Maakt deel uit van:Lierse schrijvers
Mark Insingel
Lier, 3 mei 1935 – Gent, 30 juli 2024
Pseudoniem van Marcus Henri Laurent Thérèse Donckers.
Schrijver van gedichten, verhalend proza, essays en hoorspelen.
Insingel evolueerde als dichter van vrij conventionele poëzie (Panorama, (1956), Ons derde land (1958), Drijfhout (1963) en Een kooi van licht (1966) via de concrete poëzie (Perpetuum mobile, (1969), Modellen (1970) en Posters (1974) en het hoorspel Wanneer een dame een heer de hand drukt (1975)) naar inhoudelijk zeer uitgepuurde poëzie, opgebouwd rond zorgvuldige spiegelstructuren en herhalingen.
Ook zijn proza vertoont verwantschap met de geometrische abstracties van Mondriaan of Vasarely, of met de compositietechnieken in de seriële, minimale of repetitieve muziek (Stockhausen, Boulez, Philip Glass…).
Insingel behoort tot de groep schrijvers die , zoals Ivo Michiels taal-materie tot taal-vorm hebben willen ’omfunctioneren’, en dat in flagrante tegenstelling tot de inheems-Vlaamse tradities.
BIOGRAFIE
3 mei 1935: Geboren te Lier.
- Insingel groeide op als enig kind van een huisschilder.
- Hij studeerde drie jaar aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium te Antwerpen, afdeling toneel en voordrachtkunst, en volgde cursussen Franse taal-en letterkunde aan de Sorbonne in Parijs.
1956: Debuteert als 21-jarige met de bundel ‘Panorama’ onder eigen naam Mark Donckers in de reeks ‘Bladen van de Poëzie’.
- De bundel wordt op gemengde gevoelens ontvangen. Zo laat Luc ter Elst in Gazet van Antwerpen weten dat de bundel, bestaande uit 17 gedichten, met ‘kenschetsende puberromantiek’ niet ‘had mogen gepubliceerd worden’.
1958: In dezelfde poëziereeks verschijnt ‘Ons derde land’, nog steeds onder eigen naam.
- De Standaard bestempelt de bundel als ‘teder-sensitieve, broze liefdesverzen in vrije vorm’, ‘niet zonder poëtische bekoring’.
- Het is een bundel waarin de dichter toont dat hij wel degelijk talent heeft.
1958-1963: Periode waarin de dichter zijn eigen positie in de literatuur en zijn poëtica scherper definieert. Hierbij wordt hij in niet geringe mate gesteund door dichter, uitgever Jozef De Belder, eveneens afkomstig uit Lier, die Insingels eersteling ‘Drijfhout’ binnen zijn eigen uitgeverij Colibrant, op de markt zal brengen.
1963: Publicatie van de bundel ‘Drijfhout‘.
- Vanaf deze bundel gebruikt hij het pseudoniem Insingel omdat hij – naar eigen zeggen – het gevoel heeft om als dichter in een singel te leven, een ommuring die hem beschermt maar ook beperkt.
- Toch is deze bundel nog zeer conventioneel en sluit aan bij de poëtica van de Vijftigers. Wellicht moeten we hier de invloed van zijn mentor Jozef De Belder in herkennen, die Insingels singel vooral als een bolwerk zag tègen de experimentelen, met name dichters als Hugo Claus wiens bundel ‘Een geverfde ruiter‘ verscheen in 1961.
1966: Ook de daaropvolgende bundel ‘Een kooi van licht’ werd door de pers ontvangen als conventionele poëzie. Dat zal vanaf de bundel ‘Perpetuum mobile’ (1969) veranderen.
1966: Publicatie van de verhalenbundel ‘Een getergde jager’.
1968: Debuutroman ‘Spiegelingen’, die de Tweejaarlijkse Prijs van De Vlaamse Gids in de wacht sleepte.
1969: Publicatie van de gedichtenbundel Perpetuum mobile (1969).
- Deze wordt beschouwd als de eerste bundel concrete poëzie in het Nederlands. Modellen en Posters liggen in deze zelfde lijn. Met zijn concrete gedichten nam hij deel aan internationale tentoonstellingen in Amsterdam, Neurenberg, Stuttgart, Liverpool en Oxford.
