home | Inloggen
Aantal schrijvers: 594 | Aantal boeken:

19.538

 

 

Degelin Emile

DEGELIN Emile

Diest, 06 juli 1926 – Kessel-Lo, 20 mei 2017

Film- en televisieregisseur, filmproducent, filmeditor, filmdocent, scenarioschrijver en schrijver van romans.

Was vanaf de jaren 50 een pionier van de Belgische film
Zo stond hij mee aan de wieg van de in 1952 opgerichte filmafdeling aan het Rijksinstituut voor Toneel- en Cultuurspreidingstechnieken in Brussel. Van 1982 tot 1991 was hij docent aan Studio Herman Teirlinck in Antwerpen.

Degelin maakte kortfilms, documentaires en langspeelfilms.
Hij haalde diverse selecties voor internationale festivals, zoals Cannes (1960 met “Si le vent te fait peur”), Berlijn (1961, Zilveren Beer voor “Sirenes”), Moskou (1969, met “Palaver”) en Venetië (1968, eveneens met “Palaver”). Hij werkte samen met componisten uit de toenmalige avant-gardescène als Luciano Berio en Henri Pousseur. Zijn films zorgden door hun onderwerp en vorm geregeld voor controverse.

Als auteur schreef hij acht romans. Zijn eerste werk “De bevrijding” won in 1982 de Debuutprijs

 

BIOGRAFIE

6 juli 1926: geboren te Diest.

Grieks Latijnse humaniora

1951: behaalt de eerste prijs met grote onderscheiding van de Ecole Nationale de Cinématographie in Parijs.

  • Degelin liep stage in Londen bij Arthur Elton en John Greerson in documentairefilms en was assistent van J. Guillermin en P. Leecock in lange speelfilms. Ook liep hij stage in de Actors Studio te New York en de Barrandow Studios te Praag.

1952: begint zijn carrière als cineast in 1952 in België met reclamespots en documentaire films.

  • Aanvankelijk is hij monteur en regisseur van documentaires voor Gerard De Boe, een Vlaamse oud-koloniaal die zich ontpopt als een dynamische filmproducer en vooral films maakt over Kongo.
  • Op vraag van De Boe schrijft Degelin een adaptatie van ‘Boerenpsalm’ van Felix Timmermans, die wegens te hoge financiële eisen van de rechthebbenden niet verwezenlijkt wordt.
  • Concipieert vervolgens voor De Boe een scenario voor een lange speelfilm over de missionering in Kongo, dat wegens zijn kritische maar realistische toon op geen medewerking kan rekenen van de kerkelijke overheid.
  • Intussen realiseert hij met De Boe onder andere een poëtische film over Brugge, zonder commentaar, met originele muziek van André Souris, die internationale prijzen wegkaapt. Na de twee mislukte pogingen om een lange speelfilm te maken, verlaat Degelin uitgerekend op zijn zevenentwintigste verjaardag in der minne De Boe, om elders zijn ambities te kunnen realiseren.

1953: treedt in het huwelijk met de Franstalige romancière Jacqueline Harpman. Dit huwelijk eindigde in 1962, waarna hij in 1963 hertrouwde met Angela Schlottke, met wie hij drie kinderen heeft (Philippe, Muriel en David)

1960: realiseert zijn eerste langspeelfilm Si le vent te fait peur

  • Het is merkwaardig dat de film in 1962 de 1ste Prijs voor de beste onafhankelijke lange speelfilm behaalt in het Musée de l’Homme te Parijs. De filmkopie was er beland via de diplomatieke post. In Brussel krijgt de film een kwaliteitslabel vanwege l’Union de la Critique du Cinéma; op het festival van Columbia 1961 wordt hij bekroond met de filmclubsprijs; in 1963 wordt hij vertoond in het Rockefeller Center te New York; het festival te Antwerpen 1960 bekroont de film met de prijzen voor de fotografie en de vrouwelijke vertolking.

1962: sticht en wordt coördinator van de filmafdeling aan het Rijksinstituut voor Toneel- en Cultuurspreidingstechnieken (RITCS) te Brussel, waar hij tot 1992 docent filmvormgeving en filmregie was. Hij vertegenwoordigde het RITCS op de internationale congressen van het Cilect (Centre International de Liaison des Ecoles de Cinéma et de Télévision) te Tokyo en te Mexico.

