home | Inloggen
Aantal schrijvers: 594 | Aantal boeken:

19.538

 

 

Jespers, Henry-Floris

Maakt deel uit van:

Henri-Floris Jespers

Etterbeek, 6 oktober 1944 – Antwerpen, 9 april 2017

Henri-Floris Jespers is van vele markten thuis.
Hij publiceerde dichtbundels, prozaboeken, monografieën, literaire essays.

Kleinzoon van de expressionistische schilder Floris Jespers.
Aan het begin van zijn literaire carrière schrijft hij voornamelijk Franstalige poëzie.
Redacteur en uitgever van literaire tijdschriften zoals De Tafelronde (1964-1981), het Nieuw Vlaams Tijdschrift (1972-’83) en Diogenes.
Stichter (1962) van de bibliofiele Uitgeverij MONAS te Antwerpen.
In de jaren zeventig maakte hij deel uit van het Pink Poet-collectief, een besloten genootschap van kunstenaars en intellectuelen, gesticht door Patrick Conrad en Nic van Bruggen.
Het was Jespers die met zijn essay Maniërisme en moderne sensibiliteit in 1967 een soort van beginselverklaring neerschreef voor de Pink Poets.
In 1981 wordt hij voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen, waarvan hij tenslotte tot erevoorzitter wordt benoemd. Als voorzitter van de Diamanten Kogel verkoos hij elk jaar (sinds 2002) mee de beste thriller-auteur.
Was in de jaren ’80 perschef op het  Kabinet Gemeenschapsminister van Financiën en Begroting Hugo Schiltz..
De laatste jaren van zijn leven schreef Jespers vooral voor de blog Mededelingen van het Centrum voor Documentatie en Reëvaluatie.
Geldt als erudiet expert van de literaire geschiedenis van het interbellum en als schatbewaarder van de oeuvres van Paul van Ostaijen, Gaston Burssens, Karel Jonckheere, Gust Gils en Hugues C. Pernath.

 

BIOGRAFIE

6 oktober 1944: Geboren te Etterbeek

  • Hij is de kleinzoon van de expressionistische schilder Floris Jespers (1889-1965).

1961: Als 17-jarige scholier aan het Koninklijk Atheneum van Berchem, richt hij samen met enkele anderen het tijdschriftje ‘Monas’ op.

  • ‘Monas’ – een Grieks woord dat ‘een(heid) of ‘Enige’ – brengt in zijn eerste jaargang hoofdzakelijk politiek getinte bijdragen.
  • Vanaf de 2de jaargang wordt het een literair tijdschrift. Er verschijnen 3 nummers in 2 afleveringen respectievelijk in september 1962 en januari 1963. Men kan er artikels in lezen over o a Gust Gils, Hugo Claus, Hugues C. Pernath en Werner Spillemaeckers. Verder een interview met Ivo Michiels. Ook vindt men er een Frans stukje over de ‘remarquable poète’ Angèle Vannier (1917-1980). Van de 27 bijdragen schreef Jespers er 13.

1962: Stichter van de bibliofiele Uitgeverij MONAS te Antwerpen, waarin in mei 1963 de debuutbundel van Patrick Conrad Cezar en Jezebel verschijnt.

  • Patrick Conrad had hij leren kennen op de schoolbanken van het Atheneum te Berchem. Jespers die zijn 2de jaar moest overdoen kwam zo in het schooljaar 1958-1959 terecht in dezelfde klas van Conrad. Ze zaten samen op school tot oktober 1962, toen Conrad voor zijn laatste jaar Latijn-Wiskunde naar het Atheneum van Hoboken verhuisde. Jespers ploeterde nog enige jaren voort. Ondanks zijn immense (buitenschoolse) kennis moest hij 3 leerjaren overdoen. Na het vijfde jaar – in juni 1964 – hield hij het definitief voor bekeken.

1963: In de tweede Monas-uitgave bundelde Jespers zijn eigen Franstalige gedichten onder de titel Textes, Poèmes Patrick Conrad ontwierp de omslag en zorgde ook voor originele illustraties in tien luxe-exemplaren, die 500 frs. Kosten. De gewone editie kreeg een prijslabel mee van 120 frs.

Jespers publiceert nog een tweede [laatste] Franstalige poëziebundel in 1967: Comme une aile qui se brise. 

1964-1981: Redacteur en uitgever van het tijdschrift De Tafelronde.

  • Met zijn bijdragen en zijn activiteiten in en rond het tijdschrift De Tafelronde heeft hij de doorbraak van de experimentele poëzie sterk bevorderd. In zijn werk ondergaat hij vooral invloed van Paul van Ostaijen.

Juli 1966: Wordt officieel aangesteld als literair-adviseur van Uitgeverij DE GALGE.

  • De Galge was in 1964 opgericht door graficus Jan Verhaert en journalist Johan Sonneville. Onder impuls van Sonneville gaf de uitgeverij progressieve, maatschappijkritische literatuur uit van overwegend jonge auteurs. Zo was er de gedurfde reeks Galgeboekjes waar er in 1965 een zestal van verschenen, geschreven door overwegend redacteuren bij het recalcitrante, maatschappijkritische en onconventionele tijdschrift Bok: met name  Herwig Leus, Hedwig Speliers en Julien Weverbergh,  Ook de uitgave van de  zwarte ‘nieuwe’ Yang, het tijdschrift – met een zwarte omslag en geredigeerd door Jan Emiel Daele – kunnen ze op hun palmares schrijven.
  • 1965: Sonneville verlaat De Galge wegens onenigheid met zijn compagnon. Henri-Floris Jespers neemt de aandelen over en neemt vervolgens in 1966 zijn positie in.

1967:  In het essay ‘Maniërisme en moderne sensibiliteit’  (gepubliceerd in Conrads dichtbundel mercantile marine engineering (1967, pp 123-147), pleit Jespers voor een Vlaams maniërisme en dandyisme in de traditie van Paul Van Ostaijen en Maurice Gilliams dat streeft naar een tijdloos en verfijnd estheticisme in de kunst.