- Op grafisch vlak is zijn werk verwant met de poesia visiva van Paul de Vree
1970-1974: In zijn bundels Modellen (1970) en Posters (1974) en het hoorspel Wanneer een dame een heer de hand drukt (1975) werkt hij het concept van concrete poëzie verder uit. Daarbij laat hij vooral de taal zelf aan het woord in al haar visuele en auditieve aspecten.
- Deelname aan (o.a.): Poetry International Rotterdam 1971, Nacht van de Poëzie Utrecht en Amsterdam, Dichters aan huis, Den Haag,… Tentoonstellingen concrete poëzie in Stedelijk Museum Amsterdam (1970), Institut Néerlandais, Parijs (1975)
Na zijn concrete poëzie gaat hij een zowel vormelijke als inhoudelijk uitgepuurde poëzie schrijven, opgebouwd rond zorgvuldige spiegelstructuren en herhalingen. De formuleringen zijn beknopt, de woorden zorgvuldig gekozen, de taal ontdaan van alle franjes. Zijn verzen leunen bijgevolg dicht aan bij de ‘poësie pure‘ van een Paul Van Ostaijen.
1975: In het ’taalalgoritme’ Dat wil zeggen worden de teksten vanuit basisregels gegenereerd. Het boek bevat 82 verschillende teksten. Door deze te programmeren en te variëren tracht Insingel de versleten taalcode weer met betekenis te laden. Iedere derde tekst is een herhaling van een der vorige. Zo ontstaat een cadans die met de precisie van een computer is uitgevoerd.
1978: Publicatie van de bundel ‘Het is zo niet zo is het’.
- De titel alleen al is een mooie stijlfiguur – die technisch apokoinou heet – waarbij ‘niet’ netjes in het midden systematisch in beide richtingen functioneert. Zo schakelt hij op eenvoudige wijze een dosis bewustmakende ambiguïteit in de tekst, als een adder onder het gras.
1980: Mijn territorium is een constructie van 100 teksten, ieder bestaande uit één lange zin, die elkaar modulerende en met elkaar contrasterende blokjes vormen, een tekstmozaïek dat gebaseerd is op drie meetkundige figuren: cirkel, vierkant en driehoek. De ruimtelijke structuur van het territorium, maar ook de relaties tussen de personages worden door deze figuren bepaald. Toch is het uiteindelijk een territorium van taal dat ontstaat, een geborgen zijn in taal
1981: Zijn prozateksten vertonen beide aspecten tegelijk, zij zijn muzikaal en constructivistisch, vormen een gesloten geheel. Zijn essay Woorden zijn oorden poogt het verband van het talige met het visuele en muzikale kunstwerk te verwoorden.
- Insingels’ uitgangspunten vertonen verwantschap met de geometrische abstracties van Mondriaan of Vasarely, of met de compositietechnieken in de seriële, minimale of repetitieve muziek (Stockhausen, Boulez, Philip Glass…). In de literatuur reikt de traditie van dit naar autonomie strevende schrijven tot Paul van Ostaijen en loopt via Maurice Gilliams en Ivo Michiels naar de Franse Tel Quel-groep en naar een ’tekstverwerker’ als Helmut Heissenbüttel in Duitsland.
- Insingel behoort tot de groep schrijvers die taal-materie tot taal-vorm hebben willen ’omfunctioneren’, en dat in flagrante tegenstelling tot de inheems-Vlaamse tradities.
1985- 2001: Penningmeester P.E.N.-centrum voor Vlaanderen.
1986: Publicatie van de bundel ‘Jij noemt stom wat taal is’.
1986-1990: Redacteur Literair Akkoord en Kritisch Akkoord .
1990: Publicatie van de verzamelbundel ‘In elkanders armen‘
1994: Publicatie van de bundel ‘De Druiven die te hoog hangen’
1991-2005: Docent Schrijversacademie Antwerpen.
2000: Publicatie van de bundel ‘Gezichten’ (een bibliofiele cassette met losbladige gedichten)
2003 – 2010: Werkend lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde.
2004: Zijn meest recente roman Hoe hij rolt verscheen in 2004 en werd genomineerd voor de Librisprijs.
2005: Publicatie van de bundel ‘Niets’.
2007: Twee jaar na Niets (2005) , verschijnt Iets, een bundel die niet alleen qua titel sterk lijkt op zijn voorganger, maar er ook qua thematiek bij aansluit.
