesneden door H. Brown | Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -107p. Reeks: Nederduitsche kunstbibliotheek voor lezende huisgezinnen. – Antwerpen; vol. 1844: 1 | |
1844 | Wat eene moeder lyden kan. Ware geschiedenis.
Vijftig Houtsneden, geteekend door J. Mathysen, op hout gesneden door H. Brown. 1841: verschenen in ‘De Noordstar’ 1841, jg 2, deel 1, pp. 145-168. |
Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -66 + [II]p.
Afmetingen: 9 x 6.6 |
|
1844 | De sleutel der gezuiverde spelling, goedgekeurd door Koninklijk Besluit van 1 januari 1844. | Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. | |
1845 | Geschiedenis van België. (essay)
Versierd met 200 houtsneden, geteekend door Wappers, Hamman, Lauters, Jacob Jacobs, Lies, Hendrickx, Carolus, Baugniet, Van Lerius, De Hoy, enz., in hout gesneden door H. en W. Brown, Vermorcken, Hemeleer, Pannemaker, enz. |
Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. / Brussel: Alexander Jamar. -528p. | |
1845 | Geschiedenis van graef Hugo van Craenhove en van zijne vriend Abulfaragus. Met 20 grote platen op Chineesch papier en eene veelkleurige titelplaat door Ed. Dujardin. | ![]() |
Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -118p. Afmetingen: 22.75 x 25.50 (oblong) |
1846 | Avondstonden. Verhalen, zedeschetsen en zinnebeelden.
Inhoudsopgave: |
Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -322p.
Nota: |
|
1846 | Eenige bladzyden uit het boek der natuer. Verwerkt hierin de periode in 1920 dat hij als jonge knaap woonde in de Groenen Hoek buiten de stadswallen. | Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -292p. | |
1847 | Lambrecht Hensmans.
Versierd met veertig houtsneden, geteekend door J. Mathysen. Twee delen. |
Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -102 + 118p. Reeks: Nederduitsche kunstbibliotheek voor lezende huisgezinnen. – Antwerpen; vol. 1847: 1- 2 | |
1849 | Jacob van Artevelde. (roman)
Tegenover het titelblad een houtgravure met de attributen van de krijgsman, Jacob van Artevelde. |
Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. –3 dln in één band ( XXIII-[1]-234 + 222 + 255-[1] p)
Afmetingen: 22.7 x 15.20 |
|
1850 | Baes Gansendonck. (novelle) Met vier platen door Edward Dujardin | Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -164p. | |
1850 | Houten Clara.
Met vier platen door Edward Dujardin. 1947: in: Het Taelverbond, 1847, jg 3, pp. 201-256 en 297-324. 1851: Vertaald in het Duits als Die hölzerne Klara door Philipp Gigot. Uitgever: Brüssel und Leipzig: Verlag von Kiessling. 1853: 2de uitgave ibidem. 1857: 3de uitgave ibidem |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -133-[3] p., 4 pl. : front., ill. | |
1850 | De loteling. (roman)
Met vier platen door Ed. Dujardin. |
Antwerpen: Drukkery van J.E. Buschmann, uitgever. -150p. | |
1850 | Blinde Rosa. (verhaal)
Met vier platen door Edward Dujardin Met titelplaat. Op de laatste pagina wordt gemeld dat Houten Clara van de pers is gekomen. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -65+[3] p., [4] pl.: front., ill.. Overdruk uit: Het taelverbond – (1849/1850) | |
1851 | De arme edelman. Met vier platen door Ed. Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -208p. | |
1851 | [Brief van] H. Conscience aen zijne medeburgers. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -4p. | |
1851 | Rikke-tikke-tak. Met vier platen door Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -104p. | |
1852 | De gierigaerd. Met vier platen door Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -195p. | |
1853 | De boerenkryg (1798). Historisch tafereel uit de XVIIIe eeuw. Twee delen.
Geïllustreerd met zes litho’s van J. Brouwers naar tekeningen van Edward Dujardin – de litho’s zijn gesigneerd E.D.J., de laatste is gedateerd 1853 |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. –2 vol. (214 + [II] en 208 p.) | |
1853 | De grootmoeder: twee vertelsels voor kinderen.
