home | Inloggen
Aantal schrijvers: 595 | Aantal boeken:

19.538

 

 

Van Oye, Eugeen

Maakt deel uit van:

Eugeen Van Oye

Torhout, 3 juni 1840 – Gistel, 4 juni 1926

Eugeen Van Oye (soms ook Eugène Van Oye) was arts, dichter en toneelschrijver.

Verschillende van zijn gedichten werden op muziek gezet.

Met Hugo Verriest, Gustaaf Verriest, Karel de Gheldere en Karel Callebert wordt Van Oye tot de kring van leerlingen van Gezelle gerekend. Zijn leermeester zou een blijvende invloed op de stijl van Eugeen Van Oye uitoefenen.

 

BIOGRAFIE

3 juni 1840:  Geboorte van Eugeen Van Oye te Torhout in een Franstalig, liberaal en artistiek georiënteerd gezin. Zijn vader René van Oye was arts en liberaal met een creatieve belangstelling voor muziek en poëzie.

1854-1870: STUDIEPERIODE – Invloed Guido Gezelle op het kleinseminarie van Roeselare – student in de geneeskunde te Leuven en Gent

Oktober 1854 – december 1858: Leerling aan het kleinseminarie van Roeselare.

  • Al vroeg moet de dromerige, in poëzie geïnteresseerde leerling een zekere indruk gemaakt hebben op Guido Gezelle die in het kleinseminarie studiemeester en leraar was. De verhouding werd intenser toen Van Oye in zijn poësisjaar (1857-1858) Gezelle als leraar kreeg. Er ontstond een vriendschaps­band, waarvan we de ups en downs kunnen volgen in de uitvoerige correspondentie. Die is van beide kanten grotendeels bewaard gebleven en bevindt zich in het Gezellearchief. De vriendschap vertroebelde doordat Gezelle’s overtuiging dat Van Oye voor het priesterschap geroepen was niet terecht bleek.
  • Uit deze vriendschap ontstonden Gezelle’s beroemde gedichten voor Van Oye: Ik droome alreê (sept. 1858); Dien avond en die rooze (1 nov.1858), Rammenta ti en Ik misse u ( jan. 1859) en Een bonke keerzen kind (waarsch. Juni 1860). Het zijn gedichten van een hoge kwaliteit die nog vaak gebloemleesd worden.
  • Sommige auteurs – oa  de dichter Urbain Van de Voorde in ‘Gezelle’ (1926) en ‘Gezelle’s Eros’ (1930) – wijzen op de erotische ondertoon van het gedicht ‘Dien avond en die rooze’. Het gedicht vindt U na de bibliografie.

1858: Vader Van Oye roept Eugeen uit het Kleinseminarie terug, deels om hem een betere opleiding te geven met het oog op zijn graduaatsexamen, deels waarschijnlijk ook om hem te onttrekken aan de druk om priester te worden.

Januari 1859 – oktober 1860: Leerling op de landbouwschool te Torhout, waar ook zijn vader les geeft.

1860-1866: Studeert geneeskunde aan de Katholieke Universiteit Leuven. Daar besteedt hij echter veel tijd – te veel tijd – aan zijn lidmaatschap van de Leuvense studentenvereniging Met Tijd en Vlijt, een genootschap van flaminganten, het schrijven van gedichten, het zingen  in een koor zodat hij tekort schiet in zijn medische studies.

1866-1870: Zet zijn studie voort aan de universiteit van Gent. In Gent verkeert hij in liberale kringen en wordt o a lid van het vrijzinnige Vlaamsgezinde” ’t Zal wel Gaan’”. Haalt zijn doctoraal in de geneeskunde.

AAN DE SLAG

September 1870 – mei 1871: Gaat werken als dokter voor het internationale Rode Kruis en komt zo terecht op de slagvelden in Noord-Frankrijk tijdens de Frans-Duitse oorlog.