1962: Degelin draait zijn enige Nederlandstalige lange speelfilm “Leven en dood op het land”, die twee luiken omvat: “De boer die sterft” naar het werk van Karel van de Woestijne, en “In ’t water” naar een novelle van Stijn Streuvels. Het uiterst beperkte budget stoelt op resp. een opdracht van de Vlaamse televisie en de Filmdienst voor pedagogische films van het Ministerie van Nationale Opvoeding. Beide films worden opgenomen in de streek van Doel.

1979: brengt twee films uit die gebaseerd zijn op literair werk:

  • Exit 7 (1979 – duur: 95’ – kleuren) naar het boek ‘Exit’ van Ivo Michiels uit 1971. Scenario en dialogen: Emile Degelin en Ivo Michiels;
  • De moeder en de drie soldaten – (BRT 1979) naar de gelijknamige novelle van Ernest Claes uit 1939. Regie: Emile Degelin; Scenario: Theresa van Marcke.

1981 tot 1991: docent filmacting aan de Studio Herman Teirlinck te Antwerpen.

1981: debuteert als romanschrijver met De bevrijding, die bekroond wordt als het beste literaire debuut 1982.

Het is het eerste deel van een autobiografische trilogie, nadien aangevuld met “De marsorder” (1983) en “De code van Napoleon” (1984). Het geheel bestrijkt de periode 1940-1953 en is opgebouwd rond drie momentopnamen uit het leven van de hoofdfiguur Johannes Wouters.

  • De bevrijding speelt in de beginjaren van WO II en tekent de puberteitsproblemen van de 15-jarige Johannes, een niet zo beste relatie met de ouders, de als hypocriet ervaren moraal in het college. De verwarring van de oorlog veroorzaakt een innerlijke bevrijding: vader moet onderduiken, de school wordt tijdelijk gesloten. Een verboden relatie met de jonge buurvrouw helpt ook natuurlijk.
  • De marsorder (1983) speelt tegen de achtergrond van de Koude Oorlog en Sarteriaanse existentialisme. Johannes kapt met zijn universitaire studies, simuleert een zenuwinzinking tijdens zijn legerdienst en belandt met een depressie in een Zwitsers kuuroord. De roes van de bevrijdingsbeleving uit De bevrijding verwordt tot een ‘ontgoocheling over de afgeschreven idealen, de wanhoop over een zinloze toekomst’. Gelukkig kan één van zijn liefdesrelaties hem uit de lethargie doen ontwaken.
  • De code van Napoleon (1984) heeft als leitmotiv Johannes’ idée fixe dat zij de ideale/ideële geliefde is. Het speelt zich af in de jaren de jaren 1949 tot 1952. In hoofdstukjes die nu eens in de ik-vorm, dan weer in de hij-vorm gesteld zijn wordt de verwevenheid van leven en kunst beschreven.

1981: realiseert een documentaire film, “Learning to see”, gefinancierd door Janssen Pharmaceutica.

Het zien en de implicaties ervan voor de mens op existentieel vlak laten de cineast niet onberoerd. Uiteindelijk lopen zijn reflecties uit op een roman De ooggetuige (1987), een gelijknamige verfilming (1994) en een heruitgave van het boek in 1996.

1987: in De ooggetuige  brengt Degelin een interessant thema. Het is een zorgvuldig gecomponeerde roman waarin hij laat zien hoe een blinde jongeman – na een geslaagde operatie, de zogenaamde Strampelli-ingreep en het erop volgende revalidatieproces – weer kan zien.

  • “Het kan erger zijn voor een blindgeborene om te leren zien, dan voor een ziende om blind te worden”. De woorden van Emile Degelin shockeren niet, maar dwingen te geloven. In “De ooggetuige”, verklaart hij waarom dat zo is. Kleuren en klanken zijn meer dan versierselen van de werkelijkheid. Het zijn de ervaringen van de hersenen waarmee we de concrete wereld opbouwen. Het zijn de werktuigen ook waarmee Emile Degelin eigen werelden opbouwde om aan anderen door te geven. (bron: Gerard Bodifée, “De Standaard der Letteren” , 30-01-1988 geciteerd in Emile Degelin-homepagina)

1994: Degelin herwerkt zijn roman De ooggetuige tot een scenario voor film, waarvoor hij zelf de regie voert. Dit is meteen ook de laatste film die Degelin heeft gemaakt. Prijs van het publiek op festival van Gent in 1995

1996: na bijna 10 jaar literair stilzwijgen wordt De ooggetuige door uitgeverij Halewijck opnieuw uitgegeven.

Dit is mede het startschot voor een aantal andere romans zoals De koning van Kuba of de zwarte bijbel (1997), De matroesjka (2000), De doublure (2002) en Wachten op Elena (2006).