Bevat: Vertelsel van Janneke en Mieke (pp 1-22); Het vertelsel van knagelyntje (pp 23-36); 1971: Het verhaal ‘Het vertelsel van knagelyntje’ werd opgenomen in de bundel ’54 Vlaamse verhalen‘, deel 1, samengesteld door Karel Jonckheere en Marnix Gijsen, Uitgeverij Paris-Manteau, Antwerpen pp 157-161. 1978: De Grootmoeder wordt opgenomen in “Vlaamse dorpsverhalen uit vroeger tijd”, pp 10-21. Samenstelling dr. Tjaard W.R.de Haan. Utrecht: Het spectrum. Reeks: Prisma boeken. – Utrecht; vol. 1850 |
Antwerpen: Hendrik Peeters. / Amsterdam: H. J. Van Kesteren. -61p. | |
1854 | Hlodwig en Clothildis. Historische tafereelen uit de Ve eeuw.
Drie delen. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 3 vol., 213 [1] p. + 205 [1] p. + 236 p., 1 pl: front., portr ; | |
1855 | Het geluk van rijk te zijn. Met vier platen door J. Bertou | ![]() |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -160p.
Afmetingen: 18 x 13 |
1855 | De plaeg der dorpen. (tendensroman) Met (vier) platen door J. Bertou | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -181 [1] p., [4] pl. : front., ill. | |
1856 | De zending der vrouw. (lezing)
In de publicatie : “Een zwanenzang door Jan van Beers en De zending der vrouw door Hendrik Conscience.” Uitgegeven ten voordeele der weduwe en weezen van Eug. Zetternam. Antwerpen, Kennes en Gerrits; Gent, Willem Rogghé; Amsterdam, H.J. van Kesteren, (1856), 47 pp. Met titelplaat. |
Antwerpen: Kennes en Gerrits. /Gent: W. Rogghé. / Amsterdam: H.J. van Kesteren.pp. 17-47
Voorgedragen op : het “Groot Toon- en Letterkundig Feest”, gegeven door het Vlaemsch Gezelschap van Antwerpen in de Koninklyk(e) Schouwburg op maendag 19 november 1855, ten 7 ure ’s avonds. Medewerking werd ook verleend door het Willems Genootschap van Gent. Op het programma staat o.m. een lezing van Conscience: “De Zending der Vrouw”. |
|
1856 | De geldduivel. Tafereelen uit onzen tijd.
Met twee teekeningen van Victor Lagye, in hout gesneden door Henry Brown. Twee delen. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol. (211 [1] + 158 p., [2] pl.) : front., ill. | |
1856 | Beschryving der nationale jubelfeesten te Brussel gevierd op 21, 22 en 23 juli 1856, ter gelegenheid van de 25e verjaring der inhuldiging van Z.M. Leopold I, als Koning der Belgen. | Brussel: Alexander Jamar, uitgever. -114p. ill. | |
1856 | Moeder Job. Met vier platen van J. Bertou. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -195p. | |
1858 | De omwenteling van 1830. Herinneringen uit myne eerste jeugd. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -152p. | |
1858 | Batavia: historisch tafereel uit de XVIIIe eeuw. (historische roman)
Met twaelf platen door Edward Dujardin. Drie delen. De drie delen met titelplaat. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -176p. | |
1858 | Mengelingen. (verhalen)
Bevat : “De zending der vrouw; Het boetende meisje; De moordenaar; De grootmoeder. Twee vertelsels voor kinderen; De Maegd van Vlaenderen. Een nachtgezicht; De brandende schaapherder.” Met titelplaat gesign. door J. Hemeleer. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -76p. | |
1858 | Herinneringen uit het leven van Hendrik Conscience’s eerste jeugd, De omwenteling van 1830. Kosteloos afgeleverd aen de inschryvers op het werk Batavia. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -152p. | |
1858 | Redevoeringen. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. | |
1858 | De lange nagel (1571)
Afzonderlijke druk. Eerder (1837) verschenen in de verhalenbundel Phantazij. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -31p. | |
1859 | De kwael der tyds. Eene geschiedenis onzer dagen door Hendrik Conscience.
Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 t./1 vol., (168 + 168 p., [4]-[4] pl.) : front., ill. ; | |
1859 | Simon Turchi of De Italianen te Antwerpen. Historische tafereelen uit de XVIe eeuw. (historische roman)
Twee delen. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol. (198 + 184 p.) | |
1860 | De jonge doctor. Tafereelen uit onzen tyd. Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -2 vol. (194 + 192 p.) | |
1860 | Het yzeren graf. Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol (191 + 164 p.) | |
1861 | Bella Stock. Tafereelen uit het leven der Vlaemsche Visschers. Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -2 vol. (176 + 164p.) | |
1861 | De burgers van Darlingen. Zedetafereel in twee tydvakken. Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol. (190 + 169 p.) : pll. | |
1862 | Het Goudland. Lotgevallen van dry Vlamingen die naer Californie vaerden om goud te zoeken. (roman) Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol. (210 + 242 p.) | |
1862 | Moederliefde. Tafereelen uit onzen tijd. Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol., 198 + 212 p : ill | |
1863 | De koopman van Antwerpen. Eene geschiedenis onzer dagen.
Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. | |
1864 | Menschenbloed. Zedetafereel onzes tyds. Met vier platen door Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -176p. | |
1864 | Eene uitvinding des duivels. Helsche geschiedenis.
Met vier platen door Edward Dujardin. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -64p. | |
1865 | Bavo en Lieveken. Geschiedenis van twee werkmanskinderen. Met vier platen door Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -208p. | |
1865 | Valentijn: Eene geschiedenis onzer dagen.
Twee delen |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol. (202 + 148 p.) | |
1865 | De ziekte der verbeelding. Met vier platen door Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -192p. | |
1866 | De burgemeester van Luik. Historische tafereelen uit de XVIIe eeuw. (historische roman)
Met acht platen door Edward Dujardin. Twee delen. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -2 vol. (188 + 183 p.) | |
1868 | Levenslust.
Drie delen |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -214 + 175 + 203 pp. | |
1871 | De kerels van Vlaanderen: historische tafereelen uit de XIIe eeuw.
Met acht platen door Edward Dujardin. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -203p. | |
1872 | Een goed hart. Illustraties: Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -76p. | |
1872 | Koning Oriand. Vlaamsche heldensage. Met 4 platen van Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -183p. | |
1872 | Eene 0 te veel. Antwerpsche zedenschets. Illustraties: Edward Dujardin. | ![]() |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -158p.
Afmetingen: 17 x 13 (ingenaaid) |
1872 | Een slachtoffer der moederliefde. Zedenschets
Met 2 platen van Edward Dujardin. Met titelplaat. Op de laatste pagina van het omslag: “Ter perse van denzelfden schrijver, om binnen kort te verschijnen: De baanwachter.” |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -105p. | |
1872 | Eene stem uit het graf.
Met 2 platen door Edward Dujardin. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -54p. | |
1872 | De twee vrienden. Met 2 platen van Edward Dujardin. Met titelplaat. Op de laatste pagina van het omslag: “Ter perse van denzelfden schrijver, om binnen kort te verschijnen: De baan wachter.” | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -106p. | |
1872 | Een zeemanshuisgezin. Illustraties: Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -60p. | |
1872 | De dichter en zijn droombeeld. Groot zangspel in vier bedrijven. Muziek: Karel Miry. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -64p. | |
1873 | De baanwachter. Met 2 platen van Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -119p. | |
1873 | Korte levensbeschrijving van Ferd.-Aug. Snellaert, lid der Academie. | Brussel: F. Hayez. -24p. Overdruk uit: Annuaire de l’Académie royale de Belgique. | |
1873 | De minnezanger. Middeleeuwsche Volkssage.
Met 4 platen door Edward Dujardin. Met titelplaat |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -215p. | |
1874 | De keus des harten.
Met 4 platen van Edward Dujardin. Met titelplaat. Op de laatste pagina van het omslag: “Ter perse van denzelfden schrijver, om binnen kort te verschijnen: Everard T’Serclaes, Historische tafereelen uit de X1Ve eeuw.” |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -204p. | |
1874 | Everard t’Serclaes. Historische tafereelen uit de XIVe eeuw.
Met 4 platen van Edward Dujardin. De twee delen met titelplaat. Op de laatste pagina van het omslag, van de twee delen: “Ter perse van denzelfden schrijver, om binnen kort te verschijnen: Eene verwarde zaak.” |
![]() |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol. (202 + 178 p.)