  • Toen Patrick Conrad en Nic van Bruggen in 1972 het Antwerpse dichterscollectief “Pink Poets” oprichtten was dat onder meer met het kritisch essay van Jespers in gedachten. Het essay was dan ook een soort programma of beginselverklaring.
  • Henri Floris zelf was lid van de Pink Poets vanaf het eerste uur en zal hun werk verdedigen en toelichten in tal van essays en inleidingen.

1972-1983: Redacteur van het Nieuw Vlaams Tijdschrift.

  • In november 1977 verscheen t.g.v. het eerste lustrum van Pink Poets het zgn Pink Poets-nummer (Nieuw Vlaams Tijdschrift, jg. 30/9) met o.a. een verslag van Pernath over de opname van Hugo Claus’ film De Vijanden, Soldatenbrieven van Snoek, ‘Litanie’ en ‘een dagboek van een pink poet’ fragment van van Bruggen, enz., enz.

1972-1975: Naast dit alles is hij ook nog docent aan de Erasmushogeschool.

Experimentele poëzie en het experimenteel proza, we vinden het ook terug in zijn eigen werk

  • In zijn prozatrilogie Toekomstig en onafwendbaar herdenkingsceremonieel (1974), Geen seizoenen als vroeger (1976) en Het ritselen van vleugels (1979) vermengt Jespers allerlei prozagenres en speelt hij een subtiel spel met taal. In dit proza toont hij zich beïnvloed door Maurice Gilliams, die hij bewonderde.

1975: Volgt Hugues C.  Pernath op – na diens tragische dood op de trappen van de privé-club Vécu, waar hij net een bijeenkomst van de Pink Poets had voorgezeten – als leider van het genootschap Pink Poets.

1976: Bezorgt de Nagelaten gedichten van Hugues C. Pernath en in 1980 diens Verzameld werk.

1980 -1987: Hoofdredacteur van Vlaanderen Morgen

  • Vlaanderen Morgen was een driemaandelijks tijdschrift gegroeid uit de politieke denktank Werkgemeenschap Vlaanderen Morgen dat in 1979 was opgericht op initiatief van Hugo Schilz.
  • Redactioneel vinden we er enkele ‘vaste’ rubrieken in terug, waaronder die van Candide – waarachter vermoedelijk Jespers schuilgaat – (1980-1987)
  • Begin 1987 werd het hoofdredacteurschap van Jespers opgeheven

1981 – 1988:  Voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen, waar hij op het einde van zijn voorzitterschap in 1988 benoemd wordt tot erevoorzitter.

1982 – 1985: Perschef op het  Kabinet Gemeenschapsminister van Financiën en Begroting Hugo Schiltz

1984:  Lid van de hoofdredactie van het tijdschrift Diogenes.

  • Toen het Nieuw Vlaams Tijdschrift in 1983 ophield te bestaan, gingen verscheidene redacteuren elk hun eigen weg op. Hoofdredacteur Paul de Wispelaere trad toe tot de redactie van het pas opgerichte Nieuw Wereldtijdschrift (met Herman de Coninck en Piet Piryns). Een groep van zes redacteuren, Georges Adé, Marcel Coole, Henri-Floris Jespers, Hubert Lampo, Ivo Michiels en Erik van Ruysbeek richtte eveneens een nieuw tijdschrift op: Diogenes.
  • Een literair blad dat aanspraak wilde maken op subsidie van de Vlaamse overheid moest een eigen nestgeur hebben. ‘Diogenes‘ hoorde bij de Volksunie en ‘het Nieuw Wereldtijdschrift’ werd gezalfd door de socialisten.

1993: Jespers herinneringen aan Frans-Belgische schrijvers verschijnen in Genealogie van de herinnering. Ze bevatten profielen van de Waalse schrijvers Egide Straven, Emma Lambotte, Paul Neuhuys, Marcel Lecomte, E.L.T. Mesens, Marie Gevers en Roger Avermaete.

2000:  Oprichting van de Fondation Ça Ira, door de tweelingzonen van Paul Neuhuys, Luc en Thierry, samen met Henri-Floris Jespers. De stichting heeft zich ten doel gesteld het onderzoek naar de historische avant-garde, en Ça Ira in het bijzonder, te stimuleren en de resultaten ervan te publiceren in annalen en een tijdschriftje.

Beheerder van een blog Le blog de CDR-Mededelingen, Een aanrader waarop altijd wel iets interessants op te vinden is.

  • Jespers stuurt eigenlijk twee literaire sites aan – enerzijds de Nederlandstalige Mededelingen van het Centrum voor Documentatie & Reëvaluatie en anderzijds het Franstalige ça ira . Op beide sites focust hij op de hedendaagse Vlaamse en Franstalige Belgische literatuur met een boontje voor zijn eigen dada: de avant-garde literatuur in België uit het begin van de 20ste eeuw.

2002: Het Genootschap van Vlaamse Misdaadauteurs (GVM) samen met Bob Mendes en Henri-Floris Jespers nemen het initiatief tot het uitreiken van een jaarlijkse literatuurprijs voor het beste spannende, oorspronkelijk Nederlandstalige thrillerboek uit Vlaanderen: De Diamanten Kogel.

  • De Diamantenkogel bestond uit een zilveren boksbeugel bezet met vier diamanten naar een ontwerp van Wim Delvoye.

In mei 2017, kort na het overlijden van toenmalig juryvoorzitter Jespers, kondigt de VZW De Diamanten Kogel officieel het einde aan van deze boekenprijs. Er werden zo’n 15 boeken bekroond.

2005-2012: Jespers schrijft of redigeert verschillende boeken over het thrillergenre: Een monografie over Bob Mendes. Meester in misdaad. (2005), een bundel essays De Diamanten Kogel, 2002-2006. (2006) door hem mee samengesteld en met een bijdrage, Thriller versus roman (2008) neerslag van een colloquium en  Ruw & hard, geslepen & begeerlijk. 10 jaar briljante misdaadliteratuur in al haar facetten (2012), een bundel essays over de laureaten van De Diamanten Kogel.