2013: in eigen beheer brengt Degelin zijn memoires Mijmeringen van een bejaarde cineast, schrijver en eredocent.

 

GERAADPLEEGDE BRONNEN

Website

Referentie

  • Luc Lannoy  Degelin Emile, in: M. Janssens e.a (red.). Geboekstaafd. Vlaamse prozaschrijvers na 1945 (1988), p. 101-103;

 

BIBLIOGRAFIE

Woordje vooraf

Na het chronologisch overzicht van de bibliografie volgt een overzicht van de filmografie

De bibliografische gegevens werden onder meer nagekeken bij

  • Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience –Antwerpen.
  • Koninklijke Bibliotheek van België – Brussel / Bibliothèque Royale de Belgique – Bruxelles
  • Piet Devos: Van reuzen tot dwergen. Bibliografie – Vlaamse schrijvers in de 20ste eeuw – Eerste drukken. Kortrijk, eigen beheer 2007

Om de foto’s in de fotogalerij te vergroten klik op de foto

Chronologisch overzicht

Jaar Titel Fotogalerij Uitgeverij 1ste druk
1981 De bevrijding (roman)

Omslagontwerp: Myriam van Beneden.
1ste deel van zijn autobiografische trilogie. Tweede deel: De marsorder (1983) en derde deel: De code van Napoleon (1984)
1982: 2de druk ibidem
Antwerpen: Manteau / Amsterdam: Elsevier. 149p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
Reeks: Grote Marnixpocket nr 227
Druk: Smits Wommelgem/Antwerpen.
1983 De marsorder. (roman)

Omslagontwerp: Myriam van Beneden.
Foto auteur op achterplat: Rikkes Voss
Tweede deel van zijn autobiografische trilogie – Eerste deel De bevrijding (1981) – derde deel De code van Napoleon (1984)
Antwerpen: Manteau. -167p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
Reeks: Grote Marnixpocket nr 246
Druk: Smits Wommelgem/Antwerpen.
1984 De code van Napoleon. (roman)

Omslagontwerp: Michel Gruyters
Derde deel van de autobiografische trilogie. Eerste deel De bevrijding (1981) – tweede deel De marsorder (1983)
Antwerpen: Manteau. -163p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
Reeks: Grote Marnixpocket nr 271
Druk: Smits Wommelgem/Antwerpen.
1987 De ooggetuige. (roman)

Omslagtypografie: Mireille Panneels.
Omslagillustratie naar een fragment uit het drieluik “Doop van Christus” Gerard David.
1996: heruitgave bij uitgeverij Halewyck, Schoten.
Antwerpen /Amsterdam: Manteau. -173p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
Reeks: Grote Marnixpocket nr 340.
Druk: Smits Wommelgem/Antwerpen.
1996 De ooggetuige. De man die moest leren zien. (roman)

Heruitgave van 1987.
Omslagontwerp: Kris Demey.
Omslagfoto: Roger Lefèvre.
 Degelin 1 Schoten: Uitgeverij Halewyck. -198p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
Zetwerk: Griffo, Gent.
Druk: Imschoot, Gent
1997 De koning van Kuba of de zwarte bijbel. (roman)

Omslagontwerp: Marjo Starink.
Omslagillustratie: Musée Dapper, Parijs.
Foto auteur: Rikkes Voss.
Typografie: Penny van Vuuren
Amsterdam: Atlas / Antwerpen: Contact. 192p.

Afmetingen: 20 x 12.50 (paperback)
2000 De matroesjka. (roman)

Omslagontwerp: Jocelyn Gautama
Omslagillustratie: Petrus Christus, Portret van een jonge vrouw, Berlijn, Staatlische Museen Preussischer Kulturbesitz (foto: Bildarchiv Preussischer Kulturbesitz).
 Degelin 2 Leuven: Davidsfonds. -141p.

Reeks: Davidsfonds literair.
Afmetingen: 21.50 × 14.00 (gebonden – harde linnen kaft met stofomslag)
2002 De doublure. (roman)

Omslagontwerp: Aanzet

Leuven: Davidsfonds. -180p.

Reeks: Davidsfonds literair.
Afmetingen: 22.3 × 14.6 (gebonden)
2006 Wachten op Elena. (roman)
2013 Mijmeringen van een bejaarde cineast, schrijver en eredocent. (memoires) Bornem: Eigen beheer. -110p. :Puurs: Shopmybook.