Afmetingen: 17.50 x 13 |
1874 | Levensbeschrijving van Willem de Mol.
(Niet in den handel). |
Brussel: J.-H. Dehou, Groot Eilandstraat, 6, october 1874. -32p. | |
1874 | Eene verwarde zaak. Dorpsverhaal.
Met 4 platen van Edward Dujardin. Met titelplaat. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -204p. | |
1875 | Schandevrees. Zedeschets.
Met 4 platen van Edward Dujardin. Met titelplaat |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. / Leiden: A.W. Sijthoff. -218p. | |
1876 | Gerechtigheid van Hertog Karel. Historisch verhaal.
Met 4 platen van Edward Dujardin. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -232p. | |
1877 | De oom van Felix Roobeek. Schetsen uit het werkelijk leven.
De twee delen met titelplaat. De illustraties, vier litho’s in totaal, zijn van Edward Dujardin. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol., 223 + 219 p. / Leiden: A.W. Sijthoff | |
1878 | De schat van Felix Roobeek.
De twee delen met titelplaat. De illustraties, vier litho’s in totaal, zijn van Edward Dujardin. |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. 2 vol., 204 + 226 p. / Leiden: A.W. Sijthoff | |
1879 | Het wassen beeld. Zedenschets uit de 17e eeuw. Illustraties: Edward Dujardin. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. / Leiden: A.W. Sijthoff -307p. | |
1880 | Eene welopgevoede dochter. Schetsen uit mijn levens-album.
Bevat: Eene welopgevoede dochter. ( pp 1-143); De podagrist (pp 147-194) |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -194p.
Afmetingen: 18 x 13 (ingenaaid) |
|
1880 | Eene gekkenwereld. (verhalen)
Bevat de schetsen: Wat geluk dat het niet waar was! (pp 1-30); Het wonderei (pp 33-90); Het paradijs der krankzinnigen. (pp 93 – 198). |
![]() |
Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -87p.
Afmetingen: 18 x 13 (ingenaaid) |
1881 | Geld en adel. Zedenschets onzes tijds. | Antwerpen: Drukkery van J.P. van Dieren en Comp., uitgevers. -2 vol. (195 + 176 p.) | |
1881 | Redevoeringen uitgesproken in de Koninklijke Academie van België den 11 mei 1881, voorafgegaan door eene inleiding over de zaak Schoep | Brussel: Havermans. -48p. | |
1881 | Histoires et tendances de la littérature flamande | Brussel: Hayez. | |
1884 | Gedenkboek der Conscience-feesten, Brussel, 1881 | Roeselare: De Seyn-Verhougstraete -228p | |
1888 | Geschiedenis mijner jeugd
= Uitbreiding van De omwenteling van 1830. Herinneringen uit myne eerste jeugd. (1858). De voorgeschiedenis is echter veel omvangrijker, dan in de eerste uitgave (tot p. 64) en het verhaal houdt niet op als de oorlogshandelingen einde 1832 – voorbij zijn, maar wordt nu voortgezet tot aan zijn benoeming tot griffier aan de Koninklijke Akademie van Antwerpen (1841) |
Brussel: Boekhandel Van J. Lebèque en Cie, Drukkers-Uitgevers, 46 Magdalenastraat, ongedat. -288p. | |
1889 | De duivel uit het slangenbosch. Nagelaten dorpsverhaal. Voltooid door Mevrouw Antheunis-Conscience. | Brussel: Boekhandel Van J. Lebèque en Cie. Drukkers-Uitgevers, Magdalenastraat, 46,. -296p. |
Uitgaven (selectie)
FILMOGRAFIE
1913 | Het eeuwfeest van Hendrick Conscience in Antwerpen.
|
1919 | De Loteling. (roman uit 1850)
|
1921 | De arme edelman. (novelle uit 1851)
|
1929 | Baas Ganzendonck (novelle uit 1850)
|
193? | Vlaamsche gebeurtenissen: Hendrik Conscience
|
1945 | Baas Gansendonck. (novelle uit 1850)
|
1973 | De Loteling (roman uit 1850)
|
1983 | De geschiedenis mijner jeugd. (TV Film)
|
1983 | De Leeuw van Vlaanderen.
|