- Beide bundels bestaan uit liefdesgedichten waarin Insingel voor de verlatenheid van ‘niets’ en het verlangen naar ‘iets’ woorden en een ritme zoekt. In zijn jongste twee bundels zoekt hij naar het ongrijpbare van de liefde, naar haar waarom. Insingel: ‘Het iets dat niets is, het niets dat iets is – de liefde zoals ze onmogelijk wordt als ze absoluut wil zijn, zoals ze slechts zichzelf wordt in dit absolute. En wie is uiteindelijk de minnaar, wie is de geliefde?’
- In deze twee bundels spelen, zoals in zijn vroeger werk, vorm en bladspiegel nog steeds een belangrijke rol. In Niets en Iets regeert de strak geometrische vorm die het gevolg is van een uitgepuurde inhoud. Het verschil met zijn vroeger werk is echter dat Insingel persoonlijker is geworden. Een langzame, ontwikkeling bracht hem midden de jaren negentig tot een confrontatie met zichzelf in zijn literair werk. Een confrontatie die hij tot dan toe altijd bewust had vermeden.
2015: Ter gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag werd op zaterdag 23 mei in het Gentse Poëziecentrum door Monika van Paemel een hommage gebracht aan de auteur van Perpetuum Mobile. Onder meer Bart Meuleman en Roland Jooris lazen voor. Tegelijk opende een tentoonstelling met grafisch werk van Patrick Coenye die eerder al exposeerde met grafisch werk geïnspireerd op Insingels poëzie (Onder de Plimsoll-lijn: een tentoonstelling met grafisch werk van Patrick Coenye en poëzie van Mark Insingel).
- Speciaal voor deze gelegenheid maakte Patrick Coenye tevens een leporello getiteld ‘Parallel’ met 10 gedichten en 10 litho’s die samen maar liefst 5 meter lang zijn.
Eveneens naar aanleiding van zijn tachtigste verjaardag, gaven dichter Jan H. Mysjkin en Swoon wel een heel bijzonder geschenk aan Mark Insingel. Poëzievideokunstenaar Swoon (Marc Neys) maakte een videogedicht op basis van de Franse vertaling door Mysjkin van zijn gedicht ‘Als ik de tijd dood pleeg ik’. Er werd ook een tweede, Engelse versie gemaakt met de vertaling van hetzelfde gedicht door Willem Groenewegen.
2017: Poëziecentrum te Gent bundelt alle gedichten in één bundel: Het doel is wit.
- Het doel is wit bevat alle bekende gedichten van Mark Insingel, of ze nu in zijn ‘officiële’ bundels zijn verschenen, of elders. Om de evolutie en de volledigheid van zijn oeuvre aanschouwelijk te maken, zijn ook de twee bundels met jeugdwerk- die onder de naam Mark Donckers zijn gepubliceerd – Panorama (1956) en Ons derde land (1957) in het boek opgenomen.
30 juli 2024: Overlijden van Mark Insingel op 89-jarige leeftijd.
BEKRONINGEN
- 1970: tweejaarlijkse prijs van De Vlaamse Gids voor ‘Spiegelingen’ (1968).
- 1975: ANV-Visser Neerlandia-prijs. Voor zijn hoortekst Een kring opgenomen is de bundel prozateksten Wanneer een dame een heer de hand drukt.
- 1978: Literaire prijs Dirk Martens van de stad Aalst voor de gedichtenbundel ‘Het is zo niet zo is het’
- 2004: Longlist Libris Literatuurprijs voor ‘Hoe hij rolt’
- 2005: Publieksprijs voor de beste poëziebundel met “Niets – 21 liefdesgedichten”.
- 2007: Readers’ Prize
- 2012: Provinciale Prijs voor Letterkunde 2012 van de Provincie Antwerpen voor ‘Lang leven’
MEER OVER INSINGEL
- Willem M. Roggeman, ‘Marc Insingel’ In: Beroepsgeheim 1 (1975)
- Hugo Bousset, Schrijven aan een opus. Gesprekken met 9 Vlaamse auteurs. Ivo Michiels, Daniel Robberechts, Mark Insingel, e.v.a. Amsterdam, Manteau, 1982. 1e druk. Paperpack. 207 p. Ills.