Juli 1871: Vestigt zich als arts in Oostende. Hij werkt er als dokter voor het Armenbureel, vanaf 1881 tevens voor de spoorwegen en vanaf 1901 ook voor het Zeewezen.

1874: De eerste dichtbundel Morgenschemer komt op de markt. Daarin brengt hij zijn poëtisch werk uit de periode 1856-1870 samen, inclusief zijn jeugdverzen.

  • Het is de gelegenheid om terug contact te hebben met Guido Gezelle, wiens invloed in de bundel duidelijk herkenbaar is.
  • Maar ook Van Oye’s grote bewondering voor Richard Wagner komt duidelijk naar voor.
    • Van Oye was een liberaal denkend man – wat trouwens bij hem geen afbreuk deed aan zijn doorleefd katholicisme – met grote sympathie voor de Duitse cultuur. Hij voelde zich als liberaal denkend man aangetrokken door de Wagner, die naast Bakoenin in 1849 te Dresden op de barricaden had gestaan en wilde dat de koning liberale hervormingen doorvoerde, de Wagner die tot 1860 in ballingschap had geleefd

Verdere dichtbundels volgen

  • 1876: Dichterwijding een poëtische tweespraak tussen de dichter en zijn muze
  • 1889: Vonken en stralen, die zijn poëzie bundelt uit de periode 1870-1876
  • 1894:  In ’t blauwe met gedichten uit de periode 1876 tot 1901

28 oktober 1876: Huwelijk met de Duitse Maria Rumschöttel uit Trier, die hij in 1974 had leren kennen op de Gentse Floraliën. Ze krijgen zes kinderen.

1885-1886: Eerste stappen in de wereld van het toneel met bewerkte en vertaalde teksten geïnspireerd op de Russische A. Poesjkin “De Nixe’ (1885) en de Deense auteur A.J. Ohlenschläger  ‘Hakon Jarl” (1886)

1898: Wordt één van de medewerkers aan het tijdschrift Germania  dat maar kortstondig heeft bestaan – oktober 1898 en december 1905 – en dat zich tot doel  had gesteld om door wederzijdse voorlichting het “geestelijk contact” en de “vriendschap” tussen Vlamingen en Duitsers te bevorderen.

21 juni 1905: Wordt opgenomen als corresponderend lid in de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde te Gent.

1909-1910: Er verschijnen twee toneelstukken van eigen hand.

  • Balder: zeer Wagneriaans dramatisch gedicht dat bekroond wordt door de Stad Antwerpen en
  • Godelieve van Gistel, waarin hij ‘gedramatiseerd’ de legende van Godelieve van Gistel ten tonele brengt en waarvoor hem de Driejaarlijks Staatspijs voor toneelletterkunde werd toegekend.

21 december 1910: Wordt in de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde te Gent opgenomen als gewoon lid.

1914-1918: WERELDOORLOG I – Een activistisch engagement

Tijdens de oorlog liet hij meesleuren in het activistisch avontuur.

  • Van Oye blijkt echter op politiek gebied verregaande naïef te zijn geweest. Hem dreef een hersenschimmig staatkundig idealisme, gericht op de stichting van een Vlaamse staat, die samen met een koninkrijk Holland een soort dubbelstaat zou vormen onder de beschermende vleugels van een liefhebbend Duitsland.
  • Hij raakt betrokken bij het zeer radicale en militante Jong Vlaanderen (de landelijke afdeling te Oostende), neemt er het  voorzitterschap van op zich van november 1925 tot mei 1917. Doet er afstand van en houdt zich buiten de vereniging , maar wordt toch tot ere-voorzitterschap uitgeroepen in april 1918 op hun grote congres.

Politieke functies heeft hij echter niet vervuld.

Mei 1917: Ontvangt het bericht dat zijn zoon Raphaël – sedert augustus 1914 als arts werkzaam in het Belgische leger – zwaar ziek is. Herhaaldelijk vraagt hij toestemming om hem te kunnen bezoeken, wat hem niet wordt toegestaan. Zij zoon zal op 25 november 1917 overlijden. Het heeft hem zwaar aangegrepen.