9 april 2017:  Overlijdt thuis na een moedige strijd tegen longemfyseem.

  • Henri Floris Jespers laat in de Marialei 40 – de voormalig kunstenaarswoning en atelier van zijn grootvader, ontworpen door Léon Stynen, waar hij meer dan 30 jaar woonde –  een archief na van meer dan 15.000 boeken, essays, poëziebundels en correspondentie. Wat er met die nalatenschap gaat gebeuren is nog niet meteen duidelijk. “Hij wilde graag dat de collectie naar het Letterenhuis zou gaan, maar die wens werd waarschijnlijk nooit op papier gezet.” Het Letterenhuis wacht af wat de wettelijke erfgenamen, enkele nichten die in Zwitserland wonen, beslissen.

Epiloog

6 oktober 2018: Op het Schoonselhof (perk N) wordt het grafmonument voor Henri-Floris Jespers onthuld. Het is een werk van Renaat Ramon en Jan Scheirs.

Meer over Henri-Floris Jespers

  • F. Auwera, ‘Henri-Floris Jespers’, interview in: Geen daden maar woorden (1970), p. 13-20;
  • H. Brems, ‘Eentonige oefentochten naar de blankheid dezer bladzijden’, in: Dietsche Warande & Belfort 119 (1974) 8, p. 662-664;
  • F. Auwera, ‘Henri-Floris Jespers’, interview in: Engagement of escapisme (1985), p. 79-86;
  • M. Andries, ‘Henri-Floris Jespers. De Antwerpenaar geldt als bovenmatig chauvinist’, in: Kamers voor lezers (1985), p. 15-18;
  • H.-F. Jespers, ‘De dichter behoort tot een minderheid in ballingschap’, in: ‘Het verdronken land’, speciaal nummer van Gierik 20 (2002) 75, p. 43-55.

GERAADPLEEGDE BRONNEN

Websites

Referenties

  • Manu van der Aa, Van Cezar en Jezebel tot een onleesbaar boek van Paul Ibou Henri-Floris Jespers en de uitgeverij Monas, in: Zacht Lawijd 2022, Vol. 21 N° 1-2, pp 2-14.

SMAAKMAKER

Silence des gars

Uit: Textes (1963)
 
Rumeurs aux carrefours, rumeurs des grandes ruïnes, ton front dorien,
attique ton pas, et la mer en bas, roule ses debris, de naufrage à tous
les quais, d’un soir.
 
(Et toi, dans ta nuit,  ta course folle vers l’arrêt des mots, la syncope
du songe, et moi, obscure dans l’éclat, porté par les eaux-mères du jour,
je ceuille les crevaisons d’un siècle.)
 
(Dans l’éclat d’un people, les rêves en marge des grandes tables de
conference, se profilent aux espaces les ruïnes insensées d’un grand
rêve de puissance, délabrées aux fulées des guerres, délavées par les
pluies d’un soir: coquillages en délire.)
 
Et l’aigle du soir piqué à tire d’aile sur toute l’aire offerte d’une gare
en détresse.
 
Il nous faut brûler les grammaires, abandoner le sel de l’atticisme,
écarteler à bout de promontoire les grandes figures chiliastiques, tuer la
sémantique aux tambour de l’aube, crever l’emphase aux images du
songe, cerner la mort des crépuscules passés, buriner un nouveau théâ-
tre aux grandes pierres du drame, revoir la fonte des mots aux silences
du siècle.
 
Les structures mortes ornent les grèves du jour, mais encore à midi: vin
nouveau aux splendeurs de la langue.

 

Ik heb je liefgehad als Alcohol

Uit: De tijd van een vreemdeling (1967)
 
Ik heb je liefgehad als Alcohol
Tabak, de verslavende werking
van vrienden, een weifelende
vervoering van weelderigheid.
En met de sprakeloze, slapeloze
plaag van mijn onmacht
versier je toch zo graag in mijn nacht
de gebaren van je pracht.
Wat blijft er na zoveel waken
dan nacht en nevel over de daken ?
Waar ben je nu, Gebalsemde,
in de slaapdoos van mijn herinnering ?
Mijn vrienden hebben sterren op hun voorhoofd
en een hart vol geurige kwelling
Ik, ik wordt getergd door het licht.

 

De imperiale gedachte verkwijnt

Uit: De imperiale gedachte. (1977)
 
De imperiale gedachte verkwijnt.
Bij valavond beruiken de bliksems
De ruisende adelaars. Hees in de rimpels
Der banieren: een toornige taal.
 
De maan verbleekt bij het zwarte
Bloed der rivieren. Zwijgzaamheid,
Keizerlijke beknoptheid, loze
Vluchten van purper en vleugels
 
Ik trek mijn mantel over het eenzaam
Hoofd in een kale, kille kamer.
Het doffe gehamer van het bloed.
Het lauwe gestamel van een lichaam.
 

BIBLIOGRAFIE

Woordje vooraf

  • De bibliografie werd onderverdeeld in vier rubrieken:
    1. Chronologisch overzicht van zijn scheppend werk –
    2. Andere publicaties in boekvorm
    3. selectie uit artikels in tijdschriften.

De gegevens van deze bibliografie werden onder meer nagekeken bij

  • Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience – Antwerpen.
  • Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel / Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles.
  • Piet Devos: Van reuzen tot dwergen. Bibliografie – Vlaamse schrijvers in de 20ste eeuw – Eerste drukken. Kortrijk, eigen beheer 2007
  • POËZIECENTRUM vzw – Gent

Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klikt u op de foto.