 Beknopt overzicht van het literaire werk

Romans

  • De bevrijding (Manteau 1981)
    • Prijs voor het beste literaire debuut 1982
  • De marsorder (Manteau 1983)
  • De code van Napoleon (Manteau 1984)
  • De ooggetuige (Manteau 1987 en Van Halewijck 1993)
  • De koning van de Kuba (Atlas Amsterdam 1997)
  • De matroesjka (Davidsfonds 2000)
  • De doublure (Davidsfonds 2002)
  • Wachten op Elena (Boek – 2006)

 FILMOGRAFIE

Korte films

Documentaires

  • Processie van Hakendover (BRT 1953)
  • Fiere mensen (sociale doc. 1953)
  • Moderne bierfabricatie (industriële doc. 1954)
  • Kinderen in de zon (BRT sociale doc.-1955)
  • Faits divers (sociale doc. 1955)
  • Camille Huysmans (biografie 1956)
  • Elizabeth van België (biografie 1956)
  • Van Mendel tot Morgan (Wetenschappelijke animatiefilm over erfelijkheid,1957)
  • Voorgeschiedenis van de film (Belgische voorlopers van de film -1959 duur: 18’ -kleur)
    • Verkozen als een der 8 beste korte films uit wereldproductie 1959 door de Fipresci te Wenen
    • Genomineerd voor officiële competitie festival Cannes 1959
    • Uitmuntendheidsprijs documentaire film festival Antwerpen 1960
    • Scenario, montage en realisatie: Emile Degelin . Camera:Fréderic Geilfus, Paul Defru en G.Lapeyronie; Animatie: Jean Coignon; Muziek: Henri Pousseur; Productie:André Thomas.
  • Circles (RTBF,muzikale film- 1961)
  • Ontwikkelingssamenwerking (in Zaïre;1972), omvattende onder andere
    • Het dorp, De stad, Acculturatiezieken, De beeldhouwer Mpane, Het Virungapark.
  • Karel Jonckheere (biografie 1976)
  • Learning to see (wetenschappelijke film 1981)
  • Migraine (wetenschappelijke film 1982)
  • Rol van Calcium-ionen in hersenen (wetenschappelijke film 1982)

Fictie

  • Les jeux sont faits (Eindwerk Parijse filmschool 1951)
  • Slechte lectuur (RTBF 1955)

Lyriek

  • Brugge (1954 duur: 18’ kleur)
    • Scenario en montage: Emile Degelin ; Realisatie: Gerard De Boe en Emile Degelin ; Camera: François Rents; Muziek: André Souris.
  • Sonate voor Brussel (1955 duur 16’ zwart-wit)
    • 1ste prijs festival van Mannhem 1955;
    • Genomineerd voor officiële competitie festival van Cannes 1955;
    • Persprijs Brussel 1955.
    • Scenario, montage, realisatie en productie: Emile Degelin ; Camera: Frédéric Geilfus ; Muziek: Jos Mertens
  • Dock (1955 duur: 12’ kleur)
    • Genomineerd voor officiële competitie festival van Cannes 1955, en festival van Edinbourg 1955;
    • Bekroond op internationale week van toeristische film te Brussel 1955;
    • Bekomt “Prädikat” van de Duitse Bondsrepubliek.
    • Scenario, montage en realisatie: Emile Degelin ; Camera:Fréderic Geilfus ; Muziek Jos Mertens; Productie Costia de Renesse.
  • Liège, cité ardente (1957 duur: 28’ kleur))
    • 1ste prijs voor de toeristische film te Antwerpen 1960;
    • Genomineerd voor officiële competitie festival van Berlijn 1960;
    • Bekomt “Prädikat” van de Duitse Bondsrepubliek.
    • Scenario, montage en realisatie: Emile Degelin . Camera: Fréderic Geilfus; Muziek: Henri Pousseur ; Productie: Costia de Renesse.
  • Sirenes (RTBF 1961 duur: 8’  zwart-wit)
    • Zilveren Beer op festival van Berlijn 1961;
    • Mercurio d’Oro op festival Van Valencia 1962.
    • Scenario, montage en realisatie: Emile Degelin . Cameraman:Paul Defru. Electronische muziek:Luciano Berio .Productie:Hervé Thys en André Thomas.

