Herman Portocarero
Sint-Katelijne-Waver, 6 januari 1952
Diplomaat, wereldreiziger en schrijver
“Er waren paleizen en recepties. Maar er was ook, altijd, de roep van de straat.” (Diplomatie & avontuur p. 13)
BIOGRAFIE
6 januari 1952: Geboorte te Sint-Katelijne-Waver van Herman Portocarero, Belg van nationaliteit, maar afstammeling van een Spaanse familie die zich in de 17de eeuw in Antwerpen vestigde.
Portocarero studeert rechten aan de Ufsia, met als specialisatie het zeerechtenverdrag.
1975-1976: Werkt als stagiair-advocaat aan de Antwerpse balie, maar België wordt hem al vlug te klein.
1977: Neemt deel aan het diplomatiek examen, de eerste stap van een internationale diplomatieke carrière met o.a. standplaatsen in Ethiopië, Jamaica, de V.S. (New York en Atlanta) en Cuba.
1978: Huwt met Myriam P. en heeft een zoon, Joaquin.
1978: Start zijn internationale diplomatieke carrière bij UNESCO in Parijs.
1978: Debuteert met een novelle in het Frans “La Combine de Karachi” maar het boek wordt uit de handel gehaald wegens slechte verkoop.
- Een gecondenseerde Nederlandstalige versie ervan wordt gepubliceerd onder de titel “Later dan de nacht” in het Nieuw Wereldtijdschrift (september 1985). In 1988 verscheen het ook in boekvorm als Grote Marnix Pockets nr 355 bij Manteau te Antwerpen.
1979: Werkt op de Belgische ambassade in Addis Abeba, Ethiopië.
- “Het was de tijd waarin je nog vergunningen nodig had om buiten Addis Abeba te kunnen komen en waar je op nog geen 100 km buiten de stad in de feodaliteit terechtkwam”, vertelt hij, “maar ik wilde niet alleen in Addis zijn, ik wilde op alle historische en landschappelijke plaatsen komen”.
- Portocarero schrijft over Ethiopië in Door de Naamloze Vlakte (1985), Goud! (2004), en natuurlijk in zijn memoires Diplomatie en avontuur (2012).
1982 – 1985: Werkt op de Belgische ambassade in het Jamaicaanse Kingston.
1984: Debuteert in het Nederlands, opmerkelijk succesvol, met Het anagram van de wereld.
- Een bejubeld debuut waarin hij magische element verweeft met de werkelijkheid. Een spel van hoge diplomatie en alledaagse werkelijkheid: Het hoofdpersonage duikt onder in een bordeel, terwijl er in de stad een conferentie van wereldleiders en onderhandelaars aan de gang is.
- Zijn debuut wekt in de Vlaamse pers bijzonder veel belangstelling vanwege het ‘onvlaamse karakter’. De exotische situering, de statige en beeldrijke taal, de complexe ideeëninhoud en de afkeer van een realistische presentatie zijn kenmerken die zijn werk blijven bepalen.
- De roman wordt in 1985 bekroond met een alternatieve debuutprijs samen met proza van André Janssens en poëzie van Dirk Van Bastelaere.
1985 – 1988: Eerste secretaris van de Belgische delegatie bij de Verenigde Naties in het hart van zijn eerste grote liefde : New York.
1985: In zijn tweede boek Door de Naamloze Vlakte, reist de hoofdpersoon de dichter Rimbaud achterna door de woestijn in Ethiopië, een poging in romanvorm om de afstand in tijd en plaats tot Rimbaud te overbruggen
1986: Met De Voornamen van de Maan – zoektocht naar de essentie van het bestaan in het wezen van de vrouw – sluit hij een schrijfwijze af die gekenmerkt wordt door postmodernistische en structuralistische invloeden.
1987: Publicatie van Portocarero’s magnum opus, De Eeuw die Beiroet heet, een complexe roman die een subjectieve wereldgeschiedenis beschrijft.
1988 tot 1990: Neemt twee jaar loopbaanonderbreking. Het eerste jaar brengt hij door in Andalucia, het tweede jaar waagt hij zich als adviseur van Artsen Zonder Grenzen aan het ware veldwerk bij de frontlijn van de Sandinistas en de Contras te Nicaragua en in Darfur en Bar-el Ghazal in Soedan.