SMAAKMAKER
Zoals ik (…), (…) niemand
Uit: Het is zo niet zo is het. 1987 Zoals ik (…), (…) niemand. Zoals niemand (…), (…) ik niet. Zoals ik niet (…), (…) iedereen. Zoals iedereen (…), (…) ik niet. (Wie ik (…), (…) iedereen. Wie iedereen (…), (…) niet ik. Wie niet ik (…), (…) niemand. Wie niemand (…), (…) niet ik.)
Ze verdedigen wat ze hebben
uit: ‘De druiven die te hoog hangen’, 1994. Ze verdedigen wat ze hebben.Wat hebben ze? Ze hebben wat ze denken dat ze hebben.
Wat denken ze dat ze hebben? Ze denken dat ze hebben wat ze verdedigen.
Wat verdedigen ze? Ze verdedigen wat ze denken dat ze hebben.
Wat denken ze? Ze denken dat ze verdedigen.
Wat denken ze dat ze verdedigen? Ze denken dat ze verdedigen wat ze hebben.
Wat hebben ze dat ze verdedigen?
——————————————-
Je bent niet hier
uit: ‘Niets’, 2005.Je bent niet hier
maar ergens.
Ik ben daar niet. Al is het er,
dat ergens,
ik vind het niet. Ik vind het niet
dan ergens,
waar jij nu bent. Waar ik niet ben,
ik die alleen maar
ergens voor jou ben.
GERAADPLEEGDE BRONNEN
Websites
- DBNL auteur – Mark Insingel
- DBNL . Willem M. Roggeman, Beroepsgeheim 1
- Mark Insingel (Open Library)
- http://www.poeziecentrum.be/
- Mark Insingel – Gedichten.nl: Biografie
Referenties
- Jan Stuyck, Over het manuscript van Mark Insingels dichtbundel Drijfhout, In: Zacht Lawijd, jg 11 (2012) nr 3 pp. 67-87.
BIBLIOGRAFIE
De gegevens van deze bibliografie werden onder meer nagekeken bij
- Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience – Antwerpen.
- Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel / Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles.
- Piet Devos: Van reuzen tot dwergen. Bibliografie – Vlaamse schrijvers in de 20ste eeuw – Eerste drukken. Kortrijk, eigen beheer 2007
- POËZIECENTRUM vzw – Gent.
- Literatuur Vlaanderen Vertalingendatabank
Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klikt u op de foto.
A. Chronologisch overzicht
B. Overzicht per genre alfabetisch op titel
Poëzie
- De druiven die te hoog hangen. 1994 Haarlem: In de Knipscheer -35p.
- Drijfhout. 1963 Deurle: Colibrant -50p.
- Een kooi van licht. 1966 Deurle: Colibrant -76p.
- Gezichten. 2000 Haarlem: In de Knipscheer -63p.
- Gezwel van wortels. 1978 Amsterdam : Jimmink -71p.
- Het doel is wit. (verzamelbundel) 2017 Gent: Poëziecentrum vzw. -557p.
- Het is zo niet zo is het. 1978 Amsterdam : Jimmink -48p.
- Iets- 21 Liefdesgedichten. 2007 Gent: Poëziecentrum vzw. -27p.
- Iets & Niets. 2010 Gent: Poëziecentrum vzw. -53p.
- In elkanders armen. (verzamelde gedichten) 1990 Haarlem: In de Knipscheer -223p
- Jij noemt stom wat taal is. 1986 Haarlem: In de Knipscheer -47p.
- Lang leven. 2010 Gent: Poëziecentrum vzw. -35p.
- Modellen. 1970 Amsterdam : Meulenhoff -39p. Amsterdam : Jimmink -48p.
- Niets – 21 Liefdesgedichten.2005 Gent: Poëziecentrum vzw. -27p.
- Ons derde land. 1957 Lier: Bladen voor de Poëzie. -29p. (onder eigen naam Marc Donckers) -29p.
- Panorama. 1956 Lier: Bladen voor de poëzie. -27p. (onder eigen naam Marc Donckers)-27p.
- Perpetuum mobile. 1969 Amsterdam : Meulenhoff. -47p.
- Posters. 1974. Brugge Orion. -28p.
Bibliofiele uitgaven
- Onder de Plimsoll-lijn: een tentoonstelling met grafisch werk van Patrick Coenye en poëzie van Mark Insingel. 2014 Koksijde : Coenye.