NA WERELDOORLOG I

Najaar 1918:  Na de ineenstorting van Duitsland wordt hij aangehouden en gerechtelijk vervolgd  voor aktivisme. Het was vooral dank zij de getuigenis van een bejaarde Hugo Verriest dat hij voor het assisenhof te Brugge wordt vrijgesproken.

1918-1919: Als gevolg van deze oorlogsperikelen verliest hij het lidmaatschap van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde, waarvan hij sinds 1905 briefwisselend en vanaf 1910 werkend lid was.

Tegelijkertijd wordt hij ontzet uit al zijn ambten als geneesheer bij het armenbureel en elders, alsook uit zijn ambt als leraar van hygiëne aan de Nijverheidsschool te Oostende.

1923: Verhuist naar Gistel en schrijft deze naoorlogse ervaringen neer in een licht sarcastisch boek: Mijn gevangenis, dat overigens zonder zelfbeklag en met veel humor geschreven is. het mott van het boek luidt “Omdat ic Vlaminc ben”

1924: Ontvangt de Staatsprijs voor Vlaamse toneelletterkunde  voor Godelieve van Gistel.

4 juni 1926: Overlijdt onverwacht terwijl in de kerk van Gistel de processie van Eerste Vrijdag aan het volgen was.

EPILOOG

Tot in de jaren zestig nog stond in alle Vlaamse bloemlezingen zijn Kipling-achtige vers ‘Wees man’:

Wees man en houd u recht: buig nooit en buig voor niemand
dan voor de Waarheid, bruid der eeuwen, geest van God,
Zie! rond uw voeten krielt een kruipend slavenrot
Ontstijg dien modderpoel! Daar zijt ge uzelf, zijt Iemand.

8 tot 16 juni 1969: HULDE gehouden te Gistel

  • 8 juni 1969 Te Gistel wordt zijn standbeeld onthuld (Gistel, vlak naast de O. L. Vr. Hemelvaartkerk) van de hand van beeldhouwer Lode Willaert. Die voor dezelfde gelegenheid ook een plaquette maakte met de afbeelding van de auteur.

  eigen foto

  • 1970: Huldeboek dokter Eugeen van Oye. Een initiatief van de Vlaamse Toeristenbond.  Hulde gehouden te Gistel van 8 tot 16 juni 1969 . Gistel: H. Dekeyser Uitgever.94p

GERAADPLEEGDE BRONNEN

Websites

Referenties

  • Jan J.M. Westenbroek, Guido Gezelle (1830-1899) en de West Vlaamse school. In: Ada Deprez: Walter Gobbers; Karel Wauters (red.): Hoofdstukken uit de Vlaamse letterkunde in de 19de eeuw. Deel 2. KANTL Gent 2001 pp.237-239.
  • Jan J.M. Westenbroek, Eugeen Van Oye, Heen in dromen, VWS-Cahiers jg. 4, nr 1 Lente 1969. -15p. (Een uitgave van de vzw Vereniging van Westvlaamse Schrijvers).
  • Jan J.M. Westenbroek, in Nationaal Biografisch Woordenboek Deel IV pp 637-638
  • Dekeyser (ed.), Huldeboek dokter Eugeen van Oye. Een initiatief van de Vlaamse Toeristenbond. Hulde gehouden te Gistel van 8 tot 16 juni 1969 . Gistel: H. Dekeyser Uitgever.  -94p

SMAAKMAKER

Op het strand

Gij giet in hert en ziel, o zee,
met eeuwig smeekend smachten,
een zee mij van gevoelens en
een wereld van gedachten.

Wat is ’t toch wat me droomen doet
vol weemoed en verlangen,
wanneer ‘k in uw getoover lig
gebonden en gevangen?