1. Chronologisch overzicht van scheppend werk

Jaar Titel Fotogalerij  Uitgever 1ste druk
1963 Textes, Poèmes. (dichtbundel)

Patrick Conrad ontwierp de omslag en zorgde ook voor originele illustraties in tien luxe-exemplaren, die 500 frs. Kosten. De gewone editie kreeg een prijslabel mee van 120 frs.

Anvers : Editions “monas”. -75p.
1967 Comme une aile qui se brise. (dichtbundel). Anvers : Editions “monas”. -74p.

Oplage 220 exemplaren waarvan 10 Romeins genummerd met een handschrift en een originele tekening van Patrick Conrad.

1967 ‘Maniërisme en moderne sensibiliteit’ (essay) In:  Mercantile marine engineering, een dichtbundel van Patrick Conrad. Boek 19 van de Galgeboekjes uitgegeven door Uitgeverij De Galge. (pp 123-147).
Omslagontwerp Patrick Conrad.
1974 Toekomstig en onafwendbaar herdenkingsceremonieel I. (monografie)

1972: eerder (fragmentarisch) verschenen in « Nieuw Vlaams Tijdschrift » jg.25 Nrs.1-2 ‘pp.11-37) & jan.-febr. 1972 Nrs.1 & 2 (pp 164-177) onder de titel ‘Fragmenten en tekstverklaringen uit een toekomstig en onafwendbaar herdenkingsceremonieel’.
1979: Opgenomen in ‘Ritselen van Vleugels’.

Antwerpen: Walter Soethoudt (Perenstraat 15, 2000 Antwerpen). -86p.

Afmetingen: 19.25 x 12.50 (gebonden in simili lederen kaft)
Colofon: In het voorjaar 1974 werd dit boek gedrukt: 26 door de auteur gesigneerde exemplaren op Olifantenhuid Luxe Perkament wit. Deze exemplaren zijn gemerkt van A tot Z en werden nominatief voor de intekenaar gedrukt. 26 exemplaren werden gedrukt op op Olifantenhuid Luxe Perkament kreem. En genummerd van HCI tot HCXXVI, niet in de handel.
575 exemplaren op houtvrij editiepapier van de Papeteries De Virginal N.V. genummerd van 1 tot 575.

1976 De tijd van een vreemdeling. (dichtbundel)

Omslagontwerp naar een tekening van Albert Szukalsky.

Op de titelpagina werd de titel met de hand aangepast ‘deze tijd van een vreemdeling’.
Druk, typografie en lay-out werden verzorgd door Tony Rombouts met behulp van een Original F.M. Weiler’s Liberty National 2 degelpers met pedaalaandrijving.
1976: De tweede druk werd uitgevoerd op wit houtvrij register 125 g , gelijmd in een omslag samengesteld uit Malmo zwart en hoogglanzend metallicum, naar een ontwerp van Albert Szukalski pp.

Antwerpen: Uitgaven Contramine. -33p.

Afmetingen: 27 x 18 (gebrocheerd)
Reeks: Contramine uitgaven. Poëziereeks nr 15
Colofon: De dichtbundel “De tijd van een vreemdeling” van Henri-Floris Jespers verscheen in de maand mei 1976, als 15de nummer in de poëziereeks  van de uitgaven Contramine vzw.
De tekst werd gezet uit de 12 punts letter cursief Mediaeval en gedrukt op Steinbach 200 g.
De oplage bestaat uit:  -3 exemplaren genoemd naar de gezelinnen van Venus, Aglaja, Euphrosyne en Thalia, de drie gratiën, ingebonden in zwart leder en gepresenteerd met een handvervaardigde zilverreliëfvorm van Albert Szukalski pp.
-12 exemplaren genoemd naar de namen van de maanden, gepresenteerd als vorige.
-26 exemplaren, genummerd van A tot Z op losse bladen in een kaft van Venetiaans blauw naar een ontwerp van Albert Szukalski pp; alle exemplaren werden gesigneerd door de medewerkers.
-4 exemplaren genoemd naar de 4 evangelisten Marcus, Lucas Mattheus en Johannes, gepresenteerd als voorgaande.

1976 Geen seizoenen als vroeger: toekomstig en onafwendbaar herdenkingsceremonieel II;

1979: Opgenomen in ‘Ritselen van Vleugels’.

Antwerpen:Walter Soethoudt (Perenstraat 15, 2000 Antwerpen). -86p.

Afmetingen; 19 x 12.50 (gebonden met kaft van similileer)
Colofon: In december werden van dit boek gedrukt: 26 door de auteur gesigneerde exemplaren op Vélin d’Arches, gemerkt van A tot Z.
601 exemplaren op houtvrij editiepapier van de Papeteries De Virginal N.V. genummerd van 1 tot 601.

1977 De imperiale gedachte. (dichtbundel)

Druk, typografie en lay-out werden verzorgd door Tony Rombouts met behulp van een Original F.M. Weiler’s Liberty National 2 degelpers met pedaalaandrijving.
De gedichten werden gezet uit een 12 punt vet Mediaeval en gedrukt op Register 125 g.
Na het colofon werd een lijst ingevoegd met alle personen die een exemplaar van deze publicatie hebben ontvangen

Antwerpen: Uitgaven Contramine. -19p.

Afmetingen: 27 x 18 (gebrocheerd)
Reeks: Contramine uitgaven. Poëziereeks nr 19.
Colofon:
“De imperiale gedachte”, een gedicht  van Henri-Floris Jespers pp met een kaftontwerp van Patrick Conrad pp, verscheen op 16 juni 1977 als privé-druk en 19de nummer in de poëziereeks van de Uitgaven Contramine vzw.
De originele editie van deze uitgave bestaat uit 75 ex. die strikt buiten de handel werden gehouden. Al deze ex. werden op naam gedrukt en gesigneerd door de medewerkers.

1978 Het bed van Procrustes: schetsen en verkenningen. (essays)

Omslagfoto: G. Dauphin.
Bevat een verzameling korte analyses van het werk van merendeels na-oorlogse Vlaamse romanciers en dichters en enige Franse en Engelse auteurs.
1982: 2de druk bij Soethoudt te Antwerpen.