Lange speelfilms

  • Si le vent te fait peur (1960 – duur 83’ zwart-wit)
    • Genomineerd voor officiële competitie van festival van Cannes 1960;
    • 1ste Prijs voor de onafhankelijke film te Parijs 1962;
    • Prijs van de filmclubs op festival van Columbia 1961;
    • Scenario, dialogen, montage en realisatie: Emile Degelin . Commentaar (nadien toegevoegd):Jacqueline Harpman. Cast: Elisabeth Dulac, Guy Lesire, Henri Billen, Anne-Marie La Fère, Paul Roland, Bobette Jouret. Productieleiding: André Thomas; Producer: Hervé Thys; hoofd camera: Frédéric Geilfus; cameraman: Bernard Taquet; Muziek: Martial Solal.
  • Leven en dood op het land (1963) : omvat De boer die sterft (K. Van de Woestijne) & In het water (Stijn Streuvels)
    • 1ste Prijs voor lange speelfilm te Antwerpen 1963;
    • Genomineerd voor officiële competitie van festival van Berlijn 1963.
    • Aanpassing, montage, regie en productie: Emile Degelin ; camera: Paul Defru; muziek: Jos Mertens; vertolkers: gekozen uit de lokale bevolking van Doel, Kallo en Kieldrecht.
  • Y manana? (1966 – duur: 86’ zwart-wit)
    • Scenario, montage, regie en productie: Emile Degelin. Chef-Cameraman: André Goeffers: Cameraman: Bernard Taquet; muziek: Jos Mertens ;vertolkers: Jacques Dufilho, Claudia Bremer, Jeanine Bisschops, Arnold Willems, e.a. De film bevat noch dialogen noch commentaar.
  • Palaver (1968 duur: 78’ – kleuren)
    • Genomineerd voor officiële competitie van festival van Moskou 1969;
    • 1ste Prijs voor beste lange speelfilm op festival te Knokke 1973 voor de Belgische producties van 1969 tot 1973;
    • Deelname aan de Quinzaine des Réalisateurs op festival van Cannes 1970;
    • Geselecteerd voor officiële competitie van festival van Venetië 1968 (maar de film belandde niet ter plaatse!)
    • Scenario, montage, regie en productie: Emile Degelin ; chef-cameraman: Anton Van Munster; camera: Paul Verhoeven; muziek: Patrick Ledoux; executive producer: Angela Degelin. Cast: alle rollen worden vertolkt door niet-professionelen.
  • Exit 7 (1979 – duur: 95’ – kleuren) naar het boek ‘Exit’ van Ivo Michiels uit 1971.
    • Scenario en dialogen: Emile Degelin en Ivo Michiels;
    • Regie en montage: Emile Degelin; camera : Eduard Van der Enden ; muziek: Thys Van Leer; klank: Antoine Bonfanti ; gedelegeerd producer: André Thomas ; productiemanager: Angela Degelin.
    • Cast: Peter Faber (Marc Dumont), Janine Bisschops (Eva Dumont), Robert Willekens (zoon van Marc), Jadwiga Jankowska (Pools meisje Jadwiga), Laura Gemser (stewardess), Johanneke van Kooten (vriendin), Paul Codde (antiekhandelaar), Fred van Kuyck (mosselman), Guido de Belder (kaper), Johny Voners (kaper), Yvonne van Hulst, Pierre Dubois, Ann Baekens, Regine Haegeman, Mieke Verheyden, Sofie van Remoortel, Bart Vanistendael, Colette Peeters, Peter Peersman, Suzanne Jorion, Michel Vicient.
  • De moeder en de drie soldaten – (BRT 1979) naar de gelijknamige novelle van E. Claes uit 1939.
    • Regie: Emile Degelin; Scenario: Theresa van Marcke. Cast: Gella Allaert (Moeder); Lydia Billiet (Corduul); Herman Coertjens (Gust); Johan Gerits (boer); Tessy Moerenhout (Mone); Jan Moonen (dokter); Roland Ramaekers (man); Cecile Rigolle (Julie); Roger Thoelen (Corneel); Rudy Vandendaele (Veyt); Herman Verbeek (Laurens); John Willaert (Carl). Release Date: 24 December 1979 – Kleur – Geluid Mono
  • Cantate (BRT 1985)
  • De ooggetuige (1994 – duur: 100’ – kleuren)
    • Prijs van het publiek op festival van Gent 1995
    • Adaptatie van de gelijknamige roman en regie: Emile Degelin ; camera: Michel Mernier; montage: Emmanuelle Dupuis; klank: J.C.Boulanger; muziek: Marc Verhaegen ; art director: P.Graff; executive & associale producer: Kathleen de Béthune; producer: Angela Degelin. Cast: Pieter Embrechts , Annick Christiaens, Roger Van Hool, Tania Bari, Veerle Dobbelaere.