Is ’t de eeuwigheid? Is ’t de eeuwigheid?
Het eindelooze leven?
Ik voele ze in mijn hert en ziel
en heel mijn wezen beven –

En dichtte ik duizend jaren nog,
’t en waar’ niet uitgezongen
hetgene me uit uw golven, zee,
is in de ziel gedrongen

 

Sterrenloze nachten

Fecisti nos, Domine, ad te; et inquietume
est cor nostrum, donec requiescat in te. (Augustinus)

Altijd wensen, altijd vrezen,
hoop en wanhoop in het hart:
rusteloos geslingerd wezen
van de vreugden naar de smart…
Altijd voorwaarts, voorwaarts haken,
zonder stuurman, zonder baken,
naar een steeds onzichtbaar strand :
en – bij ’t moedig henenstromen,
moedeloos, droefgeestig dromen
van ’t verloren kinderland !

Gistren wiegde ik heen in dromen
die vandaag vervlogen zijn;
andre zullen wederkomen
met hun valse toverschijn…
Ach, het onstandvastig wezen
van ’t geluk dat, pas gerezen,
henenwasemt in verdriet !
Tussen ’t gister en het heden,
tussen toekomst en verleden,
welk een stipje, welk een Niet !

‘k bemind en heb genoten,
‘k heb geweeklaagd en gezucht,
’t woelziek leven uitgegoten
op de winden in de lucht.
‘k zocht, gezweept door hunne roede,
’t lokkend leven, levensmoede…
tot ik machteloos nederviel…
O ! wie zal daarheen mij voeren
waar geen banden zullen snoeren
mijne vrijgeboren ziel ?…

 Morgenschemer (1874)

BIBLIOGRAFIE

Woordje vooraf

De bibliografie bevat 3 rubrieken

  1. Chronologisch overzicht van de in boekvorm gepubliceerde werken
  2. Nota bij ‘Avondschemer’
  3. Beknopt overzicht gerangschikt per genre

De bibliografische gegevens werden onder meer nagekeken bij

  • Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience – Antwerpen
  • Koninkijke Bibliotheek van België – Brussel – Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles.
  • POËZIECENTRUM vzw – Gent.

Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klikt u op de foto.

Chronologisch overzicht

Jaar Titel Fotogalerij Uitgeverij 1ste druk
1864 Mijnheer Marguery en het Vlaamsch, door een Vlaming, 31 mei 1864.  (pamflet)

Gepubliceerd onder pseudoniem Een Vlaming

Leuven: Gedrukt bij Ickx.   -9p.

Afmetingen: 22 x 13.50 (ingenaaid)

1874 Morgenschemer. Gedichten. 1856-1870. (poëzie)

Deeltitels: I. Neurende winden.  II. Vlaanderen.  III.  Liefdepeerlen.  IV Leieliederen.  V. Op wegen en stegen. VI. Sterrenlooze nachten.  VII. Zonnige dagen. VIII. In de hiek van den heerd. IX. Drijvende wolken.  X. Nazang.

Brussel/Leipzig/Oostende: F. Claessen.  -417p. / Gent: W. Rogghé / Groningen: J.B. Wolters.

Afmetingen: 18.20 x 13.60 (ingenaaid)
Druk: C. Lambrecht, Zilverstraat, Brugge.

1876 Dichterwijding. (dichtbundel)

Het gedicht bestaat uit twee afdelingen: I. De dichter; II. De muze.

Brugge: Druk. Lambrecht, Zilverstraat.  -17p.

Afmetingen: 17.80 x 12.70 (ingenaaid)

1882 De Nixe  / Lyrisch drama in drie bedrijven door Dr. Eugeen Van Oye. Zeer vrije bearbeiding van eene dramatische schets des russischen dichters Alexander Puschkin.

Nota: Het betreft hier Poesjkins ‘Rusalka’.

Antwerpen: Drukkerij L. dela Montagne, Wijngaardstraat, 10.  -32p.

Afmetingen: 24 x 16

1883 De eerste hulp bij plotselijke ongevallen. Vijf voordrachten van Prof. Dr. Frederik Esmarch. Met toelating des Schrijvers uit het Duitsch vertaald.