Antwerpen: Walter Soethoudt. -250p.

Afmetingen: 21 x 14.25 (paperback)
Gedrukt in België.

1979 Het ritselen van vleugels. (proza)

Omslag Lode Tibos.
Photosetting: Soethoudt

Antwerpen: Walter Soethoudt. -196p.

Afmetingen: 20 x 13 (paperback)
Colofon: ‘Het ritselen van vleugels’ waarin opgenomen ‘Toekomstig en onafwendbaar herdenkingsceremonieel’ (1974), bekroond met de Prijs van de Provincie Antwerpen 1977, en ‘Geen seizoenen als vroeger’ (1976), verscheen in het najaar 1979.

1980 De wetten van de verdrukking.(dichtbundel)

Bevat de cycli: De terger die in deze kamers floot; De razernij der dagen.

Druk, typografie en lay-out werden verzorgd door Tony Rombouts met behulp van een Original F.M. Weiler’s Liberty National 2 degelpers met pedaalaandrijving.
1981: 2de druk bij Corrie Zelen, Maasbree.

Antwerpen: Contramine. -51p.

Afmetingen:26.70 x 16.80
Reeks: poëziereeks nr 34.
Colofon: “De wetten van de verdrukking”, een dichtbundel van Henri-Floris Jespers pp met frontispice van Patrick Conrad pp, verscheen in de maand december 1980 als 34ste nummer in de poëziereeks van de Uitgaven Contramine vzw in België verspreid door Uitgeverij Contact in Nederland door Uitgeverij Corrie Zelen.
De gedichten werden gezet uit een 12 punts letter Mediaeval.
De oplage bestaat uit: – 20 luxe-exemplaren, gedrukt op Malmero nimbusgrijs 145g Romeins genummerd, gesigneerd door de medewerkers, bevattende in bijlage een gedicht in het handschrift van de auteur. – 500 exemplaren gedrukt op Flash print wit 135 g arabisch genummerd.

1982 Tussen zweefvlucht & zwaartekracht. (essays – literaire kritiek)

Vormgeving: Herbert Binneweg.
1983: Opgenomen in de bundel ‘De boog van Ulysses’ (pp 135-144)

Antwerpen: Uitgeverij & Vondel. -34p.

Afmetingen: 21 x 13 (ingenaaid – papieren omslag)
Colofon: ‘Tussen zweefvlucht & zwaartekracht’ door Henri-Floris Jespers werd in opdracht van & Vondel vzw gezet in Garamond door Grafikon te Brugge, en werd in maart 1982 te Antwerpen gedrukt op de persen van Roels n.v.
De totale oplage bedraagt 500 exemplaren door de auteur gesigneerd en genummerd van 1 tot 500

1983 De boog van Ulysses. (essays over letterkunde)

Omslag: Studio Soethoudt

Antwerpen: Soethoudt & Co NV. -204p.

Afmetingen: 20 x 13 (paperback)
Reeks: Soethoudt essay
Gedrukt in België

2. Andere publicaties in boekvorm

Jaar Titel Fotogalerij Uitgeverij 1ste druk
1965 Floris Jespers: Hommages.

Jespers’ eerbetoon aan zijn op 16 april overleden grootvader.
Bevat teksten van hemzelf; kunstcriticus Paul Vaucaire en Sylvain Maes.
10 zwart-wit reproducties van schilderijen van Floris Jespers en een facsimilé van een handschrift van Paul Van Ostaijen.

Anvers : Editions “monas”. -42p.

Reeks: Monas-reeks nr. 6. Nederlands en Franstalig.
Oplage: 11 genummerde en een onbekend aantal ongenummerde exemplaren.

1967 Paul van Ostaijen. (essay)

Auteurs: Paul de Vree & Henri-Floris Jaspers.
Bevat: ‘Paul van Ostaijen en het dadaïsme’ door P. de Vree; ‘Notities rond en om Paul van Ostaijen’ door H.F. Jespers . Bibliografie van Paul van Ostaijen. Bio-bibliografie door Mynona en Paul Scheerbart.

Brugge: Uitgave De Galge. -256p.

Reeks: Galgeboekje. – vol. 14

1975 Reële waarde van de emancipatie van de vrouw. (essay)

Auteurs:  Henri-Floris Jespers, [e. a.], met nawoord van Rika De Backer

Antwerpen: Pink Editions & Productions. -70p.
1976 Porphyrogenetoi. ((bibliofiel “artist book”)

Tekst door Henri-Floris Jespers bij originele serigrafie in 6 kleuren van Guy Vandenbranden.  (1 losse plaat van  70 x 50 cm,  gedateerd 1976, met potlood getekend en met opdracht aan de achterkant).

Antwerpen:  Antwerpse Lithografische Bibliotheek.

Oplage van 90 ex. Genummerd .
In farde met tekstblad.

1977 Paul de Vree. (monografie) Antwerpen/Amsterdam: Uitgeverij  De Nederlandsche boekhandel. -52 p.

Reeks: Monografieën over Vlaamse letterkunde nr 58.
Afmetingen: 22.20 x 13.10 (ingenaaid – harde kartonnen kaft)

1980 Hugues C. Pernath. Verzameld werk . (bloemlezing)

Bijeengebracht door Henri-Floris Jespers.
Bevat: Soldatenbrieven; Instrumentarium voor een winter; Mijn gegeven woord; Mijn tegenstem; De nacht; Verspreide en onuitgegeven gedichten en prozateksten; Vertalingen.

Antwerpen: Pink Editions & Productions. -413p.
1981 Paul van Ostaijens relatie tot het plastische werk en de kunstopvattingen van Floris en Oscar Jespers. Brussel: BRT -47p.

Titel varieert: Openbaar kunstbezit. Paul van Ostaijen en de beeldende kunsten.