1990: Grenzen Genezen is het relaas enerzijds van de reizen die hij maakte als adviseur voor Artsen Zonder Grenzen, maar anderzijds brengt het boek ook zijn persoonlijke kijk op de wereldproblemen. Misschien is dit wel het kernbegrip van zijn werk:
- “Het kan erg naïef lijken de toekomst van de planeet te omschrijven als meer spiritueel. […] Ik bedoel de spiritualiteit van de straatkat, het vermogen om ‘ik’ te blijven zeggen in de menigte, de weerstand tegen de druk van de massa. In elk land heb ik de hartslag gevoeld van het leven op pleinen, markten, straten en kruispunten waar een almaar groeiende, beweeglijke mensheid samenstroomt.”
De opbrengst van dit boek schonk hij aan deze organisatie.
1990-1992: Terug in Brussel is hij als diplomaat actief in de Dienst Verenigde Naties van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken (FOD)
1992: Geo-Graffiti, een verzameling reiservaringen, een neerslag van zijn ervaringen in Ethiopië en Jamaïca, twee plaatsen die hij goed gekend heeft wat hem in staat stelt om de minder evidente historische en culturele dwarsverbanden tussen o m Jamaica en Ethiopië helder te tellen.
1992-1995: Een tweede ambtstermijn bij de Verenigde Naties in New York
1995-1999: Ambassadeur van België in de Cubaanse hoofdstad Havanna, zijn tweede grote liefde.
2000: Cubaanse nachten. Onmiddellijke memoires. 1995-1999. Of beter waarin documentaire passages en een fictief feuilleton (Cuentos del muerto — te vertalen als Verhalen van de dode) elkaar afwisselen.
- Portocarero verblijft 5 jaar op het eiland en Havana zindert onder zijn voeten.
- Vele van zijn interesses komen aan bod o m de weerkerende connecties tussen Cuba en Afrika (Che’s militaire missie naar Congo), de Afrikaanse culturele erfenis, maar ook – en dat is de kern van dit boek – de santeria, een versmelting van voorouderlijke Afrikaanse religie en het katholicisme, “de ziel van het land, de verborgen onderlaag”.
2000-2003: Actief op de Dienst Verenigde Naties van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken (FOD)
2001: Portocarero is nog niet uitgeschreven over Cuba, de santeria en dwarsverbanden met Congo en België.
Trance Atlantico is een boek vol geuren, kleuren en muziek. Een dreigende fetisj speelt de hoofdrol, ’een houten beeld geheel bekleed met schroot en nagels, met een schreeuwende mond, uitpuilende ogen en een machete in de aanslag. Het weert gevaar en bewaakt een plaats waar geluk heerst.’
- In opdracht van een éénarmige voodoopriester moet een jonge discipel in het Museum voor Midden-Afrika een fetisjbeeld roven dat Belgische huurlingen in 1965 hebben meegebracht uit een Congolees dorp waar ze eerst iedereen hebben afgeslacht en waar nadien Che Guevara en zijn soldaten – op geheime missie in Congo – een overledene redden die een arm mist.
Het beeld verdwijnt effectief uit het museum, het gerecht komt in actie, een Brits agent van Interpol arriveert in België. Volgt een verhaal met Cubaanse sigaren, pinten Mort Subite, internetconnecties, de Marollen en de zwarte wijk Matonge, louche artisanaalwinkeltjes, het Justitiepaleis, de Antwerpse haven. Iedereen rent en speurt, behalve de Meester in Havana, die rustig in zijn stoel de onvermijdelijke afloop afwacht…
2003 tot oktober 2004: Vervult de functie van consul-generaal in Atlanta, VS.
2004-2008: Wordt bij de heropening van de Belgische ambassade in Kingston, Jamaica tot ambassadeur benoemd. Zijn rechtsgebied omvat de volledige Engelstalige Caraïbische landen, alsook Haïti en de Dominicaanse Republiek.
2006: Zijn detective New Yorkse nachten wordt bekroond met de Hercule Poirotprijs.
- Samen met Jamaicaanse nachten (2007) en Haitiaanse nachten (2008) vormt dit een trilogie.
2008: Wordt consul-generaal in New York City waar hij vooral actief is als lobbyist en fondsenwerver, vooral met focus op Belgische artistieke activiteiten in New York en elders in de Verenigde Staten.
Juli 2012: Verlaat de Belgische diplomatieke dienst en vervoegt de nieuw opgerichte European External Action Service, de diplomatieke dienst van de Europese Unie.
- Zijn ervaringen in Cuba en de Caraïbische landen, alsook in multilaterale VN-diplomatie, maken dat hij in juli 2012 benoemd wordt tot Europees ambassadeur in Cuba. Zijn hoofdzetel is in Havana en zijn mandaat omvat het beheer van een geheel van activiteiten betreffende politiek, handel, investeringen en ontwikkelingssamenwerking.
2012: Een terugblik op zijn jarenlange ervaringen als diplomaat in Diplomatie & Avontuur.