1893: 2de druk
1897: 3de druk
1902: 4de druk

Roeselare: De Seyn Verhougstraete. Uitgever, Boekhandelaar.  -106p.

Afmetingen: 17.50 x 11.20 (ingenaaid)

1883 Daphne  (cantate)

Tekst gevolgd door een Franse vertaling door M. G. Antheunis.

Bruxelles: Imprimerie de F. Hayez, Rue de Louvain, 108.   -18p.

Overdruk uit: Bulletin de l’Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique. – 3me série, tome VI, n° 9-10; sept. – oct. 1883.
Afmetingen: 21.50 x 14.30

1884 Les premiers soins à donner en cas d’accident subits. Conférences du Dr. Fr. Esmarch, Professeur à l’Université de Kiel.

Traduction de l’allemand.
1893: 2de druk – 1897: 3de druk – 1902: 4de druk – 1909: 5de druk.

Bruxelles: A. Manceau.
1886 Hakon Jarl. Treurspel in vijf handelingen van Adam Gottlob Oehlenschlaeger.

Uit het Deensch vertaald door Eugeen van Oye.

Antwerpen: L. dela Montagne-Uitgever.  -117p.

Overdruk uit Nederlandsche Dicht- en Kunsthalle.
Afmetingen: 24.80 x 16 (ingenaaid)

1887 1302. Hymne aan Breidel en De Coninc. Twee gedichten. Brugge: F. Claeys, boekhandelaar, Steenstraat.  -24p.

 

1889 Vonken en Stralen / Poëzie van doktor Eugeen Van Oye, 1870-1876.  (poëzie)

Deeltitels: In memoriam; Bivakliederen; Twee idyllen; Uit het dagboek eens zieken; Deutsche Nachklänge; Stemmen der natuur.

Van Oye 1 Gent: Drukkerij A. Siffer. -225p.

Afmetingen: 23 x 14 (ingenaaid)
Titelpagina in tweekleurendruk.
Bevat ook enkele gedichten vertaald naar het Duits.

1893 De Aziatische Cholera, oorsprong, oorzaak en behoedsmiddels, voor het volk geschetst. (medische publicatie)

Door Dr. Eugeen Van Oye, leeraar der gezondheidskunde aan de nijverheidschool van Oostende.

Gent: I. Van den Poorten.  -VIII + 136p.
1904 In ’t blauwe / Gedichten van Dr. Eugeen van Oye, 1876-1901.  (poëzie)

Bevat de delen: I. Liederen en gezangen; II. Toewijdingen; III. Philippine van Vlaanderen; IV. Breydel en De Coninc; V. Nagezongen; VI. Zes cantaten; VII. Hoe men dichter wordt; VIII. Voor de mijnen; IX In de eenzaamheid.

Brugge: Algemeene Boek- en Steendrukkerij van K. van de Vyvere-Petyt.  -272p.

Afmetingen: 20.50 x 14.50 (ingenaaid)

z j
[1906]
Hulde van het Davidsfonds aan Guido Gezelle. Redevoering van Dr. Eugeen Van Oye.

Nota: Er bestaat een gelijktijdig bij dezelfde uitgever uitgegeven boek met als titel ‘Hulde van het Davidsfonds aan Guido Gezelle, waarin de redevoering van Van Oye NIET voorkomt, maar zijn aanwezigheid wel vermeld wordt. Sprekers in deze uitgave zijn Mr. Dequidt; Mr Schramme, E.H. Al. Walgrave, E.H. Hugo Verriest.

t’ Yper gedrukt bij Callewaert-De Meulenaere in de Boterstraat, 36.  -7p.

Afmetingen: 23.70 x 15
  Huldeboek

1909 Balder’s dood. Dramatisch gedicht in drie bedrijven.  (theatertekst)

Bekroond door de stad Antwerpen.
Verscheen eerder in De Vlaamsche Gids

Antwerpen: De Nederlandsche Boekhandel.  -96p.