1987 Een rooksein uit het Paradijs. (monografie over Lambert Jagenau)

Illustratie omslag: Frank-Ivo Van Damme Portret van Lambert Jageneau door Frank-Ivo Van Damme.

Antwerpen: The Private Press. -32p.

Afmetingen: 20.50 x 12.50 (paperback)
Oplage 200 genummerde exemplaren.

1987 J.L. De Belder: wereldvreemd zanger van verdroomde poëzie. (essay)

Auteurs: Gaston Durnez, Henri-Floris Jespers & J.L. De Belder.
Verschenen ter gelegenheid van de definitieve uitgave van de verzamelde gedichten van J.L. de Belder op 24 oktober 1987.
Bevat: ‘Echte poëzie moet uw leven veranderen’ door Gaston Durnez (eerder verschenen in De Standaard van 3 september 1970); ‘Herfstige aantekeningen voor een laat portret’ door Henri-Floris Jespers; Achter het woord door J.L. de Belder. (eerder verschenen in De Nieuwe van 8 januari 1965).

Lier: Nioba Uitgevers. -36p.

Oplage van 500 exemplaren.

1989 Floris Jespers en de Gay Twenties. (monografie) Antwerpen: The Private Press / Deus ex machina. -131p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
Colofon: ‘Floris Jespers en de Gay Twenties’ van Henri-Floris Jespers werd in het naj aar 1989 gezet uit de Palatino door Peter de Greef.

De oplage bestaat uit: 12 exemplaren voorbehouden aan de auteur, gedrukt op Director, gevergeerd, 100 grms., zandkleurig editiepapier en gemerkt van I tot L.
25 exemplaren gedrukt op Director, gevergeerd, 100 grms., zandkleurig editiepapier en genummerd van I tot XXV, voorbehouden aan Quintus.
1
50 exemplaren gedrukt op Director, gevergeerd, 100 grms., zandkleurig editiepapier en genummerd van 1 tot 150. Deze exemplaren onder imprint The Private Press zijn alle gesigneerd door de auteur en verlucht met een portret van zijn hand (1954) van Floris Jespers en vormen de originele editie die, dank zij de steun van enkele liefhebbers niet in de handel komt.
150 exemplaren op 120 grms, offsetpapier & genummerd van 151 tot 300 werden gedrukt onder imprint Deus ex Machina.

1991 Adjugé.

Adjugé, een documentaire over de beeldende kunsten in het België van de jaren 20-30 van Henri-Floris Jespers.
Omslag: foto samenkomst van de groep Sélection op 20 juni 1926 in de tuin van villa Malpertuis te Afsnee, met Marc Chagal als eregast

Antwerpen: Gerd Segers. -44p.

Afmetingen: 25.50 x 20  (gebrocheerd)
Speciaal nr. van Revolver 18e jaargang nr. 1-2.

1993 Genealogie van de herinnering. (bundel essays)

Omslagontwerp: Peter de Greef.
Foto auteur: Renaud.
Inhoud:
Hoofdstuk I: De eerste tovenaar.
Hoofdstuk Il: Een geur van Belle Epoque.
Hoofdstuk III: Paul Neuhuys of De glimlach van Dada.
Hoofdstuk IV: De stem van de vogelaar of Het afscheid van de literatuur.
Hoofdstuk V: E.L.T. Mesens of De weemoedige ernst van een zondagskind.
Hoofdstuk VI: Diafragmeren.
Enkele bronnen. / Register.
1993: De tweede druk verscheen onder imprint Fantom.

Antwerpen: The Private Press. -111p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
Colofon: De eerste druk van ‘Genealogie van de herinnering’ verscheen in mei 1993 in opdracht van The Private Press te Antwerpen. De oplage bedroeg 300 genummerde exemplaren niet in de handel.
Zetwerk en omslagtypografie werden verzorgd door Intertext, Antwerpen.

1994 Artis amore. Leven en werken van Lambert Jageneau. (monografie)

Gelijktijdig verscheen een map, bevattende zeven onuitgegeven sonnetten uit het Lichtboek van Lilith van Lambert Jageneau gekalligrafeerd door Joke van den Brandt. & Een originele kopergravure van Frank-Ivo Van Damme op de handpers gedrukt door Marieken van Damme.
De oplage bedraagt 120 genummerde en gesigneerde exemplaren 26 exemplaren gemerkt van A tot Z & Enkele opgehoogd en verrijkte exemplaren voor de medewerkers.

Antwerpen: The Private Press. -144p.

Afmetingen: 20 x 12.40 (paperback)
Colofon: Artis Amore. Leven en werken van Lambert Jageneau werd in juni 1994 door Intertext gezet in de garamond corp 10, en gedrukt op editiepapier 90 gr in opdracht van Joke van den Brandt en The Private Press.
De oplage werd beperkt tot 350 exemplaren, waarvan 150 genummerd en gesigneerd. De uitgave werd mogelijk gemaakt door de oinzet van enkele bibliofielen en komt niet in de handel.

1995 Youri Demeure, 1946-1949. (monografie) Antwerpen: Zethos. -60p.

Franse en Nederlandse tekst

1996 Mijn luie luipaard: Emmeke Clement en Paul van Ostaijen. (bibliofiele editie)

Met een inleiding van Henri-Floris Jespers; gesigneerde en genummerde ets van Wilfried Pas, gedrukt door Roger Van Akeleyen; 16 foto’s uit het archief van de familie Clement-Pringsheim, alle met de hand van de originele documenten gereproduceerd door Dimitry Pas, Verder, documenten  en facsimile’s van handschriften van Paul Van Ostaijen.
Ex. VII/ XII, bevattende drie etsen van Wilfried Pas, elk afzonderlijk genummerd en gesigneerd. Getekend in het colofon door Henri-Floris Jespers en Dimitry Pas.

Antwerpen: Jef Meert.