- Parallel (poëzie – bibliofiele uitgave) 2015 Koksijde : Patrick Coenye.
Romans, verhalen
- De een en de ander. (roman) 1991 Haarlem: In de Knipscheer -104p.
- Een getergde jager. (verhalen) 1966 Amsterdam : Meulenhoff -160p.
- Een tijdsverloop. (roman) 1970 Amsterdam : Meulenhoff -143p.
- Eenzaam lichaam. (roman) 1996 Haarlem: In de Knipscheer -121p.
- Hoe hij rolt. (roman) 2004 Amsterdam: Meulenhoff, -160p.
- Spiegelingen. (roman) 1968 Amsterdam : Meulenhoff -128p.
Experimenteel proza
- Dat wil zeggen. 1975 ‘s-Gravenhage : Nijgh & Van Ditmar. -83p.
- Een meisje nam de tram. 1983 Haarlem: In de Knipscheer -111p.
- Mijn territorium. 1980 Haarlem: In de Knipscheer -116p
Hoorspelen
- Een mooie vrouw. 1978 s.l. s.n. -20p.
- Wanneer een dame een heer de hand drukt. 1975 Amsterdam: Malpertuis -95p.
Essays
- Woorden zijn oorden. 1981 Haarlem: In de Knipscheer -120p.
VERTALINGEN VAN HET WERK VAN MARK INSINGEL
DUITS
- 1977: Spiegelungen. Duits / vert. uit het Nederlands door Jürgen Hillner. Wiesbaden; München: Limes Verlag. Fictie, gebonden. Oorspronkelijke titel: Spiegelingen. Amsterdam: J.M. Meulenhoff, 1968.
- 1982: Mein Territorium; Mit gehobenem Kopf. Duits / vert. uit het Nederlands door Werner Dürrson, Klaus Konjetzky, Walter Neumann. Bremerhaven: NW Verlag (Edition Die Horen; 2). In: Grenzüberschreitungen, oder Literatur und Wirklichkeit: Vorträge, Lyrik, Prosa und Übersetzungen von 35 Autoren aus 13 Ländern, Fictie, paperback. Oorspronkelijke titel: Mijn territorium. Haarlem: In de Knipscheer, 1980. red. Walter Neumann.
ENGELS
- 1971: Reflections. Engels / vert. uit het Nederlands door Adrienne Dixon. Uitgever: Calder and Boyars, London. Fictie, gebonden. Oorspronkelijke titel: Spiegelingen. Amsterdam: J.M. Meulenhoff, 1968.
- 1972: Reflections. Engels / vert. uit het Nederlands door Adrienne Dixon. Uitgever: Red Dust, New York. Fictie, gebonden. Oorspronkelijke titel: Spiegelingen. Amsterdam: J.M. Meulenhoff, 1968.
- 1977: A course of time. Engels / vert. uit het Nederlands door Adrienne Dixon. Uitgever: Red Dust, New York. Fictie, gebonden. Oorspronkelijke titel: Een tijdsverloop. Amsterdam: J.M. Meulenhoff, 1970.
- 1982: When a lady shakes hands with a gentleman. Engels / vert. uit het Nederlands door Adrienne Dixon. Uitgever: Red Dust, New York. Fictie, Oorspronkelijke titel: Wanneer een dame een heer de hand drukt. 1975.
- 1986: That is to say. Engels / vert. uit het Nederlands door Theo Hermans. In: Prospice, nr.18 (1986), p.28-58. Fictie, Vert. van Dat wil zeggen. Brugge: Sonneville, 1974.
- 1986: That is to say. Engels / vert. uit het Nederlands door Theo Hermans. Uitgever: Johnston Green, Leek (UK). Fictie, Vert. van Dat wil zeggen. Brugge: Sonneville, 1974.
- 1987: My territory. Engels / vert. uit het Nederlands door Adrienne Dixon. Uitgever: Red Dust, New York. Fictie, paperback. Oorspronkelijke titel: Mijn territorium. Haarlem, Amsterdam: In de Knipscheer, 1980.
- 1988: Tumor of roots. Engels / vertaling uit het Nederlands door … Uitgever: Johnston Green, Leek (UK). Fictie, paperback. Vert. van Gezwel van wortels. Amsterdam: Jimmink Amsterdam, 1978.