Afmetingen: 25 x 17.50 (ingenaaid)

1910 Godelieve van Gistel. (theatertekst)

Gedramatiseerde legende uit de XIde eeuw. In vier bedrijven.
1910: Bij Koninklijk Besluit van 29 juli 1910 bekroond met de driejaarlijkse Staatsprijs voor Toneelletterkunde.
1924: 2de uitgave bij “Excelsior” te Brugge.

Brugge: J. Houdmont-Carbonez, Filips de Goede laan, 4.  -111p.

Afmetingen: 23 x 15 (ingenaaid)

1911 De Grieksche metriek en de Nederlandsche Dichtkunst. Eene aesthetische taalstudie.

Bijblad van “Biekorf” ’t jaar 1911 (jg. 22)

Te Brugge gedrukt bij L. De Plancke, in de Heilige-Clarenstrate, 1.   -117p.

Afmetingen: 21.50 x 13

1913 De menschelijke levensduur. Aanspraak gehouden, den 25 Mei 1913, ter gelegenheid van de prijsuitreiking in de Nijverheidschool van Oostende. (medische publicatie) Oostende: Hof’s Boek- en Steendrukkerij.  -12p.
1923 In memoriam Hugo Verriest Antwerpen: Uitgeversmij “Kiliaan”.  24p.

Reeks: Verhandelingen van de Algemeene Katholieke Vlaamsche Hoogeschooluitbreiding, nr 210 van de verzameling, nr 3 van den 20e jaargang, Maart 1923.
Drukkerij K. Dirckx-Van Riet.

z j
[1923]
Mijn gevangenis. (memoires)

 

Brugge: Drukkerij-Uitgeverij “Excelsior”.  -103p.

Afmetingen:17.50 x 13 (ingenaaid – zachte kaft)
Nota: een variant op het voorplat getoond in de fotogalerij is

POSTUME UITGAVEN

1937 Brieven van, aan en over Gezelle . I : Briefwisseling Gezelle-Van Oye.

Uitgegeven door Prof. Dr. Fr. Baur, hoogleeraar te Gent ; en Prof. Dr. R. Verdeyen, hoogleeraar te Luik.
Antwerpen/ Brussel : Standaard-Boekhandel.  -266p.

Jubileumuitgave van Guido Gezelle’s Volledige Werken Deel XVII.
1999 Avondschemer. (poëzie)

Postuum uitgegeven dichtbundel verzorgd door Prof. Dr. Johan van Iseghem
Vormgeving: André Scherens
Leuven: Uitgeverij P. -96p.

Afmetingen:23.80 x 16.80 (ingenaaid- kartonnen kaft met flappen
Gezet in Minion
Gedrukt door Drukkerij Overloop, Wilsele

Nota bij ‘Avondschemer’:

In 1997 vond Filip Debaillie uit Gistel een klein werkschrift van de hand van Eugeen van Oye terug. Het schriftje telde 106 pagina’s ruitjespapier, waarin van Oye rijmende gedichten, bedenkingen, invallen en proza had geschreven. Blijkbaar bevatte het een eerste ontwerp voor een dichtbundel waarvoor hij al een titel had gekozen: Avondschemer. Op initiatief van Filip Debaillie heeft professor Johan van Iseghem (K.U.Leuven en Kulak, Moderne Nederlandse Literatuur) van dit bundelontwerp van van Oye een zo getrouw mogelijke uitgave gemaakt, al verliep dat niet rimpelloos. De vorm die Eugeen van Oye aan zijn laatste bundel wenste te geven, was niet zo gemakkelijk af te leiden uit het oude werkschrift: zo gaven o.a. de groepering en de paginering heel wat moeilijkheden. Buiten de transcriptie van de handgeschreven teksten zorgde Johan van Iseghem voor de nodige commentaren over het leven van de dichter, de teksten en de totstandkoming van deze uitgave. Zo is dit boek een belangrijk literair-historisch document geworden.