Afmetingen: 28 x 8 cm
Originele geïllustreerde en goudbedrukte,  Bordeaux linnen portfolio in schuifdoos, losbladig: titelpagina, ets met beschermvel, acht bladen inleiding, twaalf bladen facsimile, zestien fotobladen met beschermvelletjes, twee bladen met tekst en colofon

1996 Mo(nu)menten – Willem Elsschot en Paul Van Ostaijen.

Wilfried Pas (beeld) & Henri-Floris Jespers (tekst)
Ook getiteld Monumenten / Momenten.
Uitgave ter gelegenheid van de tentoonstelling Mo(nu)menten in het Vlaams Cultureel Centrum de Brakke Grond te Amsterdam, 19 jan. t/m 18 febr. 1996 en de Galerij De Zwarte Panter te Antwerpen, 25 febr. t/m 31 maart 1996 en 13 april t/m 5 mei 1996.

Uitgave Vrienden van De Zwarte Panter i.s.m. Vlaams Cultureel Centrum de Brakke Grond (Amsterdam). -80p.

Grijze linnen map met de gelijknamige monografie met tekst van Henri-Floris Jespers on een grijze linnen cassette, 25.40 x 17.50 cm.
80 exemplaren gesigneerd en genummerd: 50 exemplaren 1-50 en 30 exemplaren I-XXX.
Concept Adriaan Raemdonck en Els Stubbe
Etsdruk Roger van Akelijen – Panter Print
Uitvoering cassette Handboekbinderij Jansen (Edegem)

1997 Klemmen voor koorddanser.  (essay)

Klemmen voor Koorddanser, essay over Gaston Burssens van de hand van Henri-Floris Jespers. Trefwoorden: Burssens en Paul van Ostaijen, Staatsprijzen, Celbeton, het NWT, het geval Pernath.

Antwerpen/Berchem: Segers. -99p.

Afmetingen: 25.50 x 20 (gebrocheerd)
Speciaal nr. van Revolver Jaargang 24 nr. 2  ( oktober 1997).

1999 Lucienne Stassaerts orakeltaal. Van de verhalen van de jonkvrouw met de spade tot Bongobloesembloed. (monografie – over het taalgebruik van Lucienne Stassaert) Antwerpen: Uitgeverij Jef Meert. –[37]p.

Reeks: Cahiers van het Centrum voor Documentatie en Reëvaluatie nr 1
Oplage 100 genummerde exemplaren.

1999 Marc. Eemans, Gaston Burssens, Eddy du Perron. ‘De laatste Gids’ 1930 tijdschrift-in-spe. (monografie) Antwerpen: Uitgeverij Jef Meert. -26p.

Reeks: Cahiers van het Centrum voor Documentatie en Reëvaluatie nr 2
Oplage 100 genummerde exemplaren.

1999 Cadavre exquis te Miavoye: een fabula van Gaston Burssens gevolgd door een onuitgegeven briefkaart van Paul van Ostaijen. [Bezorgd ] door Henri-Floris Jespers. Antwerpen: Uitgeverij Jef Meert. -34p.

Reeks: Cahiers van het Centrum voor Documentatie en Reëvaluatie nr 3
Oplage 140 genummerde exemplaren.

1999 Theo van Doesburg en ‘Ca Ira!’. (monografie) Antwerpen: Uitgeverij Jef Meert. -48p.

Reeks: Cahiers van het Centrum voor Documentatie en Reëvaluatie nr 4
Oplage 100 genummerde exemplaren.

2000 Paul Neuhuys. Dada! Dada? Gedichten 1920-1977.

Vertaald en van een nawoord voorzien door Henri-Floris Jespers.
Met een frontispice van Luc Boudens.

Antwerpen: Uitgeverij Jef Meert. -173p.

Afmetingen: 24 x 17 (zachte kaft met flappen)

2001 Gaston Burssens, meer dan een schilderij.

Bevat: Twee gedichten, achttien reproducties in kleur, een aanzet tot een oeuvrecatalogus door Jef Meert en de tekst “Gaston Burssens, schilder” door Henri-Floris Jespers

Antwerpen: Uitgeverij Jef Meert. -16 dubbelbladen  losbladig, zachte kaft, in etui.

Gezet uit de Garamond en gedrukt op handgeschept wild gevergeerd Zerkall.
18 reproducties, alles in een doos.
Er verschenen 27 genummerde exemplaren: 9 ex, genummerd van I tot IX, telkens behorend bij één van de negen schilderijen uit de collectie Jef Meert.
9 exemplaren, genummerd van A tot I, voorbehouden aan de medewerkers en bruikleengevers, alle op naam.
9 exemplaren, genummerd H.C. 1 tot H.C. 9, voorbehouden aan goede vrienden. Behorend bij het schilderij : Ardens Virgo

2003 Frans Masereel: een documentair dossier met variaties. Schoten: (Galerie Djemma). -32p.

De tekst werd gedrukt op 150 door de auteur gesigneerde en genummerde exemplaren.

2003 Lily Van Oost : een forse gloed : een documentair dossier. Schoten: (Galerie Djemma). -45p.
2005 Bob Mendes. Meester in misdaad. (monografie)

Omslagontwerp: Aksent.
Foto omslag: Mich Verbelen

Antwerpen: Manteau. -127p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
“Tenzij uitdrukkelijk in de lopende tekst vermeld, werden de uitspraken van Bob Mendes opgetekend tijdens een reeks interviews. Het eerste werd afgenomen, samen met Frank van den Auwelant, op 11 mei 2005. Het laatste vond plaats op 13 juli. De uitspraken werden alle geautoriseerd.”

2005 Wilfried Pas. (tentoonstellingscatalogus)

Tekst : Henri-Floris Jespers.
Uitgave n a v de toekenning in 2004 aan Wilfried Pas van de vijfjaarlijkse prijs voor een artistieke carrière  door de provincie Antwerpen. Een overzichtstentoonstelling en de uitgave van een monografie materialiseren deze hulde.

Antwerpen: Provincie Antwerpen. -131p.
2006 De maskers van Melpomene : Pernath en het theater.

Hugues C. Pernathlezing, 1 juni 2006

Antwerpen: Pernath [Hugues C.]-Fonds / Berchem : EPO. -64p.

Reeks: Pernath uitgave nr 3

2006  De Diamanten Kogel, 2002-2006. (essays)

Jos Van Cann & Henri -Floris Jespers (red.)
Een bundel essays over de genomineerden en de laureaten, met bijdragen van Jos van Cann, Fred Braeckman, Geert D’Hulster, Henri-Floris Jespers, Geert Swaenepoel, Kris Kenis, Danny de Laet, Serge Muller en John Vervoort

Lier: Drukkerij Antilope. -91p.
2008 Thriller versus roman.

Jos Van Cann & Henri -Floris Jespers (Red.)
Gereviseerde en uitgebreide versies van de papers die gepresenteerd zijn op het colloquium ‘Thriller versus roman: kunstmatige scheidingslijn of familievete?’, georganiseerd door vzw De Diamanten Kogel op 20 september 2007 in het Vlaams-Nederlands Huis deBuren te Brussel.

Antwerpen ; Apeldoorn: Garant. -142p.

Reeks: Literatuur in veelvoud nr 21.

2009 20 jaar Exlibris. (gewone en bibliofiele uitvoering)

Auteurs: Henri Floris Jespers, Joke Brandt, Gert Vingeroets (red).

Kapellen: privé-uitgave ExLibris. -39p.
2012 Ruw & hard, geslepen & begeerlijk. 10 jaar briljante misdaadliteratuur in al haar facetten.

Jos Van Cann & Henri -Floris Jespers (Red.)
Met illustraties van Jan Scheirs.
Omslag en opmaak: Intertext.be
Omslagtekening: Jan Scheirs.
Een bundeling essays over en (onuitgegeven) teksten van de laureaten: Benny Baudewyns, Jef Geeraerts, Bob Mendes, Esther Verhoef, Felix Thijssen, Patrick Conrad, Simon de Waal, Bavo Dhooge, Mieke de Loof en Elvin Post. Kritische beschouwingen van Ineke van den Bergen, Jos van Cann, Eric Diepvens, Henri-Floris Jespers, Jürgen Joosten, Alain Sohier en Geert Swaenepoel.

Antwerpen: De Diamanten Kogel. 155p.

Afmetingen: 23.50 x 15..50 (garenloos gebrocheerd – zachte kaft met flappen)

3. Artikels (een selectie)

1965 ‘Maniërisme: Anvers est dotée d’une avant-garde’. In: De tafelronde: algemeen cultureel maandblad. 10, nr. 2, p. 71-72.
1966 Er was eens … Paul van Ostaijen – dandyistisch perspektief’. In: Muze-n-express: algemeen informatief maandblad. (1966), nr. 3, p. 6-7.
1971 ‘Notities uit mijn grijze cahiers’. In: Impuls : driemaandelijks tijdschrift voor kunst en literatuur. 3, nr. 1, p. 14-19.
1972 ‘Fragmentarisch opgeschreven’. In: Impuls : driemaandelijks tijdschrift voor kunst en literatuur. 4, nr. 1, p. 36-39.
1980 Debuterende dichters’. In: Nieuw Vlaams tijdschrift. 33, nr. 2, p. 286-288.
1980 ‘Vroeger en nu: de actualiteit van Paul van Ostaijen’. In: Vlaanderen morgen: driemaandelijks cahier van de Werkgemeenschap Vlaanderen morgen. 1, nr. 4, p. 20-27.
1985 ‘Paul van Ostaijen tussen hemel en hel : de leerjaren’. In: Diogenes: letterkundig tijdschrift. 2, nr. 4, p. 149-158; nr. 5, p. 213-225.
1985 ‘Maurits van Liedekerke’. In: Vlaanderen morgen: driemaandelijks cahier van de Werkgemeenschap Vlaanderen morgen. (1985), nr. 2, p. 28-29.
1986 ‘Weverberghs NVT-syndroom’. In: Diogenes: letterkundig tijdschrift. 3, nr. 2, p. 95-96.
1987
-1988
‘De eerste tovenaar’. In: Diogenes: letterkundig tijdschrift. 4, nr. 6, p. 478-480.
1988
-1989
‘Verhalenschrijvers: een oudgediende & drie debutanten’. In: Diogenes: letterkundig tijdschrift. 5, nr. 1, p. 78-80.
1989
-1990
‘Lampo’s terugkeer naar Stonehenge’. In: Diogenes: letterkundig tijdschrift. 6, nr. 2, p. 69-76.
1989
-1991
‘Het cultureel leven tijdens de bezetting: documentaire kanttekeningen’. In: Diogenes: letterkundig tijdschrift. 6, nr. 5-6, p. 86-106; 7, nr. 1-2, p. 50-60.
1991 ‘Een terugblik op Pink Poets’. In: Dietsche warande en Belfort: tijdschrift voor letterkunde, kunst en geestesleven. 136, nr. 4, p. 453-457.
1995 ‘Pernath en Snoek, Siamese tweelingen?’. In: Deus ex machina: bezield artistiek kreatief tijdschrift. 19, nr. 72, p. 3-15.
1995 ‘In mijn nacht nadert niemand. Want iedereen tevergeefs’. In: Muziek & woord. 21, nr. 248, p. 48-49.
1996 ‘Bronzen Orfeus in biedermeier kostuum’. In: K & C : kunst en cultuuragenda : weekblad van het Paleis voor Schone Kunsten. 29, p. 23-24.
1997 ‘De maskers van de clown’. In: Muziek & woord. 23, nr. 274, p. 13.
2001 ‘Hengelen naar Snoek’. In: Gierik. 19, nr. 72, p. 5-13.
2001 ‘Jespers, Joostens & Van Ostaijen: enkele nieuwe gegevens’. In: Revolver : periodiek rondom de werkelijkheid. 28, nr. 112, p. 65-89.