- Vlot gelardeerd met allerlei anekdotes, meeslepende reisbeschrijvingen, dwarsverbanden allerhande en een minigeschiedenis internationale politiek tijdens zijn 35-jarige carrière.
2015: Met Collaboratie, fortuin en ondergang – familiekroniek 1914-1945, schrijft hij een documentair werkstuk neer, waarvoor hij een verbluffende hoeveelheid bronnen heeft geraadpleegd. Het resultaat is een even gedetailleerde als oprechte inkijk in het leven van een Antwerpse familie met Spaanse wortels – de Portocarero’s – , die in de twintigste eeuw bovendien twee oorlogen lang aan de foute kant stond.
2019: De ontdekking van het woord ‘Antwerpen’ op de grafsteen van Josef Schindelheim is het begin van het nieuwe boek “De diamantdiaspora. Een verborgen geschiedenis tussen Antwerpen en Havana”.
- De Joodse Schindelheim ligt begraven op een begraafplaats in het Cubaanse Havana en blijkt één van de ruim twaalfhonderd Antwerpse Joden die voor en in het begin van de Tweede Wereldoorlog voor hun leven naar het eiland zijn gevlucht. In korte hoofdstukken vertelt Portocarero hun verhaal.
2021: Met De zwarte handel schreef Herman Portocarero een onthullend boek over de slavernij. ‘Slavenhandel werd vroeger respectabeler geacht dan wapenhandel.’
En er was ook 18de eeuwse pre-Belgische bijdrage: “Je kunt wel zeggen dat het een ‘pre-Belgisch model’ was, want de slavenhandel gebeurde door eerst de wapenhandel vanuit Luik naar West-Afrika te exporteren. De geldschieters kwamen uit Brussel en van de Antwerpse beurs. Een van de belangrijkste kapiteins een Gentenaar en Oostende was de thuishaven. Het ontdekken van deze Belgische slavenhandel was voor mij nieuw, maar bleef tegelijk wel kleinschalig in vergelijking met Nederland en Frankrijk. Van de elf tot dertien miljoen slaven die over de Atlantische Oceaan werden vervoerd, zouden de Belgische slavenhandelaren in totaal een vijfduizendtal van hen getransporteerd hebben, wat tegelijk ook niet niks is.” (Uit het interview in De Morgen Boeken maart 2021 – interviewer Maarten Rabaey)
2023: Met Het raadsel van De Roem der Vorsten levert Portocarero een episch opgezet politiek detectiveverhaal af, dat zich afspeelt in Brussel, New York, Ethiopië, Jamaica en Cuba.
Een verpauperde aristocratische tweeling wil duidelijkheid over hun afkomst nadat hun moeder, een Ethiopische prinses in ballingschap, in mysterieuze omstandigheden om het leven kwam. Tijdens hun zoektocht blijken twee gestolen perkamenten van onschatbare waarde te zijn. Kunnen ze de perkamenten herenigen met het eeuwenoude manuscript de Kebre Negast en zo inzicht te krijgen in hun afkomst ? Of zal de corruptie van de macht hun dat verhinderen ?
BEKRONINGEN
- 2006: Hercule Poirotprijs voor de detective New Yorkse Nachten.
SMAAKMAKER
Reyna, Havana
Reyna ligt op haar furieus omgewoeld bed: een
druk bewoond hol. Haar
appartement bestaat uit twee kamers op de eerste
verdieping van een
vervallen paleis in het centrum van de Velado, vlak-
bij Calle 23. Het is
heet, de muren zweten.
Ze draagt kort afgesneden jeans en een spannend
topje dat haar buik
ontbloot. Ze heeft wild krullend haar in alle tin-
ten van donkerbruin.
Het geurt naar warme as, naar peper, naar zand
en olie. Chinese ogen.
Afrikaanse lippen: ze is zo Cubaans als Cuba, een
kind van ’s werelds
Kruispunten, de ultieme mulata.
Uit: Trance Atlantico
GERAADPLEEGDE BRONNEN
Websites
- NEDWEB/Literatuur in context – Portocarero, Herman
- Herman Portocarero – Wikipedia
BIBLIOGRAFIE
De bibliografische gegevens werden onder meer nagekeken bij
- Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience – Antwerpen
- Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel / Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles.
- Piet Devos: Van reuzen tot dwergen. Bibliografie – Vlaamse schrijvers in de 20ste eeuw – Eerste drukken. Kortrijk, eigen beheer 2007
Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klikt u op de foto.
Chronologisch overzicht
Een greep (geen volledigheid nagestreefd) uit publicaties in tijdschriften en verzamelwerken.