DIEN AVOND EN DIE ROOZE

‘k Heb menig uur bij u
gesleten en genoten,
en nooit en heeft een uur met u
me een enklen stond verdroten.
‘k Heb menig menig blom voor u
gelezen en geschonken,
en, lijk een bie, met u, met u,
er honing uit gedronken;
maar nooit een uur zo lief met u,
zoo lang zij duren koste,
maar nooit een uur zoo droef om u,
wanneer ik scheiden moste,
als de uur wanneer ik dicht bij u,
dien avond, neêrgezeten,
u spreken hoorde en sprak tot u
wat onze zielen weten.
Noch nooit een blom zo schoon, van u
gezocht, geplukt, gelezen,
als die dien avond blonk op u,
en mocht de mijne wezen!
Ofschoon, zoo wel voor mij als u,
– wie zal dit kwaad genezen? –
een uur bij mij, een uur bij u
niet lang een uur mag wezen;
ofschoon voor mij, ofschoon voor u,
zoo lief en uitgelezen,
die rooze, al was ‘t een roos van u,
niet lang een roos mocht wezen,
toch lang bewaart, dit zeg ik u,
‘t en ware ik ‘t al verloze,
mijn hert drie dierbre beelden: u
dien avond – en – die rooze!

Guido Gezelle
Geschreven op 1 november 1858 voor zijn leerling Eugeen van Oye.

Toelichting

koste: kon
moste: moest
van: door
ware…verlozen: zou verliezen

BEKNOPT OVERZICHT PER GENRE

LITERAIRE WERKEN

  • 1864: Mijnheer Marguery en het Vlaamsch, door een Vlaming. 31 mei 1964. (pamflet)
  • 1874: Morgenschemer. Gedichten. 1856-1870. (poëzie)
  • 1876: Dichterwijding. (poëzie)
  • 1883: Daphne (cantate)
  • 1887: 1302. Hymne aan Breidel en De Coninc. Twee gedichten.
  • 1889: Vonken en Stralen / Poëzie van doktor Eugeen Van Oye, 1870-1876. (poëzie)
  • 1904: In ’t blauwe / Gedichten van Dr. Eugeen van Oye, 1876-1901.
  • 1909: Balder’s dood. Dramatisch gedicht in drie bedrijven. (toneel)
  • 1910: Godelieve van Gistel, gedramatiseerde Legende uit de XIe. Eeuw in vier bedrijven. (toneel)
  • 1911: De Grieksche metriek in de Nederlandsche dichtkunst: eene aesthetische taalstudie.
  • 1923: Mijn gevangenis. (memoires)
  • 1923: In memoriam Hugo Verriest

Postuum

  • 1937: Brieven van, aan en over Gezelle . I : Briefwisseling Gezelle-Van Oye / Guido Gezelle, Eugène Van Oye ; uitgegeven door Prof. Dr. Fr. Baur, hoogleeraar te Gent ; en Prof. Dr. R. Verdeyen, hoogleeraar te Luik.
  • 1999: Avondschemer (poëzie) Postuum uitgegeven dichtbundel verzorgd door Prof. Dr. Johan van Iseghem

VERTAALDE TONEELWERKEN

  • 1881: De Nixe / Lyrisch drama in drie bedrijven door Dr Eugeen Van Oye ; zeer vrije bearbeiding van eene dramatische schets des russischen dichters Alexander Puschkin.
  • 1886: Hakon Jarl. Treurspel in vijf handelingen van Adam Gottlob Oehlenschlaeger;

MEDISCHE PUBLICATIES

  • 1883: De eerste hulp bij plotselijke ongevallen. Vijf voordrachten van Prof. Dr. Fr. Esmarch. Uit het Duitsch vertaald.
  • 1893: De Aziatische cholera. Oorsprong, oorzaak en behoedmiddels, voor het volk geschetst.
  • 1913: De menschelijke levensduur. Aanspraak gehouden, den 25 Mei 1913, ter gelegenheid van de prijsuitreiking in de Nijverheidsschool van